Google Glass: nu al even gehaat als geliefd
Het mooiste wat je kan overkomen is dat er al ruim voor je lancering twee kampen ontstaan: de aanbidders en de haters. Het betekent in ieder geval dat je er toe doet.
Google Glass doet er toe
Het project Google Glass doet er toe. De blogs buitelen over ‘de bril’ en elkaar. Glasses is als een bril zonder glazen, met een klein schermpje onder je wenkbrauw waarop informatie verschijnt en een dikke brillenpoot die vol is gestouwd met technologie. Wearable computing, zoals een iPod of de polsbandjes die je bewegingen en je hartslag registreren. Een mens heeft zintuigen en een beperkt geheugen – en alles wat we aan ons lijf knopen zijn hulpmiddelen voor de gebrekkige capaciteit van het lichaam.
In de brillenpoot zit een videocamera, wifi, microfoon, gps en geluid dat tot je komt door trillingen, via ‘bone induction’. Op het kleine schermpje onder je wenkbrauw kunnen afspraken, mails en routes worden geprojecteerd. Eigenlijk is Glasses een handsfree smartphone die je als een brilletje draagt en die ongeveer 750 dollar gaat kosten. Het gebrek aan een toetsenbord wordt opgelost doordat het ding gesproken opdrachten herkent, zoals ‘ok Glass’, of ‘take a picture’. Je praat dus tegen je brillenpoot. Voor sommige opdrachten moet je over je Glasses ‘swipen’; het is de aai-beweging die NOS-presentator Herman van der Zandt beroemd maakte tijdens de verkiezingen. Je aait je brillenpoot. Het lijkt op salueren.
Glasses nu al verboden
Terug naar Glasses. Het ding komt volgend jaar op de markt en de eerste kroeg die het dragen ervan verbiedt heeft zich gemeld. Het is Seattle’s 5 Point Café, dat de privacy van haar bezoekers wil garanderen. Ook zijn er wetgevers die onderzoeken of het dragen van Glasses in het verkeer is toegestaan. Musea Guggenheim en New Metropolitan beramen een gezamenlijk standpunt. Spectaculaire ontwikkelingen voor een ding dat over een jaar op de markt komt.
Hoe schoner je geweten, des te groter je privacy
Laat ze maar komen, die Glasses, het is niets nieuws. Argumenten van privacy zijn huichelachtig. Een miljard mensen vertrouwt de meestal positieve kant van haar doopceel toe aan Facebook en Youtube. Massa’s gebruiken hun Facebook-account om in te loggen bij derden. In Rusland rijden chauffeurs met een camera als mogelