Bloggerleed en CPA/F
Daar staan ze dan in onze Me the Media Stories Store: de eerste ruim veertig uitvoerige ervaringen en ideeën over de impact van de derde mediarevolutie. Laat ik maar meteen in huis vallen met een waarneming die de blogosferianen hier en in de States in hun zak kunnen steken: er wordt minder dan verwacht gereageerd. Als ik bijvoorbeeld eens kijk naar hoe de vlag ervoor staat bij Joseph Jaffe’s “Join the Conversation”, dan vind ik dat miserabel.
Deze ontnuchtering is tot daar aan toe: het sociale-media-veld is nog jong en misschien komt er in de loop der tijd meer schot in. Met zo’n CollectiveX bijvoorbeeld, waarvan Michael Arrington heeft gezegd, dat het beter is dan LinkedIn. Het is precies wat Jaiku-voorman Jiri Engeström bijna twee jaar gelee ook al zei: kijk, dat sociaal genetwerk is best leuk hoor, maar het moet wel ergens over gaan natuurlijk. We denken vaak maar klakkeloos dat een sociaal web uit relaties bestaat en that’s it. Maar mensen, vergeet toch vooral het ‘sociale object’ niet. Nee, hèhè, reageerde ik nog meesmuilend toen mijn vriend en collega Duivestein hier mee aan kwam zetten. Maar ik moet zeggen: het CollectiveX-voorbeeld heeft me doen inzien dat Jiri’s sociale-object-inzicht niet zo maar een neo-marxistisch common-sense-weetje is op het niveau van het Sociologisch Instituut te Groningen, toen Fré Meis er de strokarton regeerde.
Een aantal recente surveys en congresjes in onze nieuwe Stories Store maken duidelijk dat het onderzoek naar de impact van sociale media anno 2008 nog in de kinderschoenen staat. Da’s niet erg — da’s prachtig! Reden te meer immers om Me the Media Stories te verzamelen. Twee verhalen gingen me erg aan het hart. Eerst het verhaal van de bloggende journalist Dan Farber die een kennelijk vereenzaamde Silicon Valley Watcher Tom Foremski eens op sleeptouw neemt voor een goede lunch — iets dat de gemiddelde blogger volgens Tom noodgedwongen vaak aan zich voorbij laat gaan. Ze praten over hun gezamenlijke verleden en ervaringen en opeens brengt Farber uit dat de dag tegenwoordig geen einde meer heeft. Ik herken dat bijzonder.
Foremski’s verhaal geeft een indruk van het bloggerleed dat ons ten deel valt — weinig reacties en een mallemolen die maar door en doordraait — maar is zeer gematigd, vergeleken bij het karoshi-dood-verhaal in de International Herald Tribune van een tijdje terug. Daar gaat het over “The Sweatshop Called Home”: over de dood van Amerikaanse bloggers en over de hartaanval die de bekende Om Malik op 41-jarige leeftijd ternauwernood overleefde. Ach, zeg ik dan eerst: de gemiddelde blogger is waarschijnlijk toch diep van binnen een romanticus met een zwak hart. Jammer dan. Maar als ik me eens verdiep in het karoshi-fenomeen en lees dat het in Japan alleen maar erger wordt, en dat ook steeds meer jongeren het loodje leggen, dan denk ik: zou dit de toekomst zijn van sociale media? Best mogelijk hoor, ik sluit het absoluut niet uit.
Zoals gezegd, het gaat mij aan het hart — en misschien wel heel letterlijk aan mijn eigen hart. Tijdens de loden laatste loodjes van ons boek “Me the Media” heb ik weken lang op de rand van de waanzin gebalanceerd in een deplorabele staat van toenemende vervetting en verslapping. Belde ik als rechtgeraarde hypochonder mijn broertje op — die is namelijk fysiotherapeut. Zei die over de pijnklachten in mijn benen: “Geen wonder Japio, eigen schuld mien jong: bed uit, badjas aan, achter je bureau kruipen, Earl Grey, time-released vitamine C, typen, bellen, bloggen en om 19 uur rap-rap naar de Plus om de hoek voor crackers, kaas en witte wijn. Dan tv zappen, bellen, bloggen en weer te bed — douchen kan morgen ook wel. Dat hoef je echt maar een paar weken vol te houden en je zit bij leven in je eigen lijkenvet te vegeteren vriend. Je hebt toch wel net als Reve toen die nog in Friesland woonde, in je kamer je bootje alvast klaar staan voor een enkele reis over de Styx? Waarom klim je eigenlijk niet elke dag een paar keer op die prachtige spinning bike van je. Zeker geen tijd hè?”
