Google+ en Facebook: de strijd om klantprofielen gaat verder!
Google heeft onlangs Google+ geïntroduceerd, de nieuwe sociale netwerksite en tegenhanger van Facebook. Na eerdere mislukte pogingen met projecten als Google Buzz en Google Wave, heeft Google met Google+ nu mogelijk wél een antwoord op het succes van Facebook. Met Google+ kondigt Google een nieuw hoofdstuk aan in de voortdurende strijd met Facebook.
Behalve Google, en misschien Microsoft, zijn op dit moment maar weinig bedrijven in staat Facebook een serieuze klap toe te brengen, simpelweg omdat ze de kennis, middelen en/of reikwijdte missen. Op z’n minst zou Google+ de groei van Facebook kunnen vertragen. Maar als Google in zijn opzet slaagt, zou het met Google+ misschien een eerste serieuze slag kunnen toebrengen aan de tot nu toe onstuitbare groei van Facebook. Overigens strijden beide bedrijven al jaren en op diverse fronten met elkaar.
Pogingen van Google om Facebook af te troeven…
Vorig jaar werd het nieuws bekendgemaakt over de investering die Google heeft gedaan in Zynga, het bedrijf achter de immens populaire Facebook-game FarmVille. Met deze investering, die naar verluidt tussen de 100 en 200 miljoen dollar zou bedragen, slaagde Google erin een voet tussen de deur te krijgen bij Zynga. Deze deelname in Zynga vergemakkelijkt de (binnenkort te verwachten) introductie van Google Games, terwijl Google tegelijkertijd gedetailleerde informatie over het gebruik van Facebook en de bijbehorende geldstromen van Facebook-gebruikers in handen heeft gekregen.
In augustus 2010 werd Jambool overgenomen door Google. Zoals wellicht bekend is, is Jambool een platform voor virtuele valuta waarmee gameontwikkelaars betalingssystemen in hun (Facebook)-games kunnen integreren. Jambool is (was) tevens de grootste concurrent van Facebook Credits, het virtuele valutasysteem van Facebook zelf. In november vorig jaar werd bovendien de mogelijkheid om automatisch Gmail-contacten te importeren in Facebook dichtgezet door Google. Dit was weer een reactie op de weigering van Facebook om Facebook-contactgegevens naar andere toepassingen (zoals die van Google) te exporteren.
…en de reacties van Facebook daarop
Facebook zat ondertussen ook niet stil en voerde een aantal overnames uit, waaronder de schijnbaar kleine, maar erg interessante overname van Chai Labs, vanwege hun semantische zoekmachine. Met behulp van de eenvoudig te implementeren ‘vind ik leuk’-knoppen is Facebook er in korte tijd in geslaagd enorme hoeveelheden gestructureerde (meta)gegevens over elke gebruiker te verzamelen. Daarnaast maakt Facebook gebruik van de Open Graph-technologie (wat in wezen een semantische zoekmachine is) om adverteerders op basis van de voorkeuren van hun doelgroep een relevante context voor hun advertenties te bieden.
En vorige maand nog schakelde Facebook in het geheim een pr-bureau in om een ‘fluistercampagne’ tegen Google te voeren. Hierbij werden verslaggevers en bloggers aangespoord zich negatief uit te laten over de sociale netwerkpraktijken van Google. Toen deze heimelijke lastercampagne aan het licht kwam, ontstond er juist een averechts effect, wat weer leidde tot moeizame verklaringen van de kant van Facebook en natuurlijk veel gratis publiciteit voor Google Circles (dat zich nu als centraal element in Google+ blijkt te ontpoppen).
Strijd om klantprofielen
Uit deze voorbeelden blijkt dat Google en Facebook in een strijd verwikkeld zijn. Het doel van deze strijd is niets meer en niets minder dan het verkrijgen van de absolute zeggenschap over de profielen van online gebruikers. Logisch, want naarmate het internet blijft groeien, wordt het steeds belangrijker om content, zoekresultaten en advertenties te kunnen verfijnen op basis van de interesses, voorkeuren en behoeften van de gebruikers.
De toegevoegde waarde van Facebook en Google bestaat per slot van rekening niet enkel uit het publiceren van een online advertentie voor een fractie van een eurocent per view. De toegevoegde waarde bestaat uit het onder de aandacht brengen van deze advertentie bij de juiste doelgroep. Kennis over deze doelgroepen is gebaseerd op grote hoeveelheden klantprofielgegevens, die door de jaren heen zijn verzameld met behulp van een gratis zoekmachine en vele andere gratis online diensten.
De waarde van gratis
Voor niets gaat de zon op. Dingen die gratis lijken te zijn, worden altijd op de een of andere manier door iemand betaald. De enige reden waarom deze twee bedrijven honderden miljoenen dollars investeren in het bieden van snelle, betrouwbare online services is dat ze dit bedrag weer –natuurlijk in veelvoud- verwachten terug te verdienen. Hoe? Via gerichte online advertenties én door de de facto standaard intermediair voor social commerce transacties te worden. Denk hierbij ook aan initiatieven als Google Wallet. De prijs die je betaalt voor het gebruik van gratis diensten van Facebook en Google is dat deze bedrijven jou niet langer 100% objectieve informatie zullen aanbieden, omdat iemand anders bereid is geld te betalen om jou te mogen beïnvloeden. En voor dat laatste doel hebben Google en Facebook jouw profielgegevens nodig.
Wat betekent dit voor jouw eigen bedrijf?
Als succesvolle bedrijven als Facebook en Google zoveel investeren in manieren om klantprofielgegevens vast te leggen, waarom zou jouw bedrijf dat dan ook niet doen? Goede vraag. Ik denk dat je dat wél zou moeten (en kunnen) doen. In de volgende 2 blogs van deze 3-delige serie ga ik dieper in op de waarde die klantprofielen voor jouw bedrijf hebben. En op wat je zelf kunt doen om deze klantprofielen te verzamelen, voor slechts een fractie van de kosten die je momenteel betaalt aan leveranciers van e-mailmarketinglijsten en makelaars in klantgegevens. Houd Frankwatching dus in de gaten!