Loopbaan

4 types harde werkers: hoe werk je slimmer? #nevernotworking

0

Dat hard werken steeds meer een issue wordt, blijkt wel door de toename in burn-outs en depressies. Wat voor type harde werker jij bent, bepaalt hoe je dit aan kunt pakken. Want hard werken is niet gezond. Je moet slimmer werken in plaats van harder.

Ik sta altijd ‘aan’. Daarom sprak de titel van het boek ‘Out of office, de succesformule voor harde werkers’ (aff.) me meteen aan.

Ik sta niet zozeer altijd aan omdat het moet, maar omdat ik er – denk ik – zelf op kick. Ik ben en blijf graag bezig. Stilzitten? Nope. Zo nu en dan bingewatchen op Netflix helpt mij om alles los te laten. Een dagje ontspannen in de sauna of op vakantie, zijn de enige momenten dat ik het werk even loslaat, maar niet in mijn hoofd. Want juist dan heb ik de tijd om na te denken. Vragen zoals: ‘Wat kan anders? Wat kunnen we nog meer doen of wat moeten we nog doen?’ schieten dan door mijn hoofd. Herkenbaar?

Snelcursus: how to become een snelheidsduivel

In het boek neemt Sabine Tobback je mee op training om een pro-snelheidsduivel te worden. ‘Een wat?’, hoor ik je zeggen. Ze gebruikt een straaljagerpiloot als metafoor. Die gaan hard, maar dan ook echt hard! Dat kan niet iedereen en al zeker niet ‘zomaar’. Die piloten zijn getraind. En om de zoveel kilometer die ze afleggen, worden de straaljagers bijgetankt.

Bij dit boek draait het niet om je minder te laten werken, maar om je slimmer te laten werken. Deze ‘hardewerkersattitude’ zoals Sabine het noemt, stopt namelijk niet door met jezelf afspraken te maken als ‘Ik ben om 18.00 uur thuis’ of ‘In het weekend behandel ik geen mails’. Je focust je dan wel op iets anders, zoals de sport, je hobby of je thuissituatie. Als jij alleen maar hard gaat, moet je zoeken naar jouw bijtank-moment. Je rustpunt. Je ontspanning, zodat je daarna weer dubbel zo hard vooruit kunt gaan.

Welk type harde werker ben jij?

Er zijn vier soorten harde werkers (plus een combinatie van soorten). Het is belangrijk dat je eerst jezelf (h)erkent en accepteert. Als je vervolgens weet welk type harde werker je bent, volgt later in het boek per type harde werker een training.

1. Aangeboden harde werker

Bij een aangeboden harde werker draait het om externe drijfveren. Het woord ‘hebben’ staat hier voorop. Ben jij dit type, dan houd je hard werken minder lang vol dan de andere drie types.

Bij de aangeboden harde werker zit de verandering in het vinden van een ander (mindful) bedrijf of een baan waarbij hard werken minder verwacht wordt. De uitdaging zit hem hier in het durven nemen van deze stap. Doe je dit niet, dan ga je mee in de bedrijfscultuur waarbinnen hard werken de norm is. Je werkt namelijk niet hard omdat dit in jou zit, maar omdat je meegaat in de flow van je omgeving of je werk.

Bij de andere typen harde werkers gaat het om interne drijfveren en staat het woord ‘zijn’ centraal.

2. Aangedreven harde werker

De aangedreven harde werker werkt hard met een reden. Namelijk het wegdrukken van bepaalde gevoelens. Dit kunnen angsten zijn, maar bijvoorbeeld ook een zelfbeeld zoals onzekerheid. Hard werken geeft je zelfwaarde een boost, maar zorgt er ook voor dat je niet naar je gedachten of gevoelens hoeft te luisteren. Hierdoor straal je zelfverzekerdheid uit, maar voel je je vanbinnen onzeker.

Ben jij dit type werker? Dan zit er voor jou niets anders op dan jezelf leren kennen. De grote reis naar het ‘wie ben ik?’. Kijk je angsten in de ogen, ontdek je zwaktes, sterktes, je verlangens en doelen, en ga vervolgens aan de slag.