Inderdaad, geen tijd. Geen picoseconde tijd had ik voor de fysieke wereld, want schrijven, bloggen en converseren: dat was ik — om Descartes maar eens te parafraseren. Linda Stone, die ik in februari 2007 tegen het lijf liep op de DLD, de jaarlijkse Digital Life Design-conferentie te München van Hubert Burda, de oprichter van een van ’s werelds grootste printimperia, had dit al tijden geleden in de picture met haar Continuous Partial Attention en Friendship (CPA/F), zonder er overigens een fysiek-medische verhandeling aan te koppelen. Maar de karoshi-gevolgen kun je natuurlijk op je vingers natellen.
In Me the Media bracht me dit tot de volgende verzuchting: “Wat moet je in vredesnaam met Hyves, Facebook, MySpace, LinkedIn, Plaxo, Jaiku, Twitter, Second Life, Wikio, Google News, CNN, Nu.nl, Telegraaf.nl, DePers.nl, NRC.nl, WSJ.com, FT.com, het /Geschiedenis-kanaal van de VPRO en alle interessante docu’s en filmpjes op YouTube, terwijl je ook nog een paar interessante weblogs wilt bijhouden, bovendien gewoon je werk moet doen, af en toe wat mensen wilt zien in de gewone wereld — bijvoorbeeld je naaste familie — wat vaker wilt bewegen en van lekker langzaam kokkerellen houdt met fijne muziek op de achtergrond?”
Voor Marie-José Klaver waarschijnlijk een feest der herkenning en een waarheid als een koe tegelijk. Vet dat zij uitgerekend deze quote in haar NRC-artikel over “Me the media” zette. Was ik zeer vereerd mee. Te meer, omdat het in Web 2-kringen eigenlijk not done is om de webmedia van vandaag zo te kakken te zetten. Of ik misschien de Andrew Keen van Nederland wilde worden, vroeg vriend en collega Duivestein zich af? Niet perse, maar het is gewoon onoverkomelijk.
Laat ik heel eerlijk zijn: als mijn benedenbuurvrouw het knopje van de wifi eens heeft uitstaan, heb ik, de Here zij geloofd, geen internet meer. Alles gaat dan tien keer sneller, ik kom weer onder de mensen bij mijn favoriete koffietent Corazon in de Krommestraat, en beweeg weer. Helaas kunnen we tegenwoordig in Amersfoort volop kiezen uit schitterende free-wifi-locaties: Theater-Film-Café De Lieve Vrouw, Sober en Zandfoort aan de Eem zijn mijn favoriete alternatieven voor Corazon. En onderweg op Utrecht Centraal tussen een overstap natuurlijk even snel webben in De Tijd — hoe ironisch — of met m’n KPN-kraskaart.
Het moest verboden worden: de mogelijkheid van web-access is misdadig, omdat ze ons in een zware dwangneurose brengt, die alle echte aandacht wegvreet. CPA/F is dus ook killing voor de productiviteit; het heeft geen zin om dat te ontkennen. Enige tijd geleden stoorde het Amerikaanse adviesbureau Basex een groep werknemers met e-mails en telefoonoproepen en liet het een controlegroep vette skunk roken. Beide partijen werden daarna aan een IQ-test onderworpen, die gewonnen werd door — juist: de blowneuzen. Volgens Basex worden Amerikaanse informatiewerkers gemiddeld elf maal per uur gestoord. Dat komt neer op ruim twee uur per dag, bijna dertig percent van de effectieve werktijd, en kost het bedrijfsleven jaarlijks 588 miljard dollar. Niet zo mooi dus, zeker niet in de huidige economische malaise.
Enfin, laat ik maar ophouden. Op zich is de remedie bijzonder doodsimpel: “Get A First Life” heet die. “First Life Is A 3D Analog World Where Server Lag Does Not Exist. Go Outside. Membership Is Free. Total Residents: 6,553,628,382 And Counting”.
Mag ik jullie ondanks jullie drukke leven tot slot toch nog even hoffelijk uitnodigen om jullie gewaardeerde eigen Me the Media-ideeën en ervaringen kenbaar te maken. Hieronder of onder onze uitnodiging op MeTheMedia.com? Grote dank alvast!