Google+ noodzakelijk voor toekomst Google
Groot geworden dankzij search, is Google al jaren op zoek naar succes als eigenaar van een eigen sociaal netwerk. Wat zit hier achter? Niets meer of minder dan bittere noodzaak. Zonder een succesvol sociaal netwerk komt Google’s toekomst in gevaar.
Vier weken geleden werd Google+ gelanceerd. Google’s derde poging om een eigen sociaal netwerk van de grond te krijgen. Na eerdere mislukte pogingen met Google Buzz en Wave, lijkt Google Plus aardig van de grond te komen. Het netwerk heeft in de eerste twee weken van haar bestaan 10 miljoen leden vergaart. Maar waarom is Google er alles aan gelegen om een eigen sociaal netwerk op te starten? Simpelweg omdat er geen andere keuze is.
The times are changing: steeds meer tijd besteed op social media
Een van de voornaamste redenen waarom Google een sociaal netwerk start, is om de tijd die internetters doorbrengen op Google-platformen te vergroten. Door de enorme populariteit van sociale media en in het bijzonder sociale netwerken, besteden mensen meer en meer tijd op Facebook, Twitter, LinkedIn e.d. Al die tijd zijn ze niet bezig met het zoeken op Google. Het gevaar is dus dat sociale netwerken op termijn het volume aan zoekopdrachten kunnen ondermijnen. Vooral als Facebook haar eigen zoekmachine zou lanceren, waarbij je Facebook niet hoeft te verlaten om te zoeken.
Nu al brengen mensen meer tijd door op Facebook dan op Google, zoals de onderstaande grafiek van comScore laat zien. In mei van dit jaar had Facebook een forse voorsprong op Google als het gaat om online tijdsbesteding, en de kloof wordt alsmaar groter. Van elke 10 pageviews in de Verenigde Staten is er 1 op Facebook. Hoog tijd dus voor Google om terug te slaan.
Het tijdperk van social search
Naast het feit dat social media steeds meer tijd opslurpen, dringen zij ook meer en meer door in search. Social search is naast mobiele search en personalisatie dé trend op zoekmachinegebied. Bij social search wordt informatie uit social media geïntegreerd in de zoekresultaten. Bing (Microsoft) is hier dankzij een intensieve samenwerking met Facebook diverse stappen verder in dan Google. Zo toont Bing bij zoekopdrachten pagina’s die door je Facebook-vrienden geliked zijn. Pagina’s die veel likes hebben verzameld, komen überhaupt hoger in de zoekresultaten. Zo doet Bing dus een beroep op de mening van de crowd.
Dankzij de samenwerking kan Bing data uit Facebook integreren in haar SERP’s. Microsoft heeft dus toegang tot het internet binnen het internet, zoals Facebook weleens wordt genoemd. Ondertussen is Google afgesloten van deze data. Facebook weigert om deze aan Google beschikbaar te stellen. Wat doe je dan? Je start je eigen sociaal netwerk. Te meer daar de samenwerking met Twitter ook is verlopen, waardoor Google realtime search voorlopig uit de lucht is. Dit is uiteraard geen directe aanleiding. Google Plus is een langdurig ontwikkelproces. Maar de recente breuk met Twitter toont wel aan hoe afhankelijk Google op dit moment is van derde partijen als het gaat om social search.
Personalisatie van zoekresultaten en display-advertenties
Zou het voor Google niet prachtig zijn als mensen het bedrijf vertellen wat hen bezighoudt, wat hun interesses zijn, met wie ze bevriend zijn, et cetera? Voor een deel doen we dat al door ons zoekgedrag. Met een profiel op Google Plus komt Google nog veel meer over ons te weten. Wat we doen. Waar we zijn. Wat we delen. Alles vertellen we en Google leest mee. Om die data vervolgens te gebruiken om zoekresultaten te personaliseren en te zorgen dat we de juiste banners voor onze neus krijgen. Zonder dat we het zelf doorhebben. Advertenties worden zo doende relevanter. Dus waardevoller voor adverteerders, waardoor Google er meer geld voor kan vragen. Iedereen blij.
Behalve misschien de privacy-gevoelige consument. Maar ja, dan moet je maar niet je hele hebben en houden online zetten. Een profiel op een sociaal netwerk is gratis, maar het ontwikkelen en in de lucht houden van zo’n netwerk kost een kapitaal. De meest voor de hand liggende manier om dat te financieren en er nog iets aan te verdienen is met advertenties. Ook al heeft Google aangegeven dat er voorlopig geen Adwords-advertenties op Google Plus komen, is er niets dat haar belet om de data over gebruikers elders te benutten om advertenties te personaliseren.
Aandeelhouders willen maar één ding
Google zag haar winst in het 2e kwartaal van dit jaar met 36% stijgen. Een fantastisch resultaat. Maar wat willen en verwachten aandeelhouders in zo’n geval? Meer! Google kan niet op haar lauweren rusten. De aandeelhouders verwachten verdere groei. Elk jaar, elk kwartaal. Maar in search zal op een gegeven moment het plafond bereikt worden. Google domineert de markt al in de VS en Europa. China is voorlopig een onneembaar fort, dankzij tegenwerking van de Chinese regering.
Qua marktaandeel valt er in veel markten voor Google niets meer te halen. In Nederland en het Verenigd Koninkrijk bijvoorbeeld zit Google ruim boven de 90%. Verder groeien met search is in die markten alleen mogelijk als het search-volume groeit. De goede winstcijfers tonen aan dat het plafond nog niet bereikt is, maar vroeg of laat vlakt de groei in search af. Hoog tijd dus om meer ijzers in het vuur te hebben.
Conclusie: Google heeft geen andere keuze
Zoals blijkt uit het voorgaande heeft Google geen andere keuze dan een eigen sociaal netwerk te lanceren. Het bedrijf doet hiertoe al jaren pogingen. Tot nu toe zonder succes. Zal het met Google Plus ander aflopen? Dat is voorlopig koffiedik kijken. Alles hangt af van de vraag of de snelle groei van het netwerk in de komende maanden doorzet. Google Plus is goed uit de startblokken gekomen, maar de race is nog niet gelopen. En mocht het onverhoopt met Google Plus niet lukken? Dan zal Google volgend jaar zeker met iets ander komen. Want hoe dan ook, dat eigen sociale netwerk moet en zal er komen.