De uitvinder van het WWW, Jazzimprovisatie en de kracht van Chaos en Scrum
De tweede dag op SXSW in Austin, waarin we sir Tim Berners-Lee zijn zorgen horen uitspreken over de toenemende computing power, we ons verbazen over de mobile boom in Afrika, we Get Agile presenteren en leren hoe Flickr de reaguurders op een afstand houdt.
Profit will follow
De dag opende met een op papier interessant gesprek tussen journaliste Bethany Mclean en investeerder Yury Milner. Mclean is co-auteur van The Smartest Guys in the Room, een zeer kritisch boek over het reilen en zeilen van de Enron-bestuurders. Het was de opmaat voor de ondergang van het Enron imperium. Mclean werkte in die periode voor Fortune, nu is ze redacteur van Vanity Fair.
De van oorsprong Russische Milner is ondernemer en venture capitalist. Hij kwam groot in het nieuws toen hij in 2009 een belang nam in Facebook van 1.96% voor een slordige 200 miljoen dollar. Het feit dat Milner onder andere belangen heeft in Twitter, Spotify, Groupon, 360buy.com en Zynga geeft aan dat ie een extreem goeie neus heeft voor succes. En dat was dan ook het belangrijkste onderwerp van het gesprek. Amerikanen hebben doorgaans meer fascinatie voor ondernemen dan wij Europeanen. Mensen als Milner vervullen een cruciale rol in deze fascinatie. Ze zijn een rolmodel met lef en hebben over het algemeen bijzondere ondernemerskwaliteiten. Milner is eigenlijk een ongecompliceerde en beetje saaie man. Milner kijkt vooral naar de cultuur van het bedrijf. Hij hecht grote waarde aan het DNA, de drive en visie dat door de oprichters in het bedrijf wordt gestopt. Als dat niet coherent is dan begint hij er niet aan. In tegenstelling tot veel van zijn collega’s richt hij zich niet zozeer op the profit motive maar meer op the big idea. ‘Profit will follow’ is zijn credo.
Met de investering in Facebook week hij voor het eerst af van zijn principe om altijd een bestuurlijke vinger in de pap wil hebben bij de bedrijven waarin hij investeert. Hij maakte een grondige analyse van de Facebook organisatie en gaf Zuckerberg – en zijn Big Idea – het volledige vertrouwen. Die aanpak heeft Milner uiteindelijk geen windeieren gelegd. In totaal is hij inmiddels goed voor meer dan een miljard dollar.
Het interview was aardig maar Mclean trapte een beetje in de klassieke val bij dit soort interviews op een groot podium. Ze was teveel de fan in plaats van de kritische journalist die ze bewezen heeft wel te kunnen zijn.
Hyper geek nerd
Over sir Tim Berners-Lee is met gemak een hele blog vol te schrijven. Berners-Lee maakte in maart 1989 een voorstel voor een informatiemanagementsysteem dat hij implementeerde in november van dat jaar. Op dat moment vond voor het eerst communicatie plaats volgens het Hypertext Transfer Protocol (HTTP) tussen een client en een server. Berners-Lee verzon de naam World Wide Web en history was born. Hij wordt terecht aangekondigd als the guy that invented the equivalent of fire for the information age.
Al bij het opspelden van zijn microfoon stormden mensen uit de zaal naar voren om een foto van ‘m te nemen als van een rock star. Berners-Lee is echter eerder de anti-held. De status van de man staat loodrecht op hoe hij acteert op het podium. Hij praat snel, soms onverstaanbaar, stottert een beetje, stapelt bijzin op bijzin en hij deinst er niet voor terug om nerdy vakjargon de zaal in te slingeren. Berners-Lee is het prototype van een nerd. En het zou me niet verbazen als ie én hoogbegaafd is én ADHD heeft.
The inventor of the internet heeft het zeldzame vermogen om de hele cyclus van why, how en what te bestrijken. Hij zappt moeiteloos heen en weer tussen alle abstractielagen van denken en dit is slechts één van zijn grote kwaliteiten. Hij is in essentie een computergeek, maar wel eentje van het soort dat begrijpt waarom en hoe de dingen zouden moeten zijn.