3. Aangeleerde harde werker

Bij de aangeleerde harde werker is het harde werken erin gestampt. Je weet niet beter, omdat dit onderdeel was, of misschien zelfs is, van je opvoeding. Het was normaal om je handen uit de mouwen te steken, en niets doen is geen optie. Arbeid adelt. Je legt hierdoor de lat erg hoog voor jezelf, zonder dat je dit doorhebt.

Taak hierbij is dus het vormen van nieuwe afspraken en een nieuwe levensstijl. Het harde werken is je namelijk niet aangeboren, maar aangeleerd. Dit betekent dat jij dit jezelf ook kunt afleren.

4. Aangeboren harde werker

Daar is ‘ie dan: de aangeboren harde werker. De naam zegt eigenlijk al genoeg: het zit in hart en nieren. Dit is wie jij bent. Niet te stoppen. Hard werken is misschien zelfs wel je hobby en het geeft je daarom veel voldoening en laat je goed voelen.

Deze type harde werker krijgt het het moeilijk, want je brein moet volledig gereset worden. Je zult dan ook zeker vaak over deze grens heen gaan en het veranderen van dit gedrag kost je veel tijd en energie.

Bij de aangeleerde, aangeboren en aangedreven harde werkers ligt verandering minder voor het oprapen dan bij de aangeboden harde werker. Hierbij draait het namelijk om opvoeding, identiteit, angsten en verlangens. Het gaat dus om een verandering in je eigen gedrag en het maken van duidelijke afspraken met jezelf.

Hybride harde werker

Maar misschien ben jij wel een combinatie van bovenstaande, de hybride harde werker genoemd. Want je kunt het natuurlijk van nature in je hebben, in je opvoeding hebben gekregen en ook nog eens binnen een bedrijf werken waar hard werken de norm is.

En dan is er nog het verschil tussen onbewust versus bewust hard werken en een workaholic. Want werk je keihard, maar besef je dit niet? Dan ben je dus onbewust aan het handelen en is verandering pas mogelijk als jij je ervan bewust wordt. Het doel van dit boek, is om alle lezers bewuste harde werkers te maken, zodat zij hun eigen grenzen leren te bewaken en weten te doseren.

Hard werken is een drug

Wist je dat er veel onder ons zijn, die enkel hard werken door een gebrek aan zelfvertrouwen? Die halen het geluk uit dat ene complimentje of afgevinkte to-dolijstje. Als je geluk uit zelfvertrouwen haalt, dat je vult door hard te werken, zul je altijd hard moeten blijven werken. Vraag jezelf dus eerlijk af waarom jij hard werkt. Wat haal je daaruit? En wat gebeurt er als je dat niet meer zou doen? Want als het neerkomt op zelfvertrouwen, dan werkt hard werken voor jou als een drug. Een die verslavend werkt en gevaarlijk is voor jouw geest en lichaam. Even ben je high en geniet je van dat moment, maar al snel zul je weer met beide benen op de grond staan en is de prijs die je moet betalen hoog.

Een mens lijdt het meest onder het lijden dat hij vreest. – dichter onbekend.

En dan is er ook nog zoiets als faalangsten. Die kennen we vanuit positieve zin en negatieve zin.

Positieve faalangst, ook wel taakspanning genoemd, geeft een gezonde spanning. Je staat op scherp, bent alert en goed gefocust op je klus.

Negatieve faalangst daarentegen blokkeert je. Dit kan op mentaal, fysiek en/of emotioneel vlak. Ontdekken wie jij bent, kan je helpen in je dagelijks leven en ervoor zorgen dat jij beter naar jezelf leert luisteren en dus efficiënter te werk gaat.

Tijd voor rust en orde

Als je een beter beeld van jezelf hebt weten te vormen, is het tijd voor rust en orde. Dat begint alleen al met je to-dolijst en een grote boosdoener: je inbox. Een handige tip die Sabine geeft is bijvoorbeeld je mails te ordenen in mapjes. Plaats je nieuwsbrieven allemaal bij elkaar en verzamel alle mails rondom een project in die specifieke map. Sta je in cc? Verplaats die mail naar de map ‘cc’. Probeer je mail niet als communicatiekanaal te zien, maar puur als informatiekanaal.

