Mobile Health: de valkuilen voor zorginstellingen
Mobile Health (m-Health) komt simpel gezegd neer op zorgdiensten en -informatie via een mobiel apparaat. Het is als concept nog lang niet zo ingeburgerd als e-Health. Zo kwam ik een paar dagen geleden een artikel tegen over Mobile Monday dat een sessie had georganiseerd over m-Health. De auteur noemt het concept “een nieuwe baanbrekende ontwikkeling”. Echter, het concept is al 10 jaar oud en komt voort uit telemedicine. Door de snelle opkomst van mobiele telefonie heeft m-Health een grote vlucht genomen. Voor zorginstellingen lijkt het een zegen, maar is dat ook zo? Wat betekent het gebruik van m-Health eigenlijk voor zorginstellingen?
Verschillende perspectieven van m-Health
Een mooi voorbeeld van hetgeen met m-Health wordt bedoeld en hoe het zich zou kunnen ontwikkelen stamt alweer uit 2008. Hier geeft Microsoft een ‘glimpse ahead’ met hun health future vision (of download hier).
Er is geen eensluidende definitie van m-Health. Duidelijk is wel dat het een breed begrip is. Volgens Wikipedia wordt de term voornamelijk gebruikt voor het gebruik van mobile communicatie apparaten, zoals mobiele telefoons en PDA’s voor zorgdiensten en -informatie. Zie onder andere een rapport (pdf) van de WHO voor een meer uitgebreide uitleg van m-Health.
Natuurlijk is er op internet veel te vinden over de gebruiksmogelijkheden voor zorgconsumenten. Via zijn mobiele telefoon heeft de moderne mens toegang tot allerlei medische informatie en hulpmiddelen. Beroemd is het verhaal van een aardbevingsslachtoffer in Haïti dat zich in leven wist te houden via een medische app op zijn iPhone. Ook de applicatie die de locatie van defibrilators in Nederland laat zien is een bekend voorbeeld.
Een tweede soort gebruik richt zich op telemedicine. In de Derde Wereld heeft m-Health een enorme vlucht genomen. Gebieden die enkele jaren geleden moeilijk bereikbaar waren voor zorgverleners, ontvangen nu dankzij mobiele communicatie zorg op afstand. De VN heeft bijvoorbeeld vorig jaar een rapport geschreven over hoe mobiele telefoons de zorg in derdewereldlanden kan verbeteren.
Een relatief minder belicht gebruik van m-Health is door zorgverleners binnen zorginstellingen. Waren het een aantal jaren geleden de PDA’s waarmee driftig geëxperimenteerd en gewerkt werd, nu worden smartphones gezien als dè toekomst. Logisch, gezien het feit dat de huidige smartphones steeds meer mogelijkheden bieden die tot voor kort voorbehouden waren aan pc’s. Hierbij gaat het met name om de ondersteuning van het zorgproces.
Nog niet zo lang geleden was het nut van mobiele telefoons binnen ziekenhuizen nog niet echt duidelijk en werden ze zelfs vaak geweerd. Tegenwoordig is de situatie anders en neemt de smartphone bij steeds meer zorginstellingen een belangrijke plaats in het zorgproces. Zo wordt in een zeer interessante presentatie over m-Health (pdf) een onderzoek aangehaald over de mobiliteit van verpleegsters in een ziekenhuis. Administratie/documentatie wordt voornamelijk gedaan aan de centrale pc op de poli, terwijl ze daar maar 1/3 van hun tijd doorbrengen. Gebruik van m-Health zou hier veel toegevoegde waarde hebben. De laatste tijd hebben echter veel leveranciers hun medische informatiesystemen toegankelijk gemaakt voor mobiele apparaten. Daar zijn nog talloze medische applicaties bijgekomen die voor algemeen gebruik worden aangeboden. Zo waren er eind 2009 al meer dan 7000 zorggerelateerde apps voor de iPhone beschikbaar. Via Google zijn talloze top-10 lijstjes te vinden.
Onlangs is er ook nog eens de iPad bijgekomen die nog voor zijn verschijnen wordt gezien als een belangrijk apparaat binnen de zorg, bijvoorbeeld binnen ziekenhuizen. In Nederland is er al een leverancier actief die een EPD aanbiedt voor de iPad. Het zal niet lang meer duren voordat ook andere leveranciers hun EPD en andere zorginformatiesystemen toegankelijk maken voor de iPhone, iPad of voor een ander mobiel apparaat.
Alleen maar goed nieuws dus?
