De idiote dwang-maatregelen die managers & overheden ons opleggen
Column – De externalisering van het geweten, zo heb ik het ooit genoemd. Daarmee bedoelde ik dat we ons eigen morele vermogen om iets goed of fout te vinden, steeds meer overlaten aan wat de buitenwereld ervan vindt. Of wat in regels is vastgelegd.
Een troostbedrag van 180 miljoen dollar
Een voorbeeld. De beoogde minister van buitenlandse zaken in de Verenigde Staten is Rex Tillerson. Hij is op dit moment nog CEO van ExxonMobil. Ter compensatie van zijn verlies aan inkomsten krijgt hij een troostbedrag van 180 miljoen dollar mee. Nu zou je verontwaardigd kunnen zijn over de hoogte van dit bedrag, maar de aandacht ging eigenlijk alleen maar naar de vraag of Tillerson deze zakcent wel zelf mag beheren tijdens zijn ministerschap of dat hij het moet overlaten aan een onafhankelijke commissie. Dat laatste is het geval.
De commotie ging dus niet over de hoogte van het bedrag, het ging over het beheer. De reden: de hoogte van het bedrag voldoet aan het formele protocol, ongetwijfeld goedgekeurd door een raad van commissarissen en aandeelhouders. Tillerson heeft geen last van een gewetensvraag, de procedure is immers vastgelegd. Zijn geweten is buiten hem geplaatst.
De open brief van Hugo Borst
Ander voorbeeld. De frustratie die spreekt uit de open brief van Hugo Borst aan staatssecretaris van Rijn over hoe het beter kan in verpleegtehuizen (AD, juli vorig jaar) heeft alles te maken met de verschuiving van verantwoordelijkheden en de verschuiling van managers van verpleeghuizen achter protocollen. Er zijn schrijnende voorbeelden van het gebrek aan verzorging bij ouderen in verpleeghuizen. Er is te weinig verplegend personeel voor het aantal ouderen op een afdeling, maar de managers beroepen zich erop dat zij zich houden aan de afgesproken protocollen. Het protocol neemt het over van het geweten.
Een mail-band om de nek van de Franse bevolking
Aan dit alles moest ik denken toen ik las over de nieuwe Franse wet die 1 januari dit jaar van kracht werd en die beschrijft dat een Franse werknemer het recht heeft om werkgerelateerde mails buiten werktijd niet meer te lezen, laat staan om ze te beantwoorden. Le droit à la déconnexion, het recht om niet verbonden te zijn. In Frankrijk heeft blijkbaar meer dan 12 procent van de beroepsbevolking last van een burn-out, een serieuze stijging in de laatste jaren. Een mogelijke oorzaak? Het feit dat veel werkenden naar huis gaan met een mail-band om hun nek waardoor ze voortdurend aangelijnd zijn met hun werk.
Die marteling is over. Wettelijk hebben de werknemers nu het recht om alle verbindingen met werkgever na vijf uur te verbreken. Letterlijk, het recht om niet verbonden te zijn. Vreemde bijkomstigheid overigens: het recht is alleen maar geldig voor ondernemingen met meer dan vijftig werknemers. Alle medewerkers van kleinere bedrijfjes gaan dus nog steeds aangelijnd naar huis, en kunnen iedere seconde stroomstootjes van die dwingende werkgever verwachten.
Foute managers zijn de oorzaak van idiote dwang-maatregelen
Frankrijk is overigens niet uniek. Bij Volkswagen kunnen na werktijd geen bedrijfsmails worden verstuurd naar Duitse werknemers, tenzij het managers of bestuursleden zijn. Brrr, dat is precies wat je niet zou willen, het zijn juist al die foute managers die de oorzaak zijn van idiote dwang-maatregelen. Laat de gemotiveerde vloer onderling elkaar op de hoogte houden, ook in de avonduren, dan gaat er echt niets fout.
Alle medewerkers van kleinere bedrijfjes gaan dus nog steeds aangelijnd naar huis, en kunnen iedere seconde stroomstootjes van die dwingende werkgever verwachten.
