Innoveren om te overleven: in 6 stappen naar de juiste mindset
Innovatie is geen afdeling, geen persoon, maar een manier van denken. En ook al hebben mensen van nature de neiging om te blaffen tegen alles wat ze niet kennen, iedereen kan zich aanleren om innovatief te denken en kansen te zien.
Lewis Duncan van de Darthmouth-universiteit in de VS beschreef innovatie ooit als ‘het omzetten van ideeën naar facturen’. Hoewel deze quote mooi toepasbaar is voor het bedrijfsleven, geldt hij niet voor de zorg, overheid en non-profitsector. Daarom bedacht innovatie-expert Gijs van Wulfen een eigen definitie voor innovatie: ‘het realiseren van nieuwe maakbare relevante producten, diensten, processen of experiences met een levensvatbaar businessmodel.’
Hij benadrukt daarbij dat zeker niet elke verbetering meteen een innovatie is. Veranderen gebeurt stap voor stap, volgens planning, met een specifiek doel. Innoveren doe je in grote sprongen en brengt risico’s met zich mee.
Om te komen tot de juiste mindset voor innovatie, stelde Van Wulfen een zes-stappenplan op. Hij schreef daarover het boek Innoveer jezelf (aff.). Hieronder staat een korte samenvatting van zijn ideeën.
Innoveren is het realiseren van nieuwe maakbare relevante producten, diensten, processen of experiences met een levensvatbaar businessmodel.
Stap 1. Pak het juiste moment
Als een kip zonder kop beginnen aan innovatie heeft geen zin. Probeer eerst uit te vogelen of jouw organisatie en jijzelf toe zijn aan een grote vernieuwing. Soms is dat juist het moment dat je een nieuwe groei wil stimuleren, om tot grotere hoogten te stijgen als bedrijf. Maar het kan ook zijn dat je een impuls nodig hebt vanwege een eerdere daling van de groei, bijvoorbeeld door een reorganisatie. Kort samengevat: willen innoveren versus moeten innoveren.
Stap 2. Kies een stip op de horizon
Het kiezen van een focus is essentieel bij innovatie, anders blijft het een vage bezigheid. Deze innovatieopdracht kan dienen als de bekende ‘stip op de horizon’, waar alle collega’s hun blik op kunnen richten. Van Wulfen legt uit dat je bij keuzemomenten deze focus als leidraad vasthoudt. Bijvoorbeeld als je de aanpak bepaalt, of de deelnemers aan jouw innovatietraject. Ook laat de auteur zien hoe je een innovatieopdracht opstelt.
Stap 3. Sta open en denk in kansen
Originele ideeën krijg je pas als je open staat voor nieuwe impulsen. En daarvoor moet je dus eerst je oogkleppen afzetten. Blijf niet duf zitten googelen achter je bureau, maar trek de echte-mensenwereld in, ga op zoek naar inspiratie. De magie van innovatie, zo stelt Van Wulfen, speelt zich vooral af buiten jouw comfortzone. Dus durf risico’s te nemen, laat bestaande patronen los en leer van mensen met totaal andere ideeën dan jijzelf. Ook is het wijs om in te zoomen op de grootste ergernissen van klanten. Die kunnen je ook hard aan het denken zetten richting innovatie.
Stap 4. Bedenk nieuwe ideeën
Gefrustreerd zitten wachten op een eureka-moment? Nope, dat gaat je niet helpen. Innoveren vol stress in je overuren? Ook dat is zinloos. Een rustig hoofd blijkt meestal de beste basis voor een nieuw idee. Daarom bedacht de baas van Google ooit dat al zijn medewerkers een dagdeel per week mogen freewheelen: nadenken over verbeteringen, dingen uitproberen, als het maar samenhangt met hun werk. Het zoekmachinebedrijf is ervan overtuigd dat de innovatie vooral plaatsvindt in die ‘aanklooi-uren’. En natuurlijk hoort daar ook een aantrekkelijke werkomgeving bij. Van Wulfen deelt in zijn boek verschillende methodes om creatieve gedachten op te wekken: van braindump tot ‘kruip in de huid’.
Een rustig hoofd blijkt meestal de beste basis voor een nieuw idee.
Stap 5. Experimenteer en leer
Pas als je een idee deelt, krijg je reacties. Omdat feedback van gebruikers goud waard is, meent Van Wulfen dat je zo vroeg mogelijk in het productieproces mensen moet laten meekijken. Hij noemt experimenteren dan ook ‘leren door te doen’. Tevens wijst hij op de treffende afkorting die iemand ooit bedacht voor het woord ‘FAIL’: First Attempt In Learning. Liever dat je er vroeg in het proces achter komt dat je een flop te pakken hebt, dan pas helemaal aan het eind van de rit.
Stap 6. Schaal op en volhard
Hoe maak je de sprong van experiment naar introductie? Allereerst moet je collega’s, managers, ja eigenlijk de hele organisatie warm krijgen voor jouw innovatie. Van Wulfen deelt een model voor een businesscase dat daarbij kan helpen. Hij waarschuwt voor het belangrijkste obstakel in innovatie: het simpele woordje ‘nee’. Echte innovators laten zich namelijk niet meteen afremmen door een afwijzing, maar zien deze als een extra stimulans om door te zetten.
Op weg naar innovatie
Het boek ‘Innoveer jezelf’ is nogal braaf qua structuur. De laatste regel van elk hoofdstuk geeft bijvoorbeeld steeds een simpele vooruitblik naar wat je in het volgende hoofdstuk zal lezen. Van een innovatie-aanjager zou je iets pakkenders verwachten. Maar misschien is dát juist het sterke van dit boek. Het is immers bedoeld om mensen die nog niet innovatief bezig zijn, met de eerste stappen op weg te helpen. En ik denk dat dat heel aardig zal lukken. Laat je dus niet afschrikken door de structuur of de sobere omslag van het boek.
Van Wulfen pakt de lezer netjes bij de hand en leidt hem naar het begin van een vernieuwingsslag. En de vraag die de schrijver aan het begin van het boek stelt, ‘Bestaat jouw baan nog over tien jaar?’, geeft dan weer voortreffelijk de urgentie van innovatie aan. Innoveren om te overleven, dát is waar het om draait!
Over het boek
Titel: Innoveer Jezelf
Auteur: Gijs van Wulfen
Uitgever: Anderz
Jaar: 2017
Nummer: EAN: 9789462960541
Mediatype: Boek
Prijs: € 20,-
Bestellen: via Managementboek (aff.)