Het internet is voor iedereen
Een andere kwaliteitvan de man werd zichtbaar gemaakt tijdens de openingsceremonie van de Olympische Spelen in London vorig jaar. Terwijl hij al computerend in beeld kwam zag je op de tribunes in grote letters de tekst: This is for everyone verschijnen.
Het internet is bedoeld voor iedereen en daar vecht hij nog steeds voor. Het is een man met een groot gevoel voor verantwoordelijkheid. Dat werd ook duidelijk aan het eind van zijn verhaal. Hij maakt zich zorgen dat door toedoen van de toenemende computing power de ooit bedoelde veilige 1-op-1 relatie tussen client en server en gebruikers van het internet, onder druk komt te staan. Het gevaar van infiltratie, mis-interpretatie en wellicht misbruik van gegevens bestaat en dat zou grote gevolgen kunnen hebben.
Aan het eind van z’n praatje van zijn praatje veranderde hij weer even in de rockster die hij allesbehalve is. De zaal stormde naar voren voor handtekeningen en een foto. Na twee kiekjes hield hij het voor gezien en vertrok snel via de achteruitgang.
Yes to the mess
Bookreadings bij SXSW duren 20 minuten en zijn daarmee behoorlijk gecomprimeerde aangelegenheden. Bij het aantreden van de wat timide aandoende professor Frank Barrett hopen we dat hij het gaat redden in 20 minuten. Die vrees blijkt ongegrond, want deze aimabele man is een aanstekelijk spreker.
Barrett trekt in 20 minuten de vergelijking tussen een goed werkende jazzband en een willekeurig team van mensen dat moet samenwerken. In de geïmproviseerde muziek hebben de muzikanten over het algemeen een minimum aan uitgeschreven partituur en bijzonder veel vrijheid om improvisaties over een akkoordenschema uit te voeren. De muzikanten reageren op elkaar, ondersteunen elkaar en zwepen elkaar op. Het doel is iets te spelen wat nog niet gespeeld is, daar en dan.
Wanneer je dit doortrekt naar andere domeinen, is zijn punt dat je niet bang moet zijn om te improviseren. Momenten waarop we in onbekende situaties belanden, zijn vaak de momenten die ons vormen, waar we veel van leren. Aarzel niet, zo stelt Barrett, om jezelf in die positie te brengen en blijf leren. Jazztrompetist Miles Davis stelde ooit: “If it sounds clean and slick, I’ve been playing it for too long”. Zorg dat je ingesleten patronen wantrouwt, stelt Barrett.
Daarnaast trekt Barrett nog een parallel met de jazz. Wanneer mensen een beperkte set aan randvoorwaarden en regels opgelegd krijgen, stijgt over het algemeen de complexiteit van hun beslissingen. In andere woorden: ze denken meer en zelfstandiger na, in plaats van uit te voeren wat hen gezegd wordt. Dat is een oud managementinzicht, maar de vergelijking met de jazz is leuk gevonden.
Barrett eindigt zijn praatje met de eerste tonen van “So What?” (van het album Kind of Blue), en stelt nog eens vast dat het ontsnappen aan ingesleten patronen leidt tot grootse daden. Kind of Blue werd opgenomen zonder noemenswaardige repetitie en met minimale instructie van Miles Davis aan zijn band. De muziek was een radicale breuk met de complexe Bebop die tot dan toe in zwang was, en is tot op de dag van vandaag het best verkopende jazz-album ter wereld.
De combinatie van de bevlogen sprekende professor Barrett met de geweldige muziek van Miles Davis betovert de zaal. Een mooi begin van de dag!
Muppets to Mastery: UX Principles from Jim Henson
Russ Unger is senior UX designer bij GE Capital en houdt een blog bij op Userglue.com. Het belooft een bijzonder praatje te worden: wat kunnen we leren op UX gebied van de Muppets? Gaat de Swedish Chef ons leren hoe je een goede UX cocktail maakt?
Unger trapt af met een overzicht van het relatief korte leven van Henson (hij overleed in 1990, 53 jaar oud). Hij toont een vermakelijk filmpje van een vroege incarnatie van Kermit om in de stemming te komen. Waar we echt benieuwd naar zijn, is natuurlijk waar de raakvlakken met het UX domein zijn volgens Unger.