Ga aan de slag met je to do’s en omschrijf iedere dag drie activiteiten. Dit zijn je drie prio’s. Zijn deze activiteiten af, dan heb je in ieder geval een voldaan gevoel. Begin daarom je dag met deze belangrijkste activiteiten, ook wel het eat that frog-principe genoemd. Is de opdracht te groot voor één dag? Deel hem dan op in deeltaken, zodat je het overzicht behoudt en je to-dolijst realistisch blijft. Voeg ten slotte een tijdlimiet per activiteit toe en zorg voor een schone, opgeruimde werkplek. Rust om je heen is rust in je hoofd.

Delegeren kun je leren

Aangeboren harde werkers zullen bij het woord delegeren meteen met de weerstand komen dat het sneller is als zij het zelf oppakken, dan dat ze alles moeten uitleggen. Ook zijn zij van mening dat ze de taak zelf beter kunnen uitvoeren. En hier sla je dan ook de spijker op z’n kop. Want juist door niet te delegeren, werk je altijd te hard. Wil je dus minder hard werken, dan moet je leren om te delegeren. Daarnaast draagt het ook bij aan de teamspirit, want door werk te delegeren en anderen ook een bepaalde verantwoordelijkheid te geven, boost je hun zelfvertrouwen en zal de productiviteit omhooggaan. Door te delegeren geef je namelijk aan dat jij iemand vertrouwt. Je kunt zelf dus wel invullen wat de impact op een medewerker is.

Niemand is onmisbaar. Als jij het gevoel hebt dat jij dit nu wel bent, doe je iets verkeerd. Maak tijd om je werk over te dragen. Iets uit te leggen of iemand iets te leren. Maak daarna duidelijk waarom je deze persoon gevraagd hebt deze taak uit te voeren. Wat zijn de kwaliteiten van deze persoon, dat jij hem of haar toevertrouwt dit werk goed uit te voeren? Niet alleen op persoonlijk niveau, maar ook op zakelijk niveau (wat betekent dit voor het bedrijf of waar doen we het voor) is hierbij van belang. Niet voor niets schuilt het woord ‘leren’ in het woord ‘delegeren’.

delegeren

9 stappen om te leren delegeren

Delegeren kun je dus leren. Dit doe je aan de hand van deze negen stappen:

  1. Word je bewust van welke taken je kunt delegeren
  2. Maak een lijst van delegeerbare taken
  3. Bepaal de doelstellingen en het resultaat
  4. Denk na over de juiste criteria van de taken die je delegeert
  5. Bepaal welke bevoegdheden je delegeert en welke middelen je ter beschikking hebt
  6. Zoek de juiste persoon voor de delegeerbare taak
  7. Motiveer je medewerkers voor de taak
  8. Bepaal wanneer jullie overlegmomenten inplannen
  9. Neem afstand

Nadat je deze stappen hebt doorlopen, volgt reflectie en waardering. De basis hiervoor ligt bij het communiceren. Dit doe je door te luisteren. Maak geen zinnen af voor een ander, oordeel niet, neem geen verhaal over, sta open voor een gesprek, stel open vragen, wees eerlijk en nieuwsgierig. En neem een open, vriendelijke en uitnodigende houding aan tijdens het gesprek. Herhaal wat je net hebt gehoord, controleer of je het goed hebt begrepen, vat samen en vraag door. Als het verhaal compleet is, zorg dat je samen tot een akkoord komt en ga ten slotte aan de slag door middel van een actieplan.

De pitstop

Heb vertrouwen in je medewerkers of collega’s, neem afstand, zorg goed voor jezelf, rust genoeg uit en leer bovenal delegeren en zo nu en dan nee zeggen.

Wees je bewust van je werkdoel, plan lege blokken in voor ad-hocwerkzaamheden en zorg dat je op tijd bijtankt zodat een noodlanding geen noodzaak is. Met deze quote van Sabine wil ik dan ook afsluiten: “Je kunt aan het leven geen extra dagen geven. Wel meer leven aan de dagen.”