Inspiratie

Is RSS dood?

0

Steve Rubel publiceerde afgelopen week een interessante blogposting ‘As the Decade Closes, Has RSS Faded Too?’. In het stuk beschrijft hij hoe het gevoel hem bekruipt dat RSS bijzonder traag is en het aflegt tegen real-time: “RSS today feels slow and it’s clear its best days are behind it. Feed reading, like blogging, feels very 2005.” Als ‘bewijs’ voert hij aan dat hij steeds minder gebruik maakt van Google Reader en zich steeds vaker laat onderdompelen in de Twitter stream om zich op de hoogte te houden van wat er in zijn digitale omgeving afspeelt.

In zijn verhaal wordt hij gesteund door TechCrunch. Een dag voor de posting van Steve publiceerden zij een item ‘RSS Reader Market in Disarray, Continues to Decline‘, waarin de schrijver van het artikel, Richard MacManus, aantoont dat de RSS Readers hun marktaandeel van weleer aan het verliezen zijn. De conclusie van het artikel van MacManus is tweeledig. Allereerst domineert Google in de RSS Reader markt. Ten tweede is het lezen van RSS een gefragmenteerde beleving. Een RSS feed lezen kan via Twitter, Facebook, Hyves, de iPhone, je televisie etcetera.

Rubel haalt in zijn posting ook nog een recentelijk rapport ‘Who Flocks To Twitter?‘ van Forrester aan, waarin analist Josh Bernhoff – auteur van de Groundswell – laat zien, dat het aantal volwassenen dat tenminste een keer per maand gebruik maakt van Twitter gestegen is tot 8%: “Eight percent of US online adults post and read updates on Twitter at least monthly, while another 4% read but don’t post.” Toont dit rapport dan de dood van RSS aan?

20091228_rip

Ik ben het alleen niet met Steve Rubel eens. RSS is niet dood. Integendeel, RSS leeft als nooit te voren. Alleen merken we het niet meer. RSS is een standaard onderdeel geworden van het internet. David Winer, een van de bedenkers van RSS,  verwoordt dit heel mooi: “RSS is as dead as HTTP and SMTP, which is to say it’s alive and kicking. These protocols get widely implemented, are so deeply ingrained in the infrastructure they become part of the fabric of the Internet. They don’t die, they don’t rest in piece. They become the foundation for everything that follows.

Waar ik het wel met Steve mee eens ben, maar dat is helaas niet het punt dat hij maakt, is dat mijn leesgedrag in het afgelopen jaar is veranderd. In het begin van het jaar viel ik nog veel terug op iGoogle, mijn eigen startpagina waarop ik de voor mij interessante weblogs bijhield, zo’n 40 in totaal. Gedurende het jaar ben ik veel fanatieker Google Reader gaan gebruiken. Iets van 200 feeds probeer ik dagelijks te scannen cq lezen. Zo aan het eind van het jaar merk ik, dat ik steeds vaker terugval op mijn Twitter account, waarin ik momenteel iets van 800 mensen volg. Mijn dag begint met het openen van TweetDeck. Deze staat bijna de gehele dag open. En Google Reader bekijk ik enkele malen per dag.

TweetdeckWelke conclusie kan ik hieraan verbinden? De hoeveelheid websites en statusupdates van mensen die ik tot mij neem is exponentieel toegenomen. Van 40 blogs, naar 200 feeds, naar 800 volgers. De tijd die ik besteed aan het doorploegen van deze informatiebronnen is nagenoeg hetzelfde gebleven. Wel moet ik er op letten dat ik op gezette tijden Tweetdeck uitzet, anders trekken de binnenkomende tweets middels een doordringende ping mijn aandacht, en dat is niet altijd even handig bij het schrijven. De wijze waarop ik lees, is ook veranderd. Ik scan informatie veel meer dan ik het lees. Dagelijks misschien 10 lange berichten (opslaan in Instapaper) die ik daadwerkelijk van a tot z lees. En dan moet ik er nog mijn aandacht bij houden ook. De rest van de informatie wordt slechts beoordeeld op de titels. Interessant of niet.

Maakt mijn veranderde leesgedrag mij nu dommer of juist slimmer? Een vraag die Nicholas Carr verleden jaar ook al bezig hield (lees zijn artikel: ‘Is Google Making Us Stupid?‘). Mijn brein is anders gaan werken. Alles wat ik lees, zie of hoor leg ik vast via diverse sociale media: Flickr, YouTube, Delicious, Gmail en Twitter. Wanneer ik iets nodig heb weet ik razendsnel de benodigde materie op te snorren en tot mij te nemen. Het lijkt erop alsof mijn brein patronen herkent in de enorme hoeveelheid aan informatie die aan mijn vingertoppen ligt. Een beetje zoals McLuhan al zei: ‘Information overload is an opportunity for pattern recognition‘.

Dit is zo’n beetje mijn overpeinzing aan het einde van het jaar. Vraag is natuurlijk of u zichzelf herkent in bovenstaand verhaal?

Ter extra overpeinzing.