Inspiratie

Informatie is de nieuwe harddrug

0

De haast ziekelijke zucht naar meer informatie is in Nederland bekend onder de naam infobesitas. Ik heb een tijdje gehad dat ik mijn iPhone mee naar bed nam. Vlak voor het slapen gaan nog een laatste keer controleren of ik geen berichtje had gemist. Even kijken of er nog iets nieuws was. En bij het opstaan meteen weer het apparaat aanzetten om te checken of er iets gebeurd was waar ik van af moest weten.

En sterker nog: af en toe naar je broekzak grijpen, omdat je denkt dat je mobiele telefoon overgaat en als het apparaat dan aan je oor ligt, geen signaal horen. Je brein houdt je voor de gek. Net zoals sommige mensen na het verliezen van een arm of een been nog steeds het gevoel hebben dat ze jeuk hebben aan dat ontbrekende deel van hun lichaam. Een soort van fantoompijn.

Nomophobia

In Engeland noemen ze deze infobesitas ‘nomophobia’. Een afkorting van ‘nomobile-phone phobia‘. Uit onderzoek blijkt dat bijna 53% van de bezitters van mobiele telefoons een angstgevoel krijgen wanneer ze hun mobiele telefoon kwijt zijn, hun batterij leeg is, ze geen tegoed meer hebben of buiten bereik zijn. Deze studie richtte zich alleen op de smartphone. Ik betrap mijzelf er regelmatig op dat ik achter mijn laptop even snel mijn Tweetdeck opstart om te kijken of er iets gebeurd is in mijn tijdlijn. Of even snel met mijn tablet online ga om de voorpagina´s van de kranten op het laatste nieuws na te slaan. Totaal niet gebonden aan een enkel apparaat. Mijn aandacht wordt voortdurend versplinterd door mijn zucht naar meer informatie. En ik gebruik daarvoor elk middel dat voor handen is.

Infojunkies

Nicholas Carr verklaart deze infofobie vanuit de rol die onze hersenen hierbij spelen. Bij ieder nieuw stukje informatie geeft ons brein de neurotransmitter dopamine vrij. Dit stofje verschaft ons genot en is van cruciaal belang voor het functioneren van onze hersenen. Dopamine is een beloning voor goed gedrag en zorgt er dus voor dat we in herhaling vallen. We willen immers nog een keer beloond worden. Het gelukstofje scoren. En wanneer we iets veelvuldig dwangmatig herhalen, kunnen we dit duiden als verslaving. We snuffelen dus voortdurend het web af naar nieuwe infoshotjes. Snel even high worden op de digitale snelweg. Informatie is de nieuwe harddrug. Wij worden allen infojunkies.

Twitter-verslaving

In 2009 publiceerde het Global Information Industry Center een rapport dat duidelijk maakte hoeveel informatie de gemiddelde Amerikaan per dag consumeerde. Zij kwamen tot het getal van 32,4 gigabyte. En dit is nog maar het begin! De verwachting is dat door het groeiende aantal smartphones, tablet pc´s en sensoren de hoeveelheid aan informatie die je iedere dag voor je kiezen krijgt alleen maar groter wordt. Geen wonder dat de GGZ-afkickkliniek CrisisCare inmiddels over een Twitter-verslaving praat. “Zo’n 30% van de nieuwe cliënten kampt hiermee.”

We willen verslaafd zijn

En er is geen ontkomen meer aan. Deze week maakte het Europese statistiekbureau Eurostat bekend dat in Nederland ruim 8% nog nooit internet heeft gebruikt. Je mag aannemen dat dit getal in de toekomst alleen nog maar gaat dalen. Hoe je het ook wendt of keert, iedereen gaat gebruik maken van internet.

En zelfs al zijn er mensen die beweren dat ze het internet nooit aan hebben staan, je moet er toch een keer aan geloven. Vroeger kon je je afschermen van informatie door bijvoorbeeld een boek dicht te slaan. In dit tijdperk lukt dat niet meer. Iemand hoeft maar een foto te maken waar jij op staat en deze te taggen op Facebook, en je gaat toch even kijken. Informatie is te verleidelijk om van af te blijven. We willen verslaafd zijn.