The Next Web is here: Nederland 2.0

Het wie, wat , waar en waarom van de Nederlandse consument op Web 2.0. Dat was kort samengevat het doel van een onderzoek dat Ruigrok|Netpanel en The Next Web Conference (volgende week is het zover!) samen hebben uitgevoerd en dat de afgelopen dagen volop in het nieuws was. Boeiend materiaal, ik denk dat we op basis van de cijfers definitief mogen concluderen dat Nederland stap voor stap 2.0 wordt. De cijfers spreken boekdelen, maar geven ook stof tot nadenken.

Web 2.0: in anderhalf jaar van 0% naar 13%

“Het begrip Web 2.0 is bij een ruime meerderheid van de Nederlandse consumenten onbekend. Wel gebruikt een ruime meerderheid diverse Web 2.0 sites en/ of toepassingen.”

Dat 13% van de Nederlanders de term Web 2.0 kent vind ik een hoge score. Hoeveel merken zijn er die anderhalf jaar na introductie een naamsbekendheid van 13% scoren? En dan ook nog vooral groot geworden via Word of Mouth en zonder een strak geregisseerde marketingplan. Ga er maar aan staan. Nee 1 op de 8 Nederlanders in anderhalf jaar tijd toont wat mij betreft vooral aan dat er nog veel staat te gebeuren. En laten we eerlijk zijn: Web 2.0 is in de kern vooral een state of online mind, een ervaring. Een ervaring die, zo blijkt uit alle acherliggende cijfers, razendsnel gedeeld wordt. Het komt wel goed met Web 2.0.

Succesvol: sites waar geluisterd wordt

“Marktplaats, Wikipedia, YouTube en Hyves zijn de meest gebruikte Web 2.0 toepassingen. Met uitzondering van YouTube zijn het voor consumenten ook de meest belangrijke sites.”

“O, is dat nou Web 2.0?” zal zonder twijfel de reactie van veel respondenten zijn geweest toen ze te horen kregen dat Web 2.0 voor sites als Marktplaats, Wikipedia, YouTube en Hyves staat. Inderdaad, het internet waar je zelf aan het woord bent, de sites waar wel naar je geluisterd wordt.

Content delen: internet maakt het leven socialer

“Foto’s worden door maar liefst de helft van de Nederlandse consumenten gedeeld. Overige zaken worden minder vaak gedeeld op internet, zoals muziek, video’s en links.”

Tot voor kort liet je een paar keer per jaar je fotoalbum aan familie of vrienden zien, leende je je een LP of CD aan een vriend of collega uit en een enkeling keek nog wel eens een vakantiefilmpje met anderen terug. Over je interesses, je hobbies en je ervaringen met een bedrijf sprak je op in de kroeg, op kantoor of op een feestje. Web 2.0 zorgt voor een onvoorstelbare vergroting van je sociale contacten. Meer mensen zien je foto’s, lezen je verhalen, beluisteren je muziek en bekijken je video. Dat doen ze vaker en op de momenten dat het hun uitkomt. En dat geeft weer volop nieuwe stof om met elkaar contact te hebben. Thuis, via de telefoon, via de chat, op je blog en ga zo maar door. Je community is groter, je contacten zijn frequenter en het gesprek vindt gedurende langere tijd plaats.

Tijdsbesteding: Van traditionele media naar sociale media

“Actief zijn op Web 2.0 toepassingen gaat vooral ten koste van gebruik van andere media: televisie kijken, boeken, kranten en tijdschriften lezen.”

We besteden met elkaar steeds meer tijd op internet. Maar in tegenstelling tot wat zo’n beetje de algemene opinie is, gaat dat nauwelijks ten koste van onze vertrouwde sociale contacten (uitgaan, sporten, familie, vrienden etc.). Want zoals ik al schreef: Web 2.0 maakt het leven socialer. Want zeg nou zelf: wat is er nou sociaal aan iedere ochtend de krant lezen of elke avond het journaal kijken? Anders gezegd: we nemen weer afstand van de media die een tijdlang ons leven teveel gedomineerd hebben. Met het Wed 2.0 (het sociale web) kunnen we weer meer onszelf zijn: het sociale dier in ons krijgt weer alle ruimte. Kunnen de onderzoekers de volgende keer misschien ook de vraag stellen aan welke activiteiten ze nu vaker doen sinds ze Web 2.0 ontdekt hebben? Bij mij is dat muziek luisteren, kletsen (face-to-face, telefoon en chat), koffie- en lunchafspraken, evenementen bezoeken en uit eten. Mijn leven is een stuk rijker geworden.

De waarde van Web 2.0: een rijker leven

“Energie steken in Web 2.0 is voor de meerderheid van de consumenten rendabel en zinvol: het levert vooral kennis, geld, communicatie, plezier, nieuwe contacten, mogelijkheden tot expressie en zakelijk succes op. Echter, sommige consumenten vinden dat Web 2.0 helemaal niets oplevert.”

