Waarom een Uber-ritje duurder is als je batterij bijna op is
Column – Ik had zelf ook nooit gedacht dat er een verband is tussen het prijsbeleid van taxibedrijf Uber en de aan-de-kant-zetting van de aardigste man van Nederland, Glenn de Randamie, in de volksmond bekend als Typhoon.
Het spel van vraag en aanbod
De directe aanleiding was een artikel in de New York Times Magazine over de variabele prijsstelling van Uber, ook wel ‘surge pricing’ genoemd. Het was al lang bekend dat als het ergens regent, de prijs van de ritjes van Uber stijgt. Immers, de vraag zal toenemen en zoals we allemaal weten krijgt de consument dan straf voor zijn belangstelling. Het is een oeroude economisch wetmatigheid, die door Uber tot in de perfectie wordt doorgevoerd door binnen een aantal minuten te reageren op veranderende omstandigheden.
Bij vliegtuigstoelen geldt overigens hetzelfde; ook hier wordt het spel van vraag en aanbod tot in de perfectie gespeeld en kan de prijs van een stoel per minuut, maar ook per vrager veranderen. En het verhaal dat je als Apple-gebruiker gemiddeld meer betaalt voor online aanbiedingen in vergelijking met de Windows-paupers en Linux-zwervers slikken we ook al jaren voor zoete koek, en het zal nog waar zijn ook.
De batterijstatus als vraag
Maar wat nu in de NYTimes werd verteld gaat weer een stapje verder. Het heeft niet alleen te maken met de omvang van de vraag en het aanbod, het heeft –in dit geval- direct te maken met de kwaliteit van de vraag. Kort en goed: Uber weet precies wat de status is van de batterij van de smartphone waarmee je de Uber-app gebruikt. Als deze in het rood staat, weet Uber dat je weinig tijd hebt om te vergelijken.
Uber weet precies wat de status is van de batterij van de smartphone waarmee je de Uber-app gebruikt. Als deze in het rood staat, weet Uber dat je weinig tijd hebt om te vergelijken.
Het bepalen van je profiel
Oftewel, dat je waarschijnlijk haast hebt met het nemen van een beslissing. En zoals andere economische wetten voorschrijven, degene die haast heeft let minder op de kleintjes dan een beslisser die de tijd heeft. Vandaar ook dat keukenboeren ons haast proberen aan te praten door de geldigheid van een offerte een paar uur te laten zijn, het spreekwoordelijke ‘moeten we het wel voor twaalven weten’. Dus, als je batterijstatus kritisch is, ga je bij Uber meer betalen voor een ritje, zo simpel is het.
Een Apple-gebruiker zou meer geld hebben dan een gemiddelde internetter. Een stroom-arme taxizoeker heeft haast en betaalt meer. Het zijn eigenschappen van een internetgebruiker. Het zijn harde gegevens die een bezoeker aan een site om zich heen heeft hangen en die hij voortdurend met zich meedraagt. Om maar te zwijgen van alle cookies die hij op zijn voorhoofd heeft laten plakken en zichtbaar maakt aan degene die hij bezoekt.
Etnische profilering
Typhoon nu. Een agent ziet een dure witte auto en een gekleurde jonge man. Het speelt zich af in de analoge wereld en het leidt tot een stop-teken. Waarnemingen (auto, kleur, jong) worden gekoppeld aan data (criminaliteit, inkomen, leeftijd) en het leidt tot een handeling (aanhouden).
“Het hoort er gewoon bij, wen er maar aan”, sprak fijnzinnig nuanceur Halbe Zijlsta, VVD’er in verkiezingstijd. De bevolkingsgroep waarvan Typhoon deel uitmaakt (jong, gekleurd, dure spullen) scoort nu eenmaal hoog in de criminele lijstjes.
Sjoemelen als profiel
Met dezelfde consequente benadering zouden we dus ook nu een onevenredig groot aantal VVD’ers een extra boekenonderzoek door de belasting moeten laten ondergaan. Want wat weten we zo langzamerhand wel? VVD’ers scoren bovengemiddeld hoog in de sjoemel-affaires in Nederland. ‘Wen er maar aan’, meneer Zijlstra, die extra controle komt eraan. We noemen het een steekproef, maar toevalligerwijs worden er voornamelijk maar lotjes uit de VVD-pot getrokken. De bevolkingsgroep (middelbare leeftijd, man, lid van de VVD) scoort nu eenmaal bovengemiddeld hoog in de sjoemel-lijstjes.
Ethisch profileren
Dit is geen etnisch profileren, dit is ethisch profileren. Maar het blijft profileren. En je hoeft geen waarzegger te zijn om te voorspellen dat het profileren steeds meer in de haarvaten van de maatschappij te vinden zal zijn. Profileren is letterlijk, volgens van Dale: een eigen karakter vertonen.
Systemen nemen ons over
Dat nu is het hele eieren eten. In de digitale wereld doen we niets anders dan ons eigen karakter laten vastleggen en ongevraagd vertonen. Het heet niet voor niets je profiel. En zonder dat we het weten zeulen we die grote profielwolk vol met eigenschappen en gedragsgegevens met ons mee naar iedere plek die we bezoeken.
We hebben geen mensen meer nodig om te profileren, het zijn systemen die het gaan overnemen. Data-analisten zijn in staat om haarfijn iemands demografische coördinaten te bepalen op basis van zijn profiel-wolk. Big data worden ingezet om misdadigers te arresteren nog voordat ze de kraak hebben gezet. VVD-ers worden vriendelijk op hun schouder getikt nog voordat ze met de bevriende aannemer het hotel induiken.
Inderdaad, wen er maar aan. Er wordt overal geprofileerd, of je het nu wil of niet.
Afbeeldingen met dank aan 123RF.