“A good experience is invisible”: Het laten werken van een scene met al die poppen is een monsterklus, maar daar merk je niet zo veel van als TV-kijker. Hetzelfde geldt voor een goed ontworpen app of website. De gebruiker merkt niet veel van al het denkwerk erachter.
Een andere parallel met het werk van Henson is dat je als UX ontwerper visueel zou moeten denken, in plaats van te beschrijven wat je wil. Henson tekende alles wat hij wilde doen. Prototyping is ook iets wat Henson heel vaak deed. Om ideeën te testen op scherm maakte hij snelle opzetten van zijn ideeën. De parallel met UX hoeven we niet uit te leggen.
Muppets zijn heel modulair opgezette wezens. Jim Henson heeft een enorme verzameling aan oren, ogen, neuzen en lichaamsvormen ontwikkeld, waar ‘generieke’ muppets mee gemaakt konden worden. Je kunt ze zelf hier online maken (en bestellen).
Dat werkt natuurlijk in het UX domein ook zo. Denk aan knoppen, gebruikspatronen, enzovoort.
Inventiviteit is sleutel tot succes
Unger sluit af met een pleidooi voor inventiviteit. Henson liet zich niet beperken door belemmeringen. Henson hackte dingen bij elkaar en bedacht oplossingen along the way. Dat lijkt op de fase waarin het UX domein zich nu bevindt. Er is nog niet zo veel historie, veel moet nog worden uitgevonden. Vraag jezelf af en toe af: “What Would Jim Henson Do?” Een filmpje om dit te illustreren is eentje waarin Kermit banjo speelt. Om het bewegen van Kermit authentiek te maken, maakte Henson een duikoutfit om Kermit te kunnen bedienen van onder water in plaats van het mechanisch op te lossen.
Het praatje is uiteindelijk vooral een betoog voor inventiviteit binnen je vakgebied en een gezonde wil om grenzen te verleggen. Daar zijn we het mee eens en vrolijk van de leuke filmpjes die we zagen verlaten we de zaal.
User Generated Chaos
Het volgende op ons programma is een panelsessie met een panel van Henrik Berggren (Readmill), Jan Senderek (Fyle), Natalie Downe (lanyrd.com) en Nico Perez (Mixcloud).
De centrale vraag is: hoe krijg je in een user generated content-platform gebruikers zo ver krijgt dat ze goede, interessante content maken? Mensen produceren graag van alles, maar daarmee is het nog niet meteen leuk of van waarde. We geven hieronder de interessantste inzichten van het panel.
Hoe ga je om met het “blank page” probleem? Als je als nieuweling op een platform begint, heb je nog niets. Om dit probleem te tackelen geeft Pinterest je een selectie van willekeurige afbeeldingen waarmee je kunt beginnen. Dat helpt de gebruiker op weg en zorgt er voor dat je meteen in het concept getrokken wordt. Ook is er een design principe ontstaan dat “empty state” heet. Dat is het scherm dat je ziet wanneer je nog niets hebt gedaan. Er is een aardige en inspirerende collectie te vinden op de Empty states Tumblr. Mooie voorbeelden van vertrekpunten die de gebruikers verleiden om deel te nemen.
Hoe ga je om met spammy gebruikers of reaguurders in goed Nederlands? Een aardig voorbeeld is Flickr. Zij houdt een ‘trollscore’ bij van haar gebruikers. Als je een hoge score hebt, gaat de site zich anders gedragen. Ten eerste wordt hij langzamer, om de ‘trolls’ te ergeren. Bovendien: als je boven een bepaalde trollscore komt, worden al je reacties verborgen voor iedereen op Flickr. Voor iedereen, behalve voor andere trolls. Er bestaat daardoor een soort parallel universum op Flickr, waar mensen foto’s becommentariëren die het vooral met elkaar oneens zijn. Een erg creatieve en geestige oplossing om reaguurders in toom te houden. Wellicht een goed idee voor de Telegraaf.nl?
The $100bn Mobile Bullet Train Called Africa
Toby Shapshak, Journalist voor Times, zet de zaal lekker op scherp. Iedereen moet gaan staan, en iedereen met een smartphone mag vervolgens gaan zitten. Drie seconden later zit de hele zaal. In Afrika zou iedereen nog staan, want daar gebeurt alles per oude Nokia met SMS en prepaid-kaart.
