Het kast-principe
Het is verkiezingsavond, laat, en alleen in Rotterdam is het eigenlijk nog spannend. Er zou gesjoemeld zijn met de machtigingen, en dan vooral in de allochtone achterstandswijken natuurlijk. Een dag later zal Marco Pastors een voorspelbare vergelijking trekken met de bananen-republiek aan de Maas. En gisteren werd bekend gemaakt dat de PvdA wint en dat er geen onregelmatigheden hebben plaatsgevonden. Pastors wil het onderzocht hebben.
Iemand die zich vier jaar geleden had ingevroren en die nacht ging kijken naar het slotdebat zal er weinig van begrepen hebben. Alle partijen hadden namelijk gewonnen, alleen mevrouw Kant ontkwam er in haar terminale apologie niet aan toe te geven dat er wat ingeleverd was, maar waarschijnlijk was dat ook de schuld van Zalm die van DNB de baas van de ABNAmro mocht blijven. Ze sprak luid en boos en irriteerde zich haar abdicatie tegemoet. Alle overige kopstukken waren tevreden. En dan was Wilders nog niet eens van de partij. Het leek of alle gemeenteraden in Nederland grotere vergadertafels en meer zetels hadden gekregen en dat iedereen er beter van werd. De trend van de laatste weken werd voortgezet. Er werd veel gepraat en het kon nooit allemaal tegelijk waar zijn.
Er is domweg veel te veel podium voor gepraat, en dat heeft te maken met het kast-principe. Moeilijk uitgelegd: het kast-principe is de autonome drang naar capaciteitsvulling. Makkelijk uitgelegd: als je ergens een kast neerzet dan komt deze kast vol, ook als je met een kleinere kast had kunnen volstaan.
Dit kast-principe is ook van toepassing op verschijnselen als bandbreedte, asfalt, televisiezenders en willige onderzoekers. Als de bandbreedte er is dan zal hij gebruikt worden. Als er asfalt wordt gelegd komen er vanzelf auto’s. Als er een televisiezender is dan zal hij volgeprogrammeerd worden. Ook al is er niets te vertellen, er zal worden verteld. Desnoods installeren we een camera bij de Borsato’s thuis en kunnen we live volgen wat er niet gebeurt. Het beweegt, dus het is uitzendbaar.
En zo gebeurt het dus ook met interviews. De vraag is niet of er tekst beschikbaar is, de vraag is of de spreker wel beschikbaar is. Het spreekt dus het is uitzendbaar. Vraag niet om inhoud. Het vullen van de capaciteit is belangrijker dan de vulling zelf.
En, zoals gezegd, het is ook toepasbaar op onze onderzoekscapaciteit. We hebben te veel onderzoekers. Dinsdag werd Bos gevraagd of we nu het onderzoek van DNB of dat van de AFM moesten geloven. Bos gaf geen antwoord, dat siert hem dan weer. Wel: “we gaan eerst maar eens onderzoeken waarom die onderzoeken zoveel van elkaar verschillen”.
Er zijn meer bakstenen dan tekeningen, en dan krijg je heel rare gebouwen.
Deze column werd eveneens gepubliceerd in Het Financieele Dagblad.