Maar terug naar de Fransen. Het recht op déconnexion (als je het letterlijk laat vertalen door een beginner krijg je ‘het recht op ontbinding’. Kan ook nog een bijverschijnsel worden), is een pleonastisch-recht. Volgens mij heb ik dat recht allang. Sterker nog, je zou het ook kunnen zien als de plicht om soms niet bereikbaar te zijn. Dat geldt niet alleen voor je werkgever, het geldt ook voor onzinnige WhatsApp-groepjes of vage types die je opeens gelukkig nieuwjaar gaan sms’en. Weg ermee. Ik lees het niet en ik antwoord al helemaal niet.
Het is aan mij om de wegen begaanbaar te houden
Het netwerk slibt dicht en het is aan mij om de wegen begaanbaar te houden. Dat betekent dat ik mezelf het recht voorbehoud om een collega een antwoord te geven op een dringende vraag als ik denk dat hij of zij daarmee geholpen is. Dat ik mijn baas negeer als hij iets onzinnigs vraagt (”Maandag ben je de eerste” is ook een antwoord). Dat ik ’s avonds iets vraag aan een collega als ik denk dat het redelijk is (”Ik kom je om half acht oppikken, bij het pontje, ok?”). Andersom: dat ik net zo goed een pakketje van Coolblue of bol.com bestel in werktijd en laat afleveren op mijn werk-adres. En dit laat ontvangen door een collega van mij als ik zelf ergens in overlegje zit. Ook al is dit in werktijd. Of komt er ook een nieuwe wet met het recht van de werkgever om alle privé-mails en apps in werktijd te verbieden?
En dan komen we terug bij de externalisering van het geweten. Maar nu gaat het over de externalisering van de verantwoordelijkheid, de wederkerigheid, de samenwerking tussen een gemeenschap van collega’s. Waarom zou je het recht op niet-verbonden zijn vastleggen in een wet? Waarom laat je het niet over aan het vermogen van mensen om met elkaar samen te werken? Denk je nu echt dat bij nieuw werkende bedrijven er geen onderlinge overeenstemming is over of en hoe je met elkaar omgaat in de avonduren en weekenden? Dat je iemand met rust laat die met vakantie is en zijn ‘out-of-office‘ heeft aangezet?
Gevangen in rangen en standen
Het feit dat een overheid (Frankrijk) of een bedrijf (Volkswagen) dergelijke regelgeving voorschrijft, zegt meer over de staat van het land of het bedrijf. Het doet vermoeden dat Volkswagen een hopeloos oude strakke stijve hiërarchische structuur heeft waar het werknemersgrind dagelijks wordt gerangschikt met organisatie-harken.
Alles bevestigt dat Frankrijk een land is dat ambtelijk en feodaal is, getraumatiseerd door het minitel-syndroom, gevangen in rangen en standen. Liberté, Fraternité, Egalité, dat was het toch?
Advies is om ervan te maken: Liberté, Fraternité, Egalité & Reciprocité.
Reciprociteit in de evolutiebiologie
Reciprociteit is het verschijnsel in onder andere de evolutiebiologie waarbij één organisme (bijvoorbeeld een mens) bereid is een dienst te verlenen als het organisme weet dat het hiervoor op een later tijdstip een wederdienst kan verwachten of op dat moment zelf die wederdienst bewijst.
Hou eens op met die wetten. Met het onderschatten van het verantwoordelijkheidsbesef van de ‘Nieuwe Werkende Mens’. Het is die oude manager die toch al niet weet hoe Slack werkt. Die je met pek en veren de bietenbrug op moet sturen en daar het hele personeel Instagrammend foto’s van laat maken. Die oude manager die denkt dat de nieuwe werker niet zelf wel weet waar hij wel of niet zijn tijd aan besteedt. Net zoals het de verantwoordelijkheid is van de nieuwe werker wanneer het uitkomt om in de baas zijn tijd een Airbnb-boeking te bevestigen.
Kom op, overheid. Vertrouw je onderdanen. En vergeet niet: werken kan ook leuk zijn.