Zo wordt je huis slimmer: smart home, Internet of Things & Pay-tv
De smart home, Internet of Things (IoT) en Pay-tv. Misschien lijkt deze combinatie van onderwerpen vreemd, maar dat is het niet. Internet of Things is namelijk de enabler van smart homes, wat wordt gezien als de zogenaamde Fifth Play voor telecombedrijven en ISP’s.
Fifth Play?
Wat betekent 5th Play eigenlijk? Met de term ‘Triple Play‘ bedoelt men bellen, tv, internet. Quadruple Play voegt daar mobiel aan toe. Smart homes (beveiliging, energieverbruik en dergelijke) zijn vervolgens Fifth Play. Het doel is natuurlijk een groter ‘share of wallet‘ te verkrijgen bij de klant door extra diensten aan te bieden. Pay-tv en andere ontwikkelingen, zoals Netflix, passen daar natuurlijk goed in. Het Internet of Things (en alle sensoren) maken dat je een huis slim kunt maken.
We waren aanwezig op Connections Europe, een congres over de smart home, Internet of Things en Pay-tv. Tijdens een tiental sessies kwamen diverse aspecten aan de orde, variërend van 4K- of UHD-tv tot hoe je met partnerships een smarthome-oplossing kunt creëren. We leiden je langs de meest opvallende ontwikkelingen.
Smart products en smart homes
De eerste sessie van het event ging over het ontwikkelen van producten en diensten en hoe die samen moeten werken in het IoT. Het was een paneldiscussie. Wat meteen opviel was dat er in ieder geval heel veel platformen zijn: iedere spreker had zijn eigen app en/of platform. Interoperabiliteit moet de oplossing zijn, maar het lijkt sterk of alle platformen vinden dat de anderen zich maar moeten aansluiten.
Daarbij is ook het probleemloos installeren en werken van smart devices een absolute noodzaak, samen met natuurlijk de eerder genoemde interoperabiliteit. Anders blijft het een kwestie van hier en daar een sensor of device in plaats van een echte smart home.
Er is nog geen compleet aanbod
Geen enkele leverancier heeft een compleet aanbod, omdat de markt nog volop in ontwikkeling is. Een ander probleem is het betalen voor smarthomediensten. De belangrijkste conclusie: de consument heeft volgens het panel weinig interesse voor het betalen van een maandelijkse bedrag voor dit soort diensten, het bundelen van de smart home met meer traditionele diensten is een kansrijkere aanpak.
In het algemeen lijken de meeste producten, die nu voor smart home beschikbaar zijn, sterk op elkaar. Ook de leveranciers die hun producten toonden tijdens Connections Europe hadden grofweg dezelfde producten, zoals een thermostaat, ledlamp, etc.
Pijnpunten van Internet of Things
Wij destilleerden uit deze discussie de volgende ‘pijnpunten’ bij het Internet of Things:
- alle sensoren hebben hun eigen platform
- interoperabiliteit betekent met name dat anderen zich moeten aanpassen aan jouw standaard
- de installatie van sensoren en de werking ervan moet eenvoudig zijn, zeker voor consumenten
- geen enkele leverancier biedt een compleet aanbod van sensoren
- wat wordt geleverd is in heel veel gevallen dezelfde functionaliteit
Pay-tv
De ontwikkeling van breedband gaat erg hard. Bijna alle markten, inclusief India en China, zitten op een penetratie van breedband van rond de 50 procent. Nederland (wat niet in onderstaand overzicht is opgenomen) zal naar verwachting boven Frankrijk zitten (in ieder geval wel in de OECD-cijfers).
Er zijn nu al huizen met een 1gbit/s glasvezelverbinding. Echter, er is geen toepassing die daar gebruik van kan maken. Om het even in perspectief te plaatsen, voor ADSL/VDSL zit je vaak tussen de 10-50mbit. En bij kabel (bijvoorbeeld Ziggo) zit het aanbod tussen de 30mbit en 180mbit. Dit zijn wel een beetje de maxima die je kunt halen bij de huidige technologie. In realiteit haal je het maximum alleen in optimale omstandigheden, bijvoorbeeld bij het downloaden van grote bestanden. In de meeste gevallen gaat er maar een klein beetje data over de lijn.
Over The Top-content
De vraag is dan: wat doe je met zoveel bandbreedte? Zelfs het streamen van een 8K- (een twee keer zo hoge resolutie als 4K) tv-uitzending komt met de huidige codecs neer op een bandbreedte van 250mbit/s.
Het maakt wel mogelijk dat er steeds meer zogenaamde OTT-content wordt aangeboden. OTT staat voor Over The Top. Deze omschrijving betekent dat content over het bestaande netwerk gaat, zonder dat de netwerkoperator daar een rol bij speelt, anders dan bij het transport van de video of data. Dit is dienstverlening zoals bijvoorbeeld Netflix. Deze biedt de mogelijkheid om via internet films en series te kijken.
Dat we dit graag doen op de tv werd tijdens dit event ook wel duidelijk. Een van de sprekers was Andrew Ferrone van Roku, dat diverse producten voor het streamen van video aanbiedt: van stick tot mediaplayer tot een app in een smart-tv (Hisense en TCL). Google Chromecast is er trouwens ook een voorbeeld van. Dit zijn relatief goedkope oplossingen om OTT-content te bekijken via het grote scherm.