De opmars van het gebruik van mobiele apparaten voor de ondersteuning van het zorgproces is niet te stuiten. Het heeft ontegenzeggelijk ook veel voordelen voor zorgwerkers. Er zijn echter vele punten van aandacht bij het in gebruik nemen van m-Health. Dit is zelfs zo cruciaal dat hiervoor apart beleid voor moet worden opgesteld door zorginstellingen. Ik bespreek hieronder vier punten die speciale aandacht vragen:
- een overload aan losse applicaties;
- de kwaliteit van de zorginformatie en -verwerking;
- veiligheid van de informatie op mobiele apparaten;
- benadering van mobiele in-house apps (mobiele apps die voor de instelling worden gemaakt) t.o.v. apps voor de pc.
1. Een overload aan losse applicaties
Inmiddels zijn we de tijd van grote starre corporate applicaties die alle functionaliteit aan boord zouden moeten hebben wel zo’n beetje voorbij. Het one-size-fits-all principe wordt langzaam ingeruild voor op de context toegesneden (soms gepersonaliseerde) applicaties die ofwel als widget binnen de centrale corporate applicatie gehangen worden of los hiervan staan. Binnen een zorgcontext dreigen echter twee gevaren: enerzijds het houtje-touwtje applicatielandschap waar we nu eindelijk van af waren en anderzijds het hellend vlak van gestandaardiseerd werken naar verschillende werkwijzen binnen een instelling. Dit laatste is zeker niet altijd een probleem, maar wel als dit het primaire zorgproces raakt! Bovendien kan het probleem van informatieversnippering weer naar boven komen. Synchronisatie is hier dus een belangrijk issue.
2. De kwaliteit van de zorginformatie en -verwerking
De manier waarop zorgwerkers hun informatie verwerven en verwerken verandert door m-Health. Met name door de populariteit van allerlei applicaties van derden (lees: geen leveranciers van de zorginstelling) die door zorgwerkers worden gebruikt, zie je een mix van applicaties die binnen de instelling worden gebruikt. Dit is enigszins te ondervangen door mobiele apparaten op bedrijfsniveau te beheren, maar er zijn genoeg instellingen waar zorgwerkers eigen applicaties gebruiken. De vraag is wat de kwaliteit van deze (maar ook van door de instelling gekochte) applicaties en de gegeven informatie is. Wie controleert daarop? En in hoeverre wordt dit gebruikt bij het diagnosticeren en behandelen van patiënten? Dit is inmiddels een belangrijke discussie in de VS. Zolang er in Nederland geen organisatie op toeziet, zal deze taak door de instelling zelf moeten worden opgepakt.
3. Veiligheid van de informatie op mobiele apparaten
Zorginstellingen hebben strenge regels ten aanzien van de bescherming van patiëntgegevens. De vraag is echter of deze regels aangepast zijn aan de ontwikkelingen binnen m-Health. Een mobieltje is zo gestolen of verloren en indien geen maatregelen zijn getroffen liggen patiëntgegevens dan zo op straat. Dit artikel gaat in op de mogelijkheden die het nieuwe besturingssysteem voor de iPhone en iPad biedt t.a.v. gegevensbeveiliging op organisatieniveau. Echter, indien eigen mobieltjes worden gebruikt, zullen additionele regels moeten worden opgesteld.
4. Benadering van mobiele in-house apps t.o.v. apps voor de pc
In feite zijn de mobiele applicaties niet verschillend van applicaties die voor de pc worden gemaakt. Toch worden deze al te vaak “tweederangs” behandeld: geen gedegen aankoop- of ontwikkelproces en weinig of geen beheer.
Conclusie
m-Health is een verrijking voor zorginstellingen en past goed bij de moderne manier van werken. Toch zijn er een aantal cruciale kanttekeningen te maken waar instellingen terdege rekening mee dienen te houden en zelfs beleid op dienen te ontwikkelen. Hoewel het gebruik van applicaties van derden niet is tegen te houden en binnen instellingen verschillende applicaties voor hetzelfde doel snel zijn gekocht of gemaakt, is het zaak oog te houden voor een evenwichtig applicatielandschap.
Hou bij het opstellen van protocollen en werkinstructies enerzijds rekening met verschillende applicaties (geef ruimte voor eigen invulling), maar zet anderzijds ook een standaard ten aanzien van kwaliteit bij kritische zorgtoepassingen. Hou ook rekening met de beveiliging van mobiele apparaten. Patiëntgegevens liggen anders snel op straat. Als laatste is het essentieel ‘in-house’ apps net zo te behandelen (bijv. qua ontwikkeling en beheer) als pc applicaties. Immers, een mobiel EPD kan net zo bedrijfskritisch zijn als het EPD op de pc!