Schrijftaal uitroeien in jouw tekst: de ultieme tip
Hoe herken je schrijftaal? Heel simpel: spreek je tekst hardop uit. Klinkt de tekst vervolgens als iets dat jij nooit letterlijk zo zou zeggen, dan heb je schrijftaal gebruikt. Hoe simpel deze tip ook lijkt, hij wordt weinig toegepast. Schrijftaal domineert artikelen, blogs en webcontent. Het is zelfs zo erg dat we op het voortgezet onderwijs moeilijke woorden-lijsten moeten leren. Maar waarom eigenlijk? In dit artikel leg ik uit hoe je schrijftaal definitief kunt uitroeien in jouw teksten.
Stel, je staat in kroeg. Een vage bekende knoopt een gesprek aan en vraagt je: “Wat deed jij ook al weer? Was jij geen tekstschrijver?” Jij reageert vervolgens met antwoord A óf B.
- “Klopt, ik heb een vrij vlotte pen. Maar dat is maatstaf binnen mijn werk.”
- “Klopt, ik schrijf teksten. Ik ben er best goed in. Maar dat moet ook wel als tekstschrijver.”
B is natuurlijk het goede antwoord. Maar zodra we gaan schrijven, verandert onze taal. We zeggen niet meer wat we in een kroeg zouden zeggen tegen iemand. We schrijven iets waarmee we intelligenter over willen komen.
Bij ons eigen bureau Proven Context hadden we onlangs een vacature uitstaan voor tekstschrijver. Daarin viel me op dat 1 op 8 sollicitanten letterlijk de passage Ik heb een vlotte pen of Ik heb een scherpe pen gebruikte. Ik vond dat veel. Want vlotte pen en scherpe pen vallen onder het genre schrijftaal. Mensen in de kroeg praten niet over scherpe en vlotte pennen. Die zeggen dat ze goed zijn in het schrijven van teksten.
Schrijftaal = hoger taalsegment
Ik vroeg aan emeritus (= schrijftaal voor gepensioneerd) hoogleraar tekstkwaliteit Jan Renkema waarom er eigenlijk zoiets als schrijftaal bestaat. Volgens hem gebruiken mensen via schrijftaal een schrijfstijl uit een hoger taalsegment. Zijn studenten deden dat soms in scripties en opdrachten. Hiermee probeerden ze min of meer intelligent over te komen. Renkema verwijst hierbij ook naar archaïsch (= ouderwets) taalgebruik.
Mensen gebruiken schrijftaal om intelligent over te komen.
Geschiedt
Inderdaad: schrijftaal en archaïsch taalgebruik komen vaak overeen. Ik las de volgende tekst bij een webshop: ‘Betaling geschiedt via iDeal of automatische incasso’. Maar waarom geschiedt? Geschieden doet mij denken aan kerst: ‘En het geschiedde in die dagen, dat er een bevel uitging vanwege keizer Augustus …’ Maar het gaat niet om het Lucas 2, vers 1. Het gaat om een bestelling bij een webshop. Schrijf gewoon: ‘Je kunt betalen via iDeal of automatische incasso’.
Maatstaf
Een uitzendbureau waar ik ooit stage liep, had als slogan: ‘Maatstaf in uitzendwerk’. Maatstaf is ook zo’n schrijfwoord, vooral populair in slogans. Google maar: ‘Maatstaf in onderhoudsvrije gevelbekleding’. ‘Maatstaf in het nieuwe SUV-segment’. ‘Maatstaf in stadsdistributie’. ‘Maatstaf in energie-efficiëntie’.
Voorbeelden genoeg. Maar denk je echt dat ooit iemand op een verjaardag, in de kroeg of tijdens een strandwandeling tegen je zegt: “Kijk, het bedrijf waar ik werk is maatstaf in onderhoudsvrije gevelbekleding.”? Nee. Dat komt omdat het schrijftaal is. Geen spreektaal. Zeg ’t hardop en je merkt gelijk dat je schrijftaal hebt gebruikt.
Zeg ’t hardop en je merkt gelijk waar je schrijftaal hebt gebruikt.
Bij het woord maatstaf hebben we het overigens niet over archaïsch taalgebruik. Hier gaat het over abstract taalgebruik. Abstract is ook onduidelijk, maar werkt nét weer anders dan archaïsch taalgebruik. Eerder schreef ik daarover het artikel 18 suikerklontjes, de marketingkracht van concreet en abstract.
Snijvlak
Nog een voorbeeld is het woord ‘snijvlak’. ‘Onze dienstverlening bevindt zich op het snijvlak van financiën en ICT’. Op zich een mooi woord, dat snijvlak. Het klinkt intelligent en als ik mijn best doe, kan ik me er wel iets bij voorstellen. Maar waarom moeilijk doen? De volgende passage is prettiger om te lezen en bovendien veel begrijpelijker: ‘Je hebt financiën en je hebt ict. Wat wij doen, zit daar precies tussenin’.
Schrijftaal: gedoe om niks?
Misschien denk je bij het lezen van deze voorbeelden: ‘Wat maken die paar woordjes nou uit?’. Maar in werkelijkheid worden websites volgeschreven met alleen maar schrijftaal. Dat leest niet alleen minder lekker, het zorgt er ook voor dat de inhoud van jouw teksten veel minder goed tot z’n recht komt. Jij zet de hersens van je lezer namelijk aan het werk om jouw schrijfstijl te begrijpen. Daarom houdt de lezer minder hersencapaciteit over om ook de inhoud van diezelfde tekst te begrijpen. En juist die inhoud moet centraal staan.
Dus vanaf nu, als je klaar bent met schrijven van jouw tekst: lees ‘m hardop voor! Of desnoods hardop in je hoofd. Want het is, behalve een paar uitzonderingen, bijna nooit zinvol om je tekst moeilijker te maken dan nodig.