Cookies: de EU-oplossing
Deze week komen de Nederlandse brancheverenigingen (DDMA, IAB, NUV e.a.) bij elkaar om de uitrol van een omvattende zelfregulering voor cookies te bespreken. 16 december presenteerden de Europese brancheverenigingen al een blauwdruk hiervoor aan de Europese Commissie. Tijdens een round table on Online Behavioral Advertising legden zij hun plannen voor aan Robert Madelin, van het Directoraat Generaal Informatiesamenleving en Media van Neelie Kroes. De ambitie: in 2012 moet 70% van de OBA-advertenties een cookiezegel dragen.
Het EU-model
Bijna alle Europese koepelverenigingen die iets met Behavioral Advertising te maken hebben, zijn samengekomen in de Europese Stichting Reclame Code: EASA. In dit gremium hebben zij zelfregulering opgesteld voor het gebruik van third party cookies. De regels zijn gebaseerd op 5 principes: informeren, keuze, gevoelige data, compliance en handhaving & evaluatie. Tijdens de round table mochten de Europese Commissie, consumentenorganisaties en andere belanghebbenden input geven.
Principe 1: informeren
Webbezoekers moeten altijd geïnformeerd worden over het plaatsen van cookies via een universeel EU cookie-icoon in een online advertentie die gebruikmaakt van third party cookies.
Principe 2: keuze
Het icoon moet gelinkt worden aan één universele landingspagina: een one-stop-shop voor informatie over OBA en opt-out mogelijkheden. Mensen zien een overzicht van bestaande affiliate cookies, waarbij wordt aangegeven welke cookies actief zijn op hun pc. Vervolgens kunnen ze deze met één click uitschakelen. De affiliate partijen plaatsen dan een do-not-track cookie op de pc van de bezoeker.
Principe 3: gevoelige gegevens
Sommige gegevens worden in de Code als ‘gevoelig’ bestempeld. En mogen daarom alleen met expliciete toestemming verwerkt worden. Denk bijvoorbeeld aan (persoons)gegevens van kinderen.
Principe 4: compliance en handhaving
Ook over de handhaving is nagedacht. Onder motto ‘demp de put voordat het kalf verdronken is’, wil men proactief gaan controleren door middel van een verplichte audit. Multinationals kunnen dat eenmalig op Europees niveau doen. En nationale organisaties kunnen terecht bij hun nationale Stichting Reclame Code terecht. Aangezien de Nederlandse Reclamecode bindend is voor alle marktpartijen, ook als ze geen lid zijn van een branchevereniging. En uiteraard is er ook voorzien in reactief toezicht op basis van klachten.
Het belangrijkste sanctie-instrument van de Stichting Reclame Code is naming & shaming: van een openbare waarschuwing tot blacklisting tot het benaderen van partners in de keten met het verzoek de samenwerking te staken.
Principe 5: evaluatie
Robert Madelin (foto) geeft aan de 3-jarige evaluatie wat mager te vinden en pleit voor een hogere frequentie. Om op die manier ook klaar te zijn om veranderende regelgeving in de Code te implementeren.
Kritische noot
De aanwezige belanghebbenden lieten ook van zich horen. Zij vragen zich af of we niet te veel in details treden, terwijl er geen overeenstemming is over de eisen waaraan het toestemmingsvereiste voor cookies precies moet voldoen. Zij pleiten voor privacy by default, bijvoorbeeld door beveiligingsinstellingen van de browser standaard op ‘geen cookies’ te zetten. Jacob Kohnstamm pleitte hier als voorzitter van de Europese Privacy Toezichthouders al eerder voor. Madelin begreep deze zorg, maar gaf aan meer in ‘execution mode’ dan ‘philosophy mode’ te zitten. Consumentenorganisaties gaven ook aan dat prijsdifferentiatie een bijkomend gevaar is van OBA. Maar Madelin stelde dat dit net zo goed in de offlinewereld voorkomt en dus niet specifiek is voor deze discussie. Wel riep hij de belangenorganisaties op om zo veel mogelijk input te leveren voor februari 2011. Om vervolgens in maart tijdens een vervolgsessie de vorderingen te bespreken.
Blauwdruk
Tijdens de round table bleek dat de Europese Commissie en zeker het directoraat generaal van Kroes wel wat ziet in het cookievoorstel. Een Europese uitrol van dit voorstel zou ook voor Nederland positief zijn, omdat er geen sprake is van ongelijke concurrentie. In de VS en in de UK is dit model al met succes geïntroduceerd. Wij gaan in ieder geval aan de slag om deze plannen op korte termijn in Nederland uit te rollen. Allereerst omdat we aan de nationale politiek moeten laten zien dat we naast een voorstel ook tastbare instrumenten voor zelfregulering ontwikkelen. En omdat we als Kroes’ Nederland ook een voorbeeldfunctie te vervullen hebben. En dit is natuurlijk een hele mooie manier om te laten zien dat wij als industrie geen wetgeving nodig hebben om ons straatje schoon te houden.