De muur wordt de tv
Een opvallende opmerking kwam van Orange die in 2020 de muur als het scherm ziet, of sterker nog een ambient tv-ervaring (misschien vergelijkbaar met Microsoft Illumiroom)
Een van de panelleden omschreef het als de transitie van ‘content naar context’. Het is maar een letter verschil, maar het is wel de toekomst voor een betere experience voor de pay-tv-kijker.
Zoekt en gij… vindt niets?
Een discussie die al jaren speelt is hoe je de content ontsluit, met andere woorden: hoe kun je de films en series vinden die je leuk vindt? Een van de panelleden omschreef het als de transitie van ‘content naar context’. Het is maar een letter verschil, maar het is wel de toekomst voor een betere experience voor de Pay-tv-kijker. Wat je wil kijken, hangt af van diverse factoren: wie kijken er? Wanneer kijk je? En misschien nog wel innovatiever: welke emoties/gemoedstoestand heb je? Dit bepaalt waar je zin in hebt en dit zou misschien wel de ideale zoekinterface kunnen zijn in 2020. Het panel was unaniem dat de interface van veel Pay-tv-producten is op dit moment nog slecht is. In 2020 moet dit echt beter zijn!
De strategie van Sky Duitsland
Sky presenteerde op het event haar strategie die ze in Duitsland heeft uitgerold. Sky heeft een aantal moeilijke jaren achter de rug en heeft met een aantal innovaties in de markt (volgens eigen zeggen) de weg naar winstgevendheid weer gevonden.
Opvallend daarbij zijn een aantal diensten, zoals Snap. Dit is een nieuwe online dienst die niet overlapt met bestaande diensten, onder andere door andere series aan te bieden. Voor Snap worden speciale pakketten van films en series gemaakt die speciale doelgroepen moeten aanspreken (editorial curation), zoals vrouwen of liefhebbers van griezelfilms. Sky komt zowel met een push Video on Demand-dienst als een streaming Video on demand-dienst.
De slimme partnerships van Verisure
Verisure is een specialist op het gebied van beveiligingdiensten in Scandinavië en biedt safety, security en home control. Per maand sluiten zich 20.000 gebruikers aan op dit platform. Wat er bijzonder aan is: Verisure werkt met een serie van partners (de sterksten in de markt) op het gebied van sloten (Assa Abloy), Zonwering (Somfy), Panasonic (aircondition) en Anti Cimex (ongediertebestrijding). Al deze partijen waren sterke, maar traditionele spelers in de markt. Ze gaven aan dat het partnership met Verisure hun bedrijf heeft geholpen in de transitie naar smart homes en Internet of Things.
Opvallend is dat Verisure geen exclusiviteit eist. Partijen zijn vrij om ook andere partnerships aan te gaan. Er wordt samen opgetrokken, maar wel apart gefactureerd. Verisure doet eerstelijnssupport en zet het later, indien nodig, door naar andere partijen. Service wordt gedaan door de partijen zelf, alleen bepaalde dingen worden gedeeld.
Houden we de settop-box?
Door de toenemende interesse in virtualisatie, onder andere bij Network Functionality Virtualisation (het vervangen van hardware door functionaliteit in software), is het de vraag of ook de settop-box en gateway gaan verdwijnen. Moderne datacenters gebruiken steeds meer virtualisatie. Niet alleen worden steeds meer clouddiensten aangeboden. Zelfs allerlei functies van het datacenter zelf wordt door software uitgevoerd in plaats van een specifiek stuk hardware, zoals een firewall. Het voordeel is flexibiliteit omdat veranderingen softwarematig zijn.
Het probleem is dat ergens in huis het signaal moet binnenkomen en worden omgezet naar diensten en functies. Er blijft dus altijd iets van een gateway of router nodig. Een settop-box lijkt minder noodzakelijk, deze functionaliteit zou in theorie ook bijvoorbeeld in een tv kunnen worden gestopt als softwarecomponent.
Tijdens de paneldiscussie waren de panelleden (allemaal settop-boxmakers en een settop-software ontwikkelaar) het uiteraard toch wel eens dat de settop-box voorlopig nog noodzakelijk is. In sommige gevallen, zoals bij de verhuur van een settop-box, is het verwijderen van de settopbox zelfs nadelig in verband met de inkomsten. De discussie ging verder over de customer experience die een settop-box geeft en die minder goed in software kan worden gerealiseerd. Kijk maar naar OTT (zoals Netflix): de kwaliteit varieert en klanten accepteren dit niet van hun normale Pay-tv-aanbieder. Sky gaat in Duitsland zelfs OTT aanbieden via een box naast de app.
Overload aan informatie
Er waren zeer veel presentaties op de eerste dag en dit is een selectie van die dingen die ons opvielen. Het nadeel is dat je zo veel informatie krijgt, dat aan het einde van de dag je sterretjes voor je ogen ziet.
Maar er was nog wel een heel cool iets wat we met je willen delen: een ontzettend leuk initiatief van Ericsson. Het gebruik van je eigen auto als ontvangstpunt van pakjes naast huis, kantoor en ophaalpunt. UPS kan zien waar je auto is met een eenmalige code de kofferbak openen en daar het pakketje inleggen. Van een smart home naar een connected car.