Digitalisering aanzet voor gouden eeuw organisaties?
Een toepasselijker decor had er niet georganiseerd kunnen worden voor het SparkOptimus-evenement over de kansen die digitalisering organisaties kan bieden. Onder de titel ‘De digitale gouden eeuw’ werden deze week 300 decision makers van gevestigde publieke en private instellingen bij elkaar gebracht om in de prachtige omgeving van het nieuwe Rijksmuseum, waarvan deze week bekend werd dat het in April 2013 voor publiek toegankelijk wordt, zich te laten inspireren door visies op hoe digitalisering kansrijk ingezet kan worden door organisaties.
Hare Koninklijke Hoogheid Prinses Máxima, Frans van Houten CEO van Philips, de directeur van het Rijksmuseum Wim Pijbes en managing partner van SparkOptimus Alexandra Jankovich waren de sprekers van het Drinks & Digital Inspiration nazomer event.
Van mogelijkheid naar noodzakelijkheid
Jankovic, die de bijeenkomst opende, maakte het meteen duidelijk: digitalisering is geen optie meer, het is een noodzakelijkheid. “The shift will come. You can run, but you cannot hide”, sprak ze stellig. Jankovic stelde dat veel organisaties nu nog de enorme kracht van digitalisering onderschatten, iets wat ze onderstreepte met een voorbeeld van het welbekende fotografiemerk Kodak, waar blijkbaar in 1955 al een slimme werknemer de digitale camera uitvond, maar waar de organisatie op dat moment niet het nut ervan inzag om daar iets mee te doen; een fatale fout zoals nu blijkt uit de wankele positie van het eens zo oppermachtige fotoconcern.
Ook de andere visuele en grappige voorbeelden die Jankovic in haar speech liet zien, bevestigden haar punt: digitalisering is geen toekomstscenario meer, het is iets dat hier en nu plaats aan het vinden is. Filmpjes over contactlenzen waarmee je continu in een augmented reality kunt leven (zoals deze korte film Sight laat zien) worden direct een stuk minder futuristisch als je er de onlangs uitgebrachte uitvinding van de Google Glasses naast legt. De digitalisering van de toekomst is gebaseerd op de techniek die er nu al is, waar organisaties dus meteen gebruik van kunnen, en moeten, maken.
Waardevergroting door digitalisering
De andere sprekers van het groots opgezette event bevestigden tevens deze noodzaak. Zo stelde Wim Pijbes, directeur van het Rijksmuseum, tijdens de onthulling van zijn plan om de gehele collectie van het Rijks digitaal en gratis beschikbaar te maken, dat het geen zin heeft om te blijven hangen in debatten van voorgaande eeuwen over bijvoorbeeld authenticiteit, iets dat bij de combinatie kunst en digitalisering nog vaak ter discussie staat: “Het is een bewuste keuze om onze collectie te delen met de hele wereld zonder gedoe over copyrights. Maak met het melkmeisje een cover van een magazine, decoreer er je auto mee of verkoop yoghurt. Iedereen is tegenwoordig toch zowel een consument als producent. Door beelden te delen, verklein je niet zozeer de authentieke waarde, maar vergroot je juist de iconische. Mensen zullen naar het Rijksmuseum komen omdat ze ‘the real thing’ willen zien. Ik geloof in de kracht van het object dat overeind blijft, ook in de digitale tijd. Digitalisering is ook democratisering.”
Slimme samenwerkingen
Het is dus tijd om verder te denken. Digitalisering is namelijk niet alleen een kracht waar niet aan te ontkomen is, maar vooral ook een kracht die ingezet kan worden om maatschappelijke vraagstukken mee te lijf te gaan. Zo presenteerde Frans van Hout, CEO van Philips, bijvoorbeeld hoe Philips digitale technologie probeert aan te wenden om het tekort aan personeel en de toename van mogelijke patiënten (denk aan de vergrijzing) in de gezondheidszorg te lijf te gaan. Door de inzet van patiëntbewakingssystemen hoopt Philips bijvoorbeeld personeel effectiever in te kunnen zetten, maar ook de ‘heilige graal’ van het mogelijk maken van zo lang mogelijk thuis blijven wonen, te bereiken.
Ook van Hout bevestigt de stelling dat de gouden eeuw voor digitalisering in gezondheidszorg nu moet beginnen. Maar dat is niet zonder de nodige drempels die overwonnen moeten worden: “Er begint nu een besef door te dringen dat het anders moet, maar daarmee zijn we er nog niet. Nederland is een moeilijk land omdat iedereen onafhankelijk naast elkaar werkt. Neem bijvoorbeeld de gezondheidszorg waar artsen, ziekenhuizen, verzekeraars en beleidsmakers vooral gericht zijn op hun eigen plan. Als deze partijen met elkaar in gesprek kunnen gaan en zouden kunnen komen tot een geïntegreerde keten over digitale zaken, dan gaan we pas echt meters maken. Nederland zit nu in de middenmoot wat betreft digitalisering en dat kan beter.”
Van mogelijkheid naar mindset
Bij digitalisering voor organisaties gaat het dus niet zozeer om het gebruik maken van de mogelijkheden die het kan bieden, maar vooral te komen tot het besef dat het een compleet andere mindset behelst. Een nieuwe blik op zaken als communicatie naar buiten of de plek die consumenten innemen in de ontwikkeling van een product is hierbij dan ook onontbeerlijk.
Prinses Maxima stelde bijvoorbeeld in haar presentatie over de inzet van mobiele technologie in derde wereldlanden -met als doel het stroomlijnen van financiële services door gebruikmaking van de bestaande infrastructuur-, dat het gebruik van digitale technologie slechts een middel tot een doel moet zijn, en niet een op zichzelf staand doel behelst: “Zodra men toegang heeft tot digitale technologie moet gekeken worden naar de relevantie en de adequaatheid van het digitale product. Of men nu digitale of analoge munt gebruikt, financiële service moet toegesneden worden op de klant en haar context. Het juiste product voor de eigenaar van een metaalfabriek in Cairo verschilt van een boer in Afrika. Nu lijkt het misschien alsof ik iets vanzelfsprekends zeg, maar er worden helaas hiermee nog grove fouten gemaakt, ook in Nederland. Noch mensen leven in hokjes, noch in het gebruik van digitale technologie moet nog in hokjes gedacht worden.”
Het idee van eigenaarschap verandert zo compleet, en organisaties zullen dus gedwongen worden om buiten zichzelf te kijken en te gaan denken in samenwerkingen met een scherpe focus op de burger of consument. De sleutelwoorden hierbij? De creatie van toegevoegde waarde voor de consument en burger en een heldere identiteit van de organisatie die weet wat hij wil met digitalisering. Alleen dan kan voorkomen worden dat je als organisatie niet doelloos rond gaat drijven op de golf van digitalisering, maar trefzeker overeind kunt blijven in de nieuwe dynamiek.