De Nederlanders die tijd besteden aan Web 2.0 sites, besteden daar gemiddeld zo’n 3,8 uur per week aan. Maar 17% besteed er al gemiddeld een uur per dag aan. Als je je er eenmaal aan overgeeft, dan zie je pas wat het je allemaal brengt. Allerlei materiële èn immateriële waarden: ‘Kennis, geld, communicatie, plezier, nieuwe contacten, mogelijkheden tot expressie en zakelijk succes’. Als je dat tot je door laat dringen, dat is niet niks wat hier gezegd wordt. Je leven wordt er rijker van, soms zelfs letterlijk. Je netwerk groter en gemakkelijker (los van de beperkingen van tijd en plaats) te onderhouden.

Privacy: consument laat meer zien maar wil ook meer in control zijn

De meerderheid van de consumenten ergert zich in grote mate aan advertentiebanners en maakt zich zorgen over de privacy van gegevens op internet.”

Het zou interessant zijn geweest als de onderzoekers hier wat meer over de verschillen tussen generaties zouden hebben verteld. Zo is het bekend dat jongere generaties er geen moeite mee hebben om figuurlijk (en soms ook letterlijk) meer van zichzelf bloot te geven. In de toekomst zal de consumer als het gaat om de regie over de eigen gegevens steeds meer in control zijn. Wat nu ergeren aan is, is in feite een schreeuw om betere services op dit vlak. De consument wil ook dit helemaal zelf bepalen. Welke partijen mogen zien wat zijn of haar surfgedrag is en wat krijgen ze ervoor terug? Een consument is best bereid – zo blijkt steeeds meer – het een en ander van zichzelf te laten zien. Maar wil daarvoor ook in toenemende mate beloond worden met relevantere content, beter toegesneden advertenties of zelfs gewoon een financiële vergoeding voor het beschikbaar stellen van zijn of haar consumer data.

Online netwerken: Hyves heeft de massa, gaming & dating zijn anders hot

“Vier op de tien Nederlanders is actief op online netwerken en dan met name op sociale netwerken. De rest heeft er geen behoefte aan of interesse in, of heeft er geen kennis over.”

Uit de cijfers blijkt dat de meerderheid van deze 40% slechts actief is op een online netwerk. Dat is voor het overgrote deel Hyves, waar veel mensen zelfs dagelijks meerdere malen inloggen. Een andere conclusie is dat de activiteit in deze online netwerken veelal laag is, in totaal maximaal twee uur per week. Slechts een kleine groep besteedt er veel meer tijd aan. Vermoedelijk zitten die mensen vooral in een gaming netwerk (als World of Warcraft) of bezoeken ze (een) dating site(s) (als Relatieplanet). Hoewel het cijfermateriaal daar niets over zegt, zijn deze sites op hun eigen manier ‘hot’ (weliswaar minder gebruikers maar die zijn dan wel langer actief).

Bloggen: En of Nederlanders weten wat blogs zijn

“De meerderheid van de Nederlanders leest nooit blogs. (…) Een op de acht Nederlandser houdt een eigen blog bij.”

Het is een meerderheid die geen blogs leest, maar de minderheid is wel al 34% van het totaal. Tel daar de mensen bij op die blogs niet als zodanig herkennen (je moet soms van goede huize komen om het verschil nog te zien), dan kom je volgens mij al snel tot 40% à 50% van de Nederlanders die blogs gebruikt. Om dan te concluderen dat Nederlanders niet weten wat blogs zijn (nu.nl), gaat me wat ver. Misschien verder nog ter relativering: de meerderheid van de Nederlanders heeft ook nog nooit MSN Messenger gebruikt…

Tot slot

Ondanks wat kritische noten hierboven, is het onderzoek van Ruigrok|Netpanel en The Next Web Conference uiterst waardevol omdat niet eerder er op zo’n grote schaal in Nederland onderzoek naar het onderwerp Web 2.0 is uitgevoerd. Bovendien kunnen we zo natuurlijk in de stemming komen voor The Next Web conference die a.s. vrijdag 1 juni in het Tuschinski theater in Amsterdam plaatsvindt. Hieronder vind je de volledige presentatie van de onderzoeksresultaten (deze is ook als pdf te downloaden).

Van Patrick de Laive, een van de organisatoren van The Next Web, begreep ik dat tot nu toe driekwart van de inschrijvingen voor de conferentie uit het buitenland afkomstig is (vorig jaar, bij de eerste editie, was dat meen ik ook al 50%).

Deze afbeelding is niet langer beschikbaar.

Prachtig om zo’n gezaghebbende conferentie in ons eigen land te hebben, eigenlijk iets wat je niet mag missen. Ik begreep dat er nog een beperkt aantal plaatsen beschikbaar is, dus mocht je alsnog toch langs willen komen, maak dan gebruik van de speciale actiekorting en bespaar maar liefst € 148,75 op de toegangsprijs (€ 505,75 in plaats van € 654,50). Een overzicht van de sprekers is op de site te vinden.