De kelner en de huisarts
Alles wordt vastgelegd, alles wordt onthouden. Iedere toetsaanslag, ieder bezoek, ieder contact. Het internet kent geen dementie. Elk dwarrelend sneeuwvlokje blijft altijd liggen, op het web dooit het nooit.
Mensen bewegen van site naar site, van concert naar encyclopedie, van nieuwe boek naar tweedehands schemerlamp, van vakantiebestemming naar de routebeschrijving van een crematorium en van Facebook naar Skype. Als er ergens een slimme speurder wordt geconstrueerd zou hij je precies kunnen vertellen wat je de afgelopen jaren zoal gedaan hebt, waar je wachtte en waar je handelde, wie je sprak en wie je ontliep. Het staat allemaal geschreven in de harde groeven van het internet. Amazon en BOL kennen mijn boekenplank, Pandora en Spotify mijn muzieksmaak, Google mijn vragen, Facebook mijn vrienden, YouTube mijn filmpjes en Wehkamp mijn klerenkast. Op Twitter wordt een web gelegd tussen al deze kennis, daar zorgt de mens zelf wel voor.
Ik lees, van papier. ‘Het boek der lusteloosheid’, van Fernando Pessoa. Dichter Pessoa schrijft het dagboek van een hulpboekhouder, Bernardo Soares. “Omdat ik mij onwel voelde door de aloude angst die af en toe de kop opsteekt, heb ik vandaag niet goed gegeten en minder gedronken dan normaal in het restaurant of eethuis waarvan de tussenverdieping zorgt voor mijn voortbestaan. En toen de kelner bij mijn weggaan merkte dat de fles nog halfvol was, draaide hij zich naar mij om en zei: ‘Tot ziens, meneer Soares, en beterschap’. Bij de klaroenstoot van dat simpele zinnetje sprong mijn hart op alsof de wind plotseling alle wolken van een grijze hemel had verdreven“. Dat is het dus. Niet is mooier dan een geserreerde herkenning. De kelner die zijn gast door en door kent, en hem beterschap wenst.
Ook mijn huisarts mag me herkennen. Het is slordig als hij telkens weer vraagt naar mijn naam, of als hij niet meer weet waar ik vorige week voor kwam. Maar het wordt anders als de huisarts en de kelner hun kennis over mij met elkaar delen. Het gaat de huisarts niets aan wat de kelner weet, de kelner heeft niets te zoeken in mijn medisch dossier.
Dat is het verwarrende van het internet. Daar lopen alle beroepen dwars door elkaar heen. Daar worden alle aantekeningen gemaakt in het zelfde Grote Cahier, sommigen noemen het ‘the cloud’. Het gedrag bij de kelner ligt naast het dossier van de huisarts, het internet kent geen afstanden.
Geen afstanden, geen dooi en geen grenzen. Het is niet zo raar dat in zo’n wereld mensen zich anders gaan gedragen. Als Wilders CDA-voorzitter Bleker een ‘enorme zeurpiet’ noemt is dat helemaal niet gek. Het is juist gek als je je daarover verbaast.
Deze column is eveneens gepubliceerd in Het Financieele Dagblad.