In Afrika vindt op dit moment een explosieve groei plaats van mobiel telefoongebruik. Toby onderstreept dat innovatie daar vanuit primaire behoefte plaats vindt. Niet om Angry Birds te spelen, maar om te kijken waar je de beste prijs voor je oogst kan krijgen of om te kijken wat het weer wordt. Er zijn veel meer mensen met een mobiel dan met stroom in Afrika.
Mobiel is mede zo populair omdat SMS een veelgebruikt betaalmiddel is.
Mpesa is een mobiele betaaldienst die razendsnel aan populariteit wint. Maar liefst 80% van bedragen onder 20 dollar gaat per mobiel. Mobiel betalen is ook een probate oplossing tegen de corruptie in Africa, waarbij geld nog fysiek doorgeven wordt en er vaak ‘een percentage blijft hangen’. Dat wordt nu overgeslagen.
Daarnaast wordt SMS gebruikt als een professioneel informatiekanaal.
iCow is een informatieservice per SMS die tips geeft over hoe koeien te farmen. Als je wilt weten waar je een dierenarts kan vinden, sms je vet#nakuru#njoro naar 5024.
Mobiel als facilitator voor marktvorming
Toby geeft een voorbeeld van een ondernemer die met 2000 boeren per SMS interacteert, waardoor ze weten wat hij nodig heeft en wanneer en waar tegen welke prijs gehandeld wordt. Met een oude computer en een SMS verzenddienst Frontlinesms.com zet hij na drie jaar 20 miljoen dollar om, en is hij de een na grootste rijsthandelaar in Ghana.
Stroomvoorziening om op te laden is een van de zwakke schakels. iShack is een woning met zonnepaneel met als belangrijke functie: het opladen van telefoons. Want het alternatief is een van je twee telefoons mee te geven om op te laden aan iemand die naar de stad gaat en de volgende dag pas terug komt.
Shapshak biedt uiteindelijk relevantie voor ons westerlingen. En het blijkt simpel: Afrika is de snelst groeiende economie ter wereld. ‘Ja mensen, Afrika wordt weer interessant voor het rijke westen’, schampert hij tenslotte.
Get Agile! Scrum for UX, Design & Development
Op de tweede dag van SXSW 2013 is er een programmaonderdeel waar alle Fabriquers aanwezig waren. Onze eigen Pieter Jongerius – partner, strateeg en hoofdauteur van het boek ‘Get Agile‘ (#aff) – geeft een book reading.
De zaal zit goed vol, en het is zoeken naar een plekje. Niet geheel blanco volgen wij als trotse collega’s de presentatie van Pieter waarin hij in krap 20 minuten probeert samen te vatten wat onze belangrijkste lessen uit inmiddels bijna 40.000 uur scrummen zijn.
Het publiek luistert aandachtig. Pieter neemt ons in hoog tempo mee langs de belangrijkste uitdagingen die ons bureau het hoofd heeft moeten bieden sinds we zijn gaan scrummen. Hoe stel je een team samen, hoeveel dagen per week moet je scrummen en wat betekent het als klanten onderdeel van het team worden en niet langer alleen te gast zijn?
Naast de vragen en dilemma’s die we de afgelopen jaren zijn tegen gekomen deelt Pieter ook nog een aantal do’s, dont’s en secrets. ‘Stop acting like a spoiled princess’ en ‘quality is flexible’ zijn een paar van de one liners die driftig worden meegeschreven door het aanwezige publiek. Pieter sluit af met onze belangrijkste les: “Scrum is about the team, so put the team first.”
Aansluitend is er nog een signeersessie. Helaas blijken alle exemplaren van ‘Get Agile‘ (aff) al uitverkocht. Voor wie achter het net heeft gevist en voor wie alle learnings, tips en geheimen wil weten, het boek is online nog gewoon te bestellen.
Frankwatching doet in een serie artikelen dagelijks verslag van SXSW. De bijdragen van Fabrique zijn een coproductie van Gert Hans Berghuis, Jeroen van Erp, Pieter Jongerius, Matthijs Klinkert, Sanne Wijbenga en Erik van der Meer. Hier vind je de hele serie over SXSW 2013.