Twee bodes op een tandem
Eerder (Minder bodes? Meer bodes! FD 1 mei) schreef ik over het grote bezit van TNT Post : hun postbodes. Die hebben het contact met en het vertrouwen van de klant. Dit grote goed is alleen maar in waarde gestegen dankzij zijn steeds grotere schaarste. Voor menig bedrijf is bereikbaarheid een sluitpost op een toch al niet sluitende begroting.
Ik zit een weekje in Frankrijk, ga naar de slager en moet even op mijn beurt wachten. Een bejaard echtpaar laat zich graag het vlees in dobbelsteentjes snijden. In een nisje liggen folders; een aankondiging van theatergroep La Scène Nationale die in het dorp het stuk Les facteurs zal brengen. Gespeeld door ‘twee merkwaardige personen, postbodes, misschien iets té klantgericht, ze kennen iedere hoek van hun wijk, ze kennen de gewoontes van hun klanten en zelfs die van hun honden’.
Dat is dus precies wat ik bedoelde met die bodes.
Als ik op woensdag om kwart voor zeven ’s avonds de Place de la Mairie oploop, zit er een tiental mensen te wachten. Niemand weet eigenlijk precies waarop. Dan, vijf over zeven, komt uit een smal straatje een tandem slingerend aangereden, twee postbodes, tassen om hun nek en met veel oh la la en gebel zetten ze hun fiets tegen de treden naar het stadhuis.
De oudere postbode gaat de kring van inmiddels zo’n zestig mensen langs, doet of hij iedereen kent, en in het midden maakt zijn collega een pakket open dat was bestemd voor een inmiddels overleden vrouw zonder nabestaanden. Er blijken twee flessen koele witte wijn in te zitten, we krijgen een plastic beker en mede dankzij een wonderbaarlijke vermenigvuldiging krijgt de hele kring een slokje ingeschonken. Even later lopen we achter de postbodes aan door het dorp.
Er wordt aangebeld bij huizen, mensen die uit hun raam hangen worden aangesproken, blaffende honden krijgen een koekje. Van sommige huizen heeft de postbode een sleutel; hij legt een pakketje in de gang, op een tafeltje.
De postbodes lezen brieven voor en leggen ze uit waar nodig. Ze bieden hulp bij het invullen van belastingformulieren. Ze declameren een veroordeling van het ministerie van justitie. Het ging over geluidsoverlast, de buurman wordt erbij gehaald en er wordt een poging tot verzoening ondernomen.
Als blijkt dat een minnaar een brief in het Engels heeft geschreven wordt deze vertaald voor de oude vrouw met schort. Ze kent de afzender niet, maar het zal wel iets met de oorlog van 1914 te maken hebben. Want ook dat behoort tot de dienstverlening van Service Plus, zoals de postbodes hun uitgebreide takenpakket noemen. Ze zullen er alles aan doen om zoekgeraakte brieven alsnog op de juiste plaats van bestemming te krijgen. Of om brieven aan zoekgeraakte mensen te laten aankomen bij de juiste personen.
Als we een groep kinderen zien die ergens bovenaan een trappen straatje staat, lezen de twee een rapport voor. Franse taal was nog onvoldoende, de suggestie wordt gedaan om iets minder te sms’en en iets meer met langere zinnen te werken. Na vijf kwartier zijn we weer terug op het pleintje. De groep is groter geworden.
De postbodes nodigen ons nog uit om een glaasje te komen drinken, op een binnenplaatsje vijftig meter verder.
Een van de acteurs vertelt dat ze deze voorstelling drie tot vier keer per week spelen, van dorp naar dorp, van mei tot en met september. Het is een groot succes. De gemeente huurt hen in. Het heeft helemaal niets met de Franse La Poste te maken. Ze hadden het hun aangeboden, maar er was geen reactie gekomen. Onbereikbaar. Domme La Poste.
In vijf kwartier lieten de twee acteurs precies zien hoe hun dienstverlening in de komende jaren eruit zou kunnen komen te zien. Postbodes, doe er je voordeel mee. Niemand staat zo dicht bij de consument, het is zonde dat je zo veel tijd verliest aan het alleen maar afleveren van brieven.
Deze column is eveneens gepubliceerd in Het Financieele Dagblad.