Burgers crowdsourcen België
België heeft al meer dan 500 dagen geen regering meer. Op zeker moment werden er betogingen georganiseerd door studenten om het gebrek aan daadkracht aan te klagen. Toen het wereldrecord ‘land zonder regering’ werd gebroken en België Irak van de troon stootte, werd er een ironisch volksfeest georganiseerd. Al deze signalen van de bevolking hadden relatief weinig impact op de vorderingen aan de onderhandelingstafel. Tijd om een stap verder te gaan dus.
G1000
Enkele maanden geleden maakte David Van Reybroeck, de schrijver van het boek Congo, zijn initiatief G1000 bekend. Op 11 november wil hij 1000 Belgen samenbrengen die samen brainstormen over relevante onderwerpen. De agenda wordt zelf door de burgers bepaald. Meer dan 5000 aangebrachte ideeën werden geclusterd tot 25 thema’s, die dan weer werden herleid door de burgers tot de 3 uiteindelijke thema’s. De 1000 vertegenwoordigen de Belgische samenleving. Het doel van de G1000 is een positieve, helpende hand uit te steken naar de politieke wereld.
Het proces: 1000 mensen om de Belgische problemen op te lossen
Het plan van 11 november ziet er als volgt uit. 1000 mensen komen samen in een grote zaal in Brussel. De mensen worden at random verdeeld over 100 tafels met elk 10 burgers. Elke tafel krijgt een moderator om het gesprek te begeleiden. De agenda is vooraf door burgers bepaald. De resultaten van elke tafel worden naar een centrale desk gebracht. Als de resultaten gebundeld zijn, worden op grote schermen de grote conclusies geprojecteerd in enkele concrete oplossingen. Daarna kan elk individu stemmen op elk van de oplossingen.
Op die manier wordt er een prioriteitenlijst gemaakt vanuit de oplossingen. De maanden na de burgertop van 11 november, zullen 24 van deze 1000 mensen aan de oplossingen concrete invulling geven. Dit gebeurt enerzijds door verder te brainstormen over de invulling van de oplossingen en anderzijds door experts te raadplegen waar nodig. Als alles in detail is uitgewerkt, worden de ideeën overgebracht naar de politieke verantwoordelijken.
Eén van de uitdagingen is om een zo divers mogelijke staal van de Belgische bevolking te verzamelen op deze topontmoeting. Niemand kan zichzelf inschrijven om bij de 1000 te horen. Mensen worden at random geselecteerd via een onderzoeksbureau. Omdat een perfecte weergave van het land met 1000 mensen nagenoeg onmogelijk is, wordt er gestreefd naar een zo optimaal mogelijk vertegenwoordiging van het land.
Volgende stap: de G-homes
De organisatie wil nog een stap verder gaan. Naast de input van de 1000 representatieve burgers, vragen ze de visie van elke Belgische burger. Binnenkort activeert de organisatie een online platform waarop iedereen zich kan inschrijven om mee te brainstormen tijdens de burgertop. De briefings van elk onderwerp zullen via een livestream te volgen zijn. Daarna kan iedereen zijn oplossingen aandragen. Deze input wordt op een andere manier verwerkt dan de resultaten van de 1000 geselecteerden. De input vanuit de G-homes is immers niet representatief voor het land. De visie erachter is uiteraard mooi: elke Belg kan meedenken en mee brainstormen over de toekomst van het land.
G1000: volledige organisatie ontstaan via crowdsourcing
In andere landen zie je eveneens de tendens om burgers in te schakelen om politieke problemen op te lossen. Het unieke aan de G1000 is dat het initiatief spontaan is gegroeid vanuit de burger. In zowat alle andere situaties heeft de overheid het proces gestart. De G1000 is bijna een ultiem voorbeeld van crowdsourcen, want de organisatie is ook spontaan en organisch gestart. Alles begon met het idee van David Van Reybroeck. Kort daarna had David al 35 tot 50 mensen die zich vrijwillig aanboden om te helpen. Vandaag bestaat de G1000 organisatie uit een groep van 800 vrijwilligers, die samen aan het event en het proces werken. Het gaat over individuele burgers die elkaar in vele gevallen nog nooit hebben ontmoet, maar heel constructief aan hetzelfde doel werken. Ook het budget voor het initiatief is door de crowd gevoed. Mensen kunnen geld schenken om de burgertop te laten doorgaan. De financiële steun is echter geen sponsoring. Nergens worden er bedrijven of organisaties aan gelinkt. Bovendien is er een maximum budget dat iemand mag sponsoren. De organisatie wil immers niet opgekocht worden door één of ander bedrijf of belangengroep.
Ik hoop van harte dat dit traject een schot in de roos wordt. Er wordt vandaag veel geschreven en gezegd over het gebruiken van de crowd om zaken te realiseren. De aanloop van de G1000 naar 11 november bewijst dat er heel veel waarheid in de theorie zit. Ook inhoudelijk hoop ik op straffe resultaten die België kunnen vooruit helpen. En tenslotte hoop ik dat veel bedrijfsleiders en managers dit verhaal volgen, enerzijds uit interesse en sympathie maar anderzijds om te observeren wat hun bedrijf kan leren van deze aanpak.
Meer informatie is te vinden op de website van G1000, op de campagnesite ‘Wat als ik het voor het zeggen had‘ en de conversatie op Twitter gebeurt via #G1000.