Internet Archive: bekijk je allereerste site in de ‘Wayback Machine’
Donderdag en vrijdag vond de Europese editie van The Next Web-conference plaats in Amsterdam. In dit artikel vind je enkele highlights van donderdag en een uitwerking van de techtalk van Brewster Kahle van The Internet Archive over webarchivering en hoe het bedrijf met high tech oplossingen non-profit instellingen helpt. Digitaal én in de echte wereld.
40 sprekers en 2565 bezoekers waren aanwezig op het terrein van de Westergasfabriek in Amsterdam. The Next Web snijdt als congres altijd op het scherpst van de snede als het gaat om digitale trends, technologie en innovatie.
De conferentie was verdeeld in meerdere categorieën, waaronder trends, grow, education (in samenwerking met Sanoma Learning) en start-ups. En er was een ‘Hack Battle’, waarbij twee dagen lang werd gehackt (in de goede zin des woords), bedacht, ontwikkeld en gepresenteerd.
Highlights: presentaties om terug te kijken
Wat zeker de moeite waard is om terug te kijken is de lezing van Brian Solis van de Altimeter Group over zijn nieuwe boek, “What’s the Future of Business”. Zijn presentatie ging vooral over de ‘connected consumer’ en digitaal Darwinisme.
James McQuivey sprak over Digital Disruption. Over hoeveel mogelijkheden er voor bedrijven liggen om met de vrijwel gratis tools van nu bestaande markten te ontwrichten of een nieuwe markt te creëren. En een indrukwekkende presentatie kwam van Aral Balkan over Google, Prism, de NSA en zijn alternatief: Indie technology en de IndiePhone. Dat is een telefoon die privacy hoog in het vaandel heeft staan, gericht op de consumentenmarkt.
Universal Access to all Knowledge
Je vindt op Frankwatching meerdere artikelen over The Next Web 2014, ik heb voor gekozen het verhaal van Brewster Kahle uit te werken: ‘A New Infrastructure For A Knowledge Economy’. Brewster Kahle is een Amerikaanse internetondernemer, bekend geworden als aanjager van het Internet Archive. In 2012 is hij opgenomen in de Internet Hall of Fame voor zijn bijdrage aan de ontwikkeling van het Internet. Vooral zijn leidende rol voor The Internet Archive (TIA) heeft daarin meegespeeld. TIA is een non-profit organisatie dat zich als doel heeft gesteld om “Universal Access to all Knowledge” te creëren.
Digitale bibliotheek
TIA is eigenlijk net zoals een papieren bibliotheek voor iedereen toegankelijk. Het is een digitale bibliotheek vol websites en andere culturele digitale producten als films, audio, boeken en software. Gratis en voor niks te bekijken en gebruiken.
Inmiddels herbergt TIA bijvoorbeeld 50.000 titels van verschillende software. Je kunt daarbij ook denken aan de systemen van Atari en Commodore. En het mooie is dat je door een emulation system deze games nu ook kunt spelen. En het gaat nog verder, bij TIA zijn inmiddels ook al 1.5 miljoen boeken gearchiveerd. Een goede zaak, zeker nu bibliotheken steeds meer (oude) boeken weggooien.
Audio & video
TIA heeft op dit moment 1.5 miljoen video’s en 2 miljoen audio-opnames in hun database staan. En in samenwerking met andere partijen zijn ze zelfs bezig om ook LP’s archiveren. Voor de lezers onder de dertig, hier vind je het Wikipedia-artikel over wat een LP is. En ze zijn al in 2000 begonnen met het opnemen van televisieuitzendingen, op dit moment nemen ze elke dag 70 kanalen wereldwijd op. Deze TV-database bestaat uit 3 miljoen uur aan materiaal, and counting. En het mooie is dat ze de ambitie hebben deze TV-opnames goed doorzoekbaar te maken voor iedereen ter wereld.
Wayback Machine
En kende je de Wayback Machine al? Daarin staan meer dan 400 miljard pagina’s van websites opgeslagen. In 1996 begon The Internet Archive met het maken van een printscreen van iedere website, om de 2 maanden. Best een leuk en sappig onderdeel van TIA; je eerste en (waarschijnlijk knullige) website wordt dus ook door hen bewaard. Jeweetwel, de eerste versie die is ontstaan in het tijdperk dat het web nog 1.0 was. Zie hier bijvoorbeeld de screenshots van Frankwatching tot 10 jaar geleden.
Waarom zo’n extreem digitaal archief?
Dat extreme archiveren doet TIA om een collectieve herinnering aan te leggen voor ons als samenleving. Uit je eigen (digitale geschiedenis) kun je namelijk onder andere leren van je eigen successen en mislukkingen. Daarom wil The Internet Archive voorkomen dat digitale materialen verdwijnen. De organisatie werkt dus aan hun eigen open source database voor, zoals ze dat zelf zo mooi noemen ‘ de komende generaties’.
Ook probeert TIA zich sterk te maken voor het zogenaamde ‘recht om te onthouden’, het recht dat wij als burgers hebben om de politieke geschiedenis te bewaren zodat we op een later tijdstip bijvoorbeeld onze politici ter verantwoording kunnen roepen, mocht dat nodig zijn. Op dit moment is er geen regie op het bewaren van alle content op het internet en TIA probeert die functie dus te vervullen.
Open source everything?
Wat Brewster Kahle in zijn verhaal benadrukt, is dat juist opensourceprojecten als The Internet Archive, Wikipedia en Mozilla, geschikt zijn voor non-profitorganisaties. En sterker nog; hij vraagt zich af of we dat ‘open source’-idee niet ook kunnen plakken op andere principes, zoals schuldenvrije huizen.
Zo heeft de organisatie appartementencomplexen gekocht en deze verhuren aan medewerkers van non-profitorganisaties. Dat is voor iedereen goedkoper, omdat je geen winst en kostenposten van de banken hoeft te betalen. Geen rente, geen overhead en geen buitensporige salarissen. Uit onderzoek onder medewerkers van non-profi organisaties bleek namelijk dat ze gemiddeld 30 tot 60 procent van hun salaris besteden aan huisvestingskosten. Lees ook het eerdere artikel van Gitta Bartling over dit onderwerp.
Een interessant gedachtengoed, dat ik graag nog verder uitgewerkt had gezien. Want hoe kunnen we dat principe toepassen in andere segmenten van de maatschappij? Maar helaas, daar was geen tijd meer voor op The Next Web, on to the Next Speaker…