Langspeelplaat
Een langspeelplaat is een traditionele drager van muziek. Er is ergens muziek gemaakt, deze muziek heeft een tijdelijke bestemming gevonden in de vorm van een langspeelplaat, deze plaat wordt op een platenspeler gelegd en vervolgens komt er muziek uit het apparaat. Precies dezelfde muziek als die ooit gespeeld werd wordt nu op een andere plaats ten gehore gebracht.
Hetzelfde verhaal kun je houden voor een cd, alleen het vinyl wordt vervangen door een zilver schijfje.
Een iPod? Net zo.
Een bankbiljet? Is in principe een tijdelijke drager van informatie. En als de tijd een beetje voortraast dan is ieder bankbiljet overbodig.
Een paspoort? Een mens heeft altijd zijn vingerafdrukken bij zich. En zijn DNA en zijn unieke ogen. Dus waarom zou je dat alles nog eens herhalen in een paspoort dat je kan vergeten, dat kan verlopen, dat kan worden vervalst en waarvoor je in de rij moet staan?
Stel dat het mogelijk is om op iedere plaats waar je je bevindt de muziek die je wilt horen uit de lucht te plukken. Dan heb je dus geen drager meer nodig, alleen een ontvanger. En aangezien iedereen zo nodig permanent online wil zijn is dat probleem opgelost. De luisteraar geeft aan dat hij ‘Aint no sunshine when she’s gone’ wilt horen en een seconde later begint de muziek te spelen op je ontvangertje. Dat heet streaming, net zoals je radio live uit de lucht pakt.
Stel dat er overal in Nederland voldoende bandbreedte is, dan kunnen we op precies dezelfde manier films uit de lucht plukken, zonder dat videotheken de dictatuur van de wansmaak aan ons opdringen of dat we het ondoorzichtige download-circuit induiken.
Deze week startte in Nederland een nieuwe ‘online jukebox’ waarmee de consument verzoeknummers kan aanvragen. Het heet Spotify. Het is helemaal legaal, zelfs Buma Stemra vindt het goed. Er zijn een paar varianten. Je betaalt helemaal niets, en dan krijg je reclameboodschappen tussen de muziek door. Als je vijf euro per maand betaalt kun je onbeperkt je computer als juke-box benaderen, voor tien euro is het ook bereikbaar voor mobiele apparaten als telefoon e.d. De ervaring in andere landen leert dat er veel minder illegaal wordt gedownload. De vraag is of dat ook in Nederland gaat gelden. Ons Nederlanders staat het water toch al tot aan de lippen (volgens Trots op Nederland) en dan is die vijf euro net de druppel.
Dit construct lijkt op dat van de kijk- en luistergelden van vroeger. Iedereen die televisie keek betaalde belasting. Controleurs controleerden of je een antenne op je dak had staan. Ga er inmiddels maar van uit dat iedereen in Nederland naar muziek luistert via de computer of mobiele telefoon.
Spotify zou je kunnen benaderen als een publieke dienst. Nog een stap verder en je betaalt het via de algemene belastinggelden. Als iedereen nu belasting ontduikt is dat een te rechtvaardigen stap. Via een heel makkelijk meetbaar mechanisme kun je tot een afrekening komen met alle rechthebbenden.
En overigens ben ik van mening dat de iPod’s, bankbiljetten en paspoorten nog heel lang zullen blijven bestaan. Gelukkig wel.
Deze column is eveneens gepubliceerd in Het Financieele Dagblad.