Op social media bestaat het grijze midden niet
Column – Het is bij elke verkiezing weer raak: bij een groot deel van de vragen in de kieswijzers heb ik geen mening. Niet omdat ik niet maatschappelijk betrokken ben, maar omdat ik vind dat ik niet genoeg kennis heb om een oordeel te vellen. Op bijna elke vraag wil ik antwoorden: ‘Vraag het aan een expert.’ Niet erg handig als politieke standpunten tegenover elkaar staan.
Misschien ken je het Dunning-Krugereffect wel: mensen met weinig kennis over een bepaald onderwerp, missen ook de kennis om te snappen dat ze kennis missen. Zij overschatten zichzelf, terwijl mensen met veel kennis over dat onderwerp hun kennis onderschatten.
Nou wil ik in geen geval zeggen dat ik veel kennis heb, maar het eerste principe kom ik wel op veel plekken tegen. Offline bijvoorbeeld op familiefeestjes waar elke vorm van nuance ontbreekt, of online op social media (en de commentsectie van NU.nl blinkt er ook in uit).
Waar is het grijze midden?
Het valt me op dat er een duidelijke tegenstelling tussen meningen bestaat, maar dat je weinig mensen hoort over het grijze midden (sterker nog: het heeft een negatieve connotatie). Niet zo gek ook, want dat discussieert niet echt lekker. Bovendien heb je als twijfelaar minder ronkende argumenten tot je beschikking.
Je ziet het ook in talkshows. Politici met mitsen en maren leveren minder stevige discussies op – en dat is niet goed voor de kijkcijfers.
Rob Wijnberg vroeg zich in 2014 al af of twijfel niet iets meer krediet verdient. ‘(…) was de financiële crisis zo in alle hevigheid uitgebroken als er in de top van het speculerende bankwezen misschien wat meer twijfelaars hadden rondgelopen? Zou de Zwarte Pietendiscussie zo gespannen en vruchteloos zijn geweest als beide kanten wat meer twijfel over het eigen gelijk hadden gehad?’
Ook Dare to be Grey is in dit kader interessant: een stichting om het grijze midden onder de aandacht te brengen.
Bubbels & gebrek aan nuance
Ik denk dat filterbubbels het gebrek aan nuance versterken. Offline schijn je al radicaler te worden in een groep gelijkgestemden. Je hoort meer en nieuwe argumenten die jouw mening onderschrijven. Daarnaast is er het principe dat mensen degene met de extreemste mening bewonderen en met hem of haar willen wedijveren. Je stookt elkaar op.
Social media versterken dit effect. De groepen zijn groter, dus je hebt meer bronnen en dus meer informatie die jouw mening ondersteunt. In deze grotere groepen (denk aan besloten Facebookgroepen of Reddit-threads) is de kans op radicale individuen ook groter. En mensen wier mening je niet aanstaat, kun je simpelweg muten. In het echt moet je daarvoor gedrag vertonen dat sociaal onwenselijk – en dus moeilijker – is. Daarbij komt dan ook nog dat je door algoritmes steeds radicalere content voorgeschoteld krijgt.
Radicalisering van hamburgers
Dit artikel laat aan de hand van de online food-community mooi zien hoe die radicalisering werkt. Voedsel op internet gaat steeds minder lijken op wat normale mensen eten (een toren van hamburgers, anyone?). Algoritmes bevoordelen alles wat afwijkend en gek is: dat trekt de aandacht. Eén van de effectiefste manieren om je bereik te vergroten, is door iets extreems te doen.
Algoritmes aanpassen is geen oplossing
‘Simpelweg’ een algoritme aanpassen lijkt niet helemaal de oplossing te zijn. We zijn geneigd om het eens te zijn met inzichten die passen bij de mening die we al hadden (confirmation bias).
Laten we weer even teruggrijpen op de politiek. Wetenschappers onderzochten in het jaar voorafgaand aan de Amerikaanse presidentsverkiezingen in 2016 welke berichten op Twitter het meest verspreid raakten. Dat bleek te maken te hebben met taal, wat ze het ‘moral contagion effect‘ noemen. Het gebruik van ‘moreel-emotionele’ taal zorgde voor meer retweets.
Het gebruik van deze taal zorgt bij tegenstanders juist voor negatieve reacties. Zie jij in je feed dus berichten van mensen met een andere mening, dan is het nog maar de vraag in hoeverre het bij jou zorgt voor een verbreding van je blik.
Meer contact is niet beter
De contacthypothese van Gordon Allport suggereert dat meer contact tussen verschillende groepen vooroordelen weg kan halen. Recentere onderzoeken tonen beperkingen aan. Soms zou meer onderling contact tot meer problemen kunnen leiden – en dat zou zomaar eens het geval kunnen zijn op Twitter.
Wat kun je zelf doen?
Het Greater Good Magazine van University of California, Berkeley, pleit voor actively open-minded thinking (AOT). Hierdoor zou je bedachtzamer, flexibeler en ruimdenkender worden, zelfs als bepaalde informatie recht tegenover jouw (uitgesproken) mening staat. Je kunt het trainen door het goede oude ‘tot tien tellen’. Of misschien iets langer. Als je ergens tegenin wil gaan, neem dan eerst even vijf minuten om na te denken. Niet per se om van mening te veranderen, maar om weloverwogen met de situatie om te gaan.
Het lijkt er dus op dat het bij jezelf begint. Laten we samen afspreken: grijs is een mooie kleur!
Dit artikel verscheen eerder in de Frankwatching Weekly. Wil je ook deze zaterdageditie in de mailbox ontvangen? Schrijf je hier in.