De duistere kanten van big data
“Jazeker”, zegt Viktor Mayer-Schönberger, mede-auteur van ‘De Big Data Revolutie’. “Er komt een dag dat we ons gedrag aan Apple verkopen, of ruilen tegen een iPhone”. Ons gedrag is geld waard – en dat houdt ook een gevaar in. Zo komen we te spreken over de duistere kanten van big data.
Gevaar 1: preventief ingrijpen
Een bekend gevaar van verkeerd gebruik is het preventieve ingrijpen; door online gedragsgegevens te analyseren kunnen afwijkende en mogelijk verdachte gedragingen tijdig worden herkend. Wordt veel gebruikt bij de terroristenjacht. De verdachte wordt door een drone of douanier belaagd, maar ook brave burgers werden onterecht in de boeien geslagen. Wat was de tenlaste legging? U bent van plan een misdaad te plegen?
Ook in de verzekeringswereld kan het gebruik van big data tot ethische discussies leiden: moet je groepen uitsluiten of een duurdere polis laten betalen op basis van statistieken waarvan big data denken dat het een risico met zich meebrengt? De discussie die nu speelt in Amerika gaat helemaal over dit gevaar.
De National Security Agency laat de kwanten (zie vorige week, de kwalitatieve analisten) volop los op de telefoon-registraties van Verizon. Volgens Washington Post zouden NSA en FBI toegang hebben tot big data van AOL, Facebook, Google, Microsoft, Yahoo, Skype, Youtube en Paltalk. Dit alles onder de codenaam PRISM.
Gevaar 2: massagegevens in verkeerde handen
Ander gevaar is dat massagegevens in verkeerde handen terecht komen. In 1943 kwamen gegevens van de Nederlandse burgerlijke stand in handen van de Duitsers, waardoor het opsporen van de Joden wel erg makkelijk werd. Het was een voorbeeld avant la lettre.
Het gevaar van gegevensdiefstal wordt steeds groter. Het paradoxale van gedragsgegevens is dat ze spotten met de economische basiswetten: de prijs stijgt als het aantal waarnemingen stijgt. Hoe vollediger het beeld van menselijk gedrag, hoe meer het waard is. Het is als koperdraad; als de prijs stijgt komen de dieven uit de holen. Voor N=alles betaal je de hoofdprijs.
We wapenen ons tegen big data
“En het gevaar”, zo opper ik, “dat over 10 jaar al ons gedrag wordt vastgelegd. Onze bewegingen, gesprekken, DNA, ontmoetingen, financiële transacties, alles. Het is een Orwell-scenario. Er bestaan geen geheimen meer. Het oplossen van een moord doet een algoritme, niet een rechercheur. Is dat geen duistere kant?”.
“Nee”, zegt Viktor Mayer-Schönberger, “hier gaan we ons tegen wapenen”. En zo komen we op de evolutionaire reactie op het gevaar van big data. Vooropgesteld: de oudere generatie heeft geen probleem, want ze zijn analoog, ze laten nauwelijks digitale kruimels achter en voordat Orwell er is zijn ze al vertrokken.
De jongere generatie lost het probleem op door met meerdere id’s te leven. Ze ontwikkelen verschillende persoonlijkheden die moeilijk met elkaar in verband kunnen worden gebracht.Een en dezelfde persoon is de brave student die co-schappen loopt op LinkedIn, is een protocol-fetisjist op Dumpert en blijkt een fanate wielrenner te zijn die geld inzamelt op Alpes d’Huzes en zijn Runkeeper-account openstelde, zodat iedereen kan zien hoe veel en hoe gemiddeld hij fietste.
“Midlifers” het meest kwetsbaar voor big data
“Het moeilijkst hebben mensen van onze generatie het”, zegt Mayer. “De midlifers”. Zij kunnen niet omgaan met meerdere accounts, dat wordt té ingewikkeld, ze verliezen het overzicht, de digitale schizofrenie hebben ze niet in zich. Zij zijn het meest kwetsbaar.
Mooie gedachte. De ouderen hebben nergens last van, de tussenlaag krijgt het moeilijk en de jongeren hebben hun evolutionaire antwoord gevonden op de big data; voor elk leven een identiteit.