Je online reputatie gaat verder dan LinkedIn, Twitter en Facebook
Heb je jezelf wel een gegoogeld? Heb je weleens iemand anders gegoogeld? Het antwoord op de tweede vraag is ongetwijfeld ‘ja’. Wat voor jou geldt, geldt ook voor anderen en dat betekent dat er dus ook naar jou gegoogeld wordt. Wat er dan te zien is, heb je in grote mate zelf in de hand. Zeker als (potentiële) zakelijke relaties je googelen, is het belangrijk op de hoogte te zijn van wat er getoond wordt, en hoe je dit kunt beïnvloeden.
Voorbij de social mediaprofielen
Google is over het algemeen dé plek waar je je zoektocht begint. Of het nu gaat om een oud-klasgenoot, zakelijk contact, recruiter of een professional die je is aangeraden, je typt op Google zijn of haar naam in en begint te kijken. Social medianetwerken komen onvermijdelijk naar voren; LinkedIn, Twitter en andere media zullen, indien gebruikt door de persoon in kwestie, waarschijnlijk zichtbaar zijn op de eerste pagina van de zoekresultaten. Ze bieden een goede bron van informatie, maar erg objectief zijn deze profielen niet; ze worden immers beheerd door de persoon in kwestie.
Geen probleem als je benieuwd bent naar de relationele status van je ex-vrienden. Maar voor de nieuwsgierige gebruiker op zoek naar een objectief beeld, zijn deze profielen slechts één onderdeel van het plaatje dat zij zoeken. Zeker voor zakelijke contacten zijn alleen kanalen in eigen beheer niet voldoende. Men zoekt berichten uit externe bronnen, voor externe validatie. Zodoende zijn de zelfbeheerde profielen belangrijk, maar zeker onvoldoende voor een betrouwbaar beeld. Door zelf aan de slag te gaan kun je dit betrouwbare beeld creëren en jezelf en passant beschermen tegen potentiële reputatieschade.
Een optimale online reputatie
Voor een optimale online reputatie wordt er goed gebruik gemaakt van een mix van sociale profielen, eigen sites en externe bronnen. Doel hierbij is geïnteresseerden een zo volledig en objectief mogelijk beeld van jezelf te geven. De eerste pagina van de zoekresultaten voor een zoekopdracht naar de eigen naam (voor- en achternaam), is dé plek waar dit beeld en dus de reputatie geschapen wordt. De eerste pagina voor een persoonsnaam bestaat typisch uit 10 zoekresultaten. Een rij afbeeldingen kan er hier één van zijn, waarbij er dan nog 9 tekstresultaten overblijven.
Hoe ziet zo’n pagina eruit?
Een goed gevarieerde eerste pagina die een duidelijk en betrouwbaar beeld schept is bijvoorbeeld opgebouwd als onderstaand:
- Eigen (kantoor)website
- LinkedInprofiel
- Rij afbeeldingen
- Nieuwsbericht op externe website, bijvoorbeeld op een vaknieuwswebsite
- Extra, zakelijk verantwoord profiel op social media, bijvoorbeeld zakelijk gebruikt Twitteraccount
- Profiel op externe website, bijvoorbeeld van nevenactiviteiten
- Nieuwsbericht op externe website, bijvoorbeeld op een lokale of regionale website
- Artikelbijdrage op externe website, zoals deze bijdrage op Frankwatching
- Profiel op externe website, bijvoorbeeld een commissie of een goed doel
- Willekeurig niet ter zake doend resultaat, bijvoorbeeld Telefoongids.nl of iets over een naamgenoot
Afbeeldingen
De rij afbeeldingen wordt net als de rest van de resultaten gevormd op basis van relevantie en linkwaarde. Een op LinkedIn of Twitter gebruikte profielfoto scoort vaak erg goed in Google. Zorg voor professionele foto’s op deze profielen. Mocht je Twitter voornamelijk privé gebruiken, besef dan dat een niet afgesloten profiel publiekelijk toegankelijk is, en zorg alsnog voor een zakelijke profielfoto.
Let bij het plaatsen van een foto op de eigen website erop dat de juiste attributen worden meegegeven. Zorg voor een alt-text en bestandsnaam waarin je naam is opgenomen. Google houdt er niet van om 5 keer dezelfde afbeelding te tonen, zorg dus voor verschillende foto’s om de rij met afbeeldingen zoveel mogelijk te vullen.
Blogs en nieuwsberichten
Blogbijdrages en nieuwsberichten op de eerste pagina zijn vrij verwisselbaar. Het gaat om het vertrouwenssignaal dat het afgeeft. Door blogbijdrages te leveren, ben je op externe websites (waar je geen directe controle over hebt), zichtbaar. Doordat je bijdrage langs een redactie is gegaan en dus objectief gekeurd is, roept dit veel vertrouwen op in de content en dus de schrijver. Daarnaast kun je op deze wijze natuurlijk jouw expertise tonen en potentiële klanten rechtsreeks bereiken.
Nieuwsberichten zijn moeilijker zelf te verkrijgen, maar de mogelijkheid bestaat zeker. Verwacht niet dat nieuws niet vanzelf komt, maar benader actief partijen met potentieel interessante nieuwsfeiten.
Eigen resultaten verkrijgen
De haalbaarheid en wenselijkheid van zichtbare blogbijdrages of nieuwsberichten op de eerste pagina in Google verschilt sterk van persoon tot persoon. Doordat er in mijn geval voorouders waren met dezelfde naam, waarover onder meer een pagina staat op Wikipedia, is de eerste pagina lastiger te vullen met eigen resultaten. In dat geval is de verhouding tussen de wenselijkheid en de haalbaarheid verslechterd.
Wat te doen bij naamgenoten?
Veel Nederlanders hebben daarnaast levende naamgenoten met LinkedIn-, Facebook-, en Twitterprofielen. Er zijn bijvoorbeeld op LinkedIn 92 resultaten voor de naam ‘Jan van Loon’. Zij kunnen per definitie niet allemaal een eerste pagina voor deze zoekterm hebben die alleen over hen gaat. De Jan van Loon die het meeste werk steekt in zijn online reputatie zal echter wel kunnen rekenen op een grotere dan gemiddelde aanwezigheid op de eerste pagina. Mochten de pagina’s over hem niet uit zichzelf hoog genoeg scoren in Google, dan kunnen de posities verder versterkt worden door middel van linkbuilding. Met teksten over linkbuilding kan een bibliotheek gevuld worden, dus daar ga ik hier verder niet op in.
The fold
Waar geldt dat aanwezigheid op de eerste pagina van Google veel belangrijker is dan de tweede, geldt ook dat de bovenste helft van de eerste pagina (boven the fold) belangrijker is dan de onderste helft (onder the fold). Een deel van de geïnteresseerden heeft aan de eerste resultaten immers al voldoende en kijkt niet verder.
Als je aan de slag gaat met je persoonlijke reputatie in Google, focus dan ook op de eerste 5-6 resultaten. Door interessante content online te plaatsen en op verschillende platformen je aanwezigheid op positieve wijze te tonen, vergroot je de kans dat content specifiek over jou op de eerste pagina boven ‘the fold’ komt (in het geval van Mark Rutte komt een artikel over het feit dat hij nog stééds single is bijvoorbeeld nét onder ‘the fold’).
Verbeteren is beschermen
Op deze manier bouw je niet alleen aan een positieve reputatie in Google, maar bescherm je jouw reputatie ook voor eventuele deuken in de toekomst. Wordt er ooit een slecht artikel over jou geschreven, dan kun je dit opvangen met de gevarieerde eerste pagina die al over jou bestaat. Dat is ook noodzakelijk voor bijvoorbeeld slachtoffers van ‘wraakporno’, waar Google onvoldoende voor doet.
Bestaat de eerste pagina uit enkel sociale profielen en komt daar een slecht artikel bij, dan zal er waarschijnlijk veel waarde aan dit artikel worden gehecht. Zijn er daarnaast ook positieve artikelen zichtbaar dan worden deze natuurlijk ook in acht genomen. Daarnaast bestaat de kans dat de resultaten op de eerste pagina al zo sterk zijn dat een negatief bericht de eerste pagina niet eens haalt en je sterke reputatie dus intact blijft.
Proactief zijn
Door proactief aan het werk te gaan met je online reputatie vergroot je het vertrouwen van anderen in je capaciteiten en bouw je tegelijkertijd ‘reputatievet‘ op voor wanneer er minder positieve berichten geschreven worden. Dus, waar wacht je nog op?!
Afbeelding intro met dank aan Fotolia