Verdieping

De zelfvervullende widget

0

I Am Rich, ofwel: de kracht van standaards. Die iPhone is een interessant apparaat. De vraag of het de beste mobiele telefoon is of niet kan net je zo min beantwoorden als de vraag of nu schaken of dammen de moeilijkste denksport is. Of de mooiste. Het hangt er maar van af waar je van houdt en hoe je hersens georganiseerd zijn.

Nee, de iPhone is een interessant apparaat om een heel andere reden. Het heeft te maken met de kracht van de aantallen. Er zijn sinds de introductie van 11 juli dit jaar meer dan zeven miljoen nieuwe iPhones verkocht. Daarmee is het totaal aantal exemplaren in de markt meer dan dertien miljoen. Dat is veel.

Het zijn namelijk dertien miljoen kleine computertjes waarop heel kleine programmaatjes kunnen worden geïnstalleerd. In het jargon heet een dergelijk klein programma een ‘applet’. De geïnteresseerde kan bijvoorbeeld een applet installeren waardoor hij ziet waar de files zijn in Nederland. Of hoe het weer in Bombay is. Of een actuele foto van de drukte op Times Square in New York.

Combineer nu die twee gegevens, namelijk dat er een grote, wereldwijde markt is van platforms én dat er inmiddels een kleine zesduizend applets ontwikkeld zijn. Ze zijn te koop voor lage prijzen, het merendeel ligt tussen de nul en vijf dollar. In deze markt liggen enorme kansen. En dat blijkt. Inmiddels zijn er meer dan 200 miljoen applets verhandeld, een aanzienlijk aantal daarvan voor een bedrag van nul dollar.

Een paar kenmerken van deze markt:

  • De markt is groot en homogeen; het zijn allemaal bijna dezelfde telefoons. Het vervelende van een iPhone is dat het apparaat zo gesloten als een oester is, en dat is tevens het grote voordeel. Een programmeur heeft meteen een massamarkt tot zijn beschikking.
  • Ander kenmerk is dat het extreem eenvoudig is om een nieuw programmaatje aan te schaffen. Het is werkelijk klik, klik, klaar. Laatste eigenschap van deze markt is dat de prijzen zo laag zijn. Een kop koffie op een terras is duurder dan meer dan de helft van alle applets die te koop zijn.

Hier ligt een koninkrijk voor bedenkers van ideeën, het is een speelveld voor ongeremde innovatie. Natuurlijk zijn er ook kookboeken en kun je ook schaken, dammen, bridgen en pokeren. Maar daarnaast zijn er mooie ideeën die de typische eigenschappen van het apparaat optimaal benutten.

Een paar voorbeelden. Als je muziek hoort op de radio of in de kroeg en je wilt weten welk nummer het is? Gebruik de applet Shazam. Laat hem even luisteren, dan gaat hij op zoek op het internet en komt met het nummer en de artiest terug. Indien gewenst kun je het nummer meteen aanschaffen bij iTunes. Het werkt echt. In grotemensentaal heet dit een lead-generator. Daarom ook is Shazam gratis.

Tophit van vandaag: Ocarina. Bespeel je iPhone met vier vingers, het klinkt als een panfluit. Je kunt muziek delen met mede-Ocarinafluiters in de hele wereld. Er komt steeds meer bladmuziek beschikbaar. Ik kan een duet spelen met iemand uit Tokio. Kosten: 99 dollarcent.

Accepteer cookies

En tenslotte dit mooie verschijnsel. De applet ‘I am rich’. Was te koop voor de idiote prijs van $ 999, inderdaad, bijna duizend dollar. En wat het ding doet? Je scherm krijgt een rode diamant, verder helemaal niets.

Het programma doet precies wat de maker, ene Heinrich, beoogde: rijk worden. Het schijnt echt verkocht te zijn, en is daarna door Apple uit de winkel verwijderd. Er zijn nu acht trotse culteigenaars van een onzin-applet. Er is een gek die iets verzint, en er zijn acht gekken die er aan meedoen. Het is een voorrecht om in een wereld te leven waarin dit kan.

Wat er in feite gebeurt, is dat er een wereldwijde markt ontstaat met de iPhone als uitgangspunt. Een marktplaats waar innovatieve en vindingrijke toepassingen worden aangeboden tegen lage prijzen. De micro-handel die is ontstaan op basis van de iPhone is een bewijs voor de enorme kracht van standaards. Daar gaan er nog meer van komen, dat is wel zeker. Nu is het de i-Phone, maar over een paar jaar hebben we een volgend platform dat de standaard zet. Androïd misschien?

Deze column is eveneens gepubliceerd in Het Financieele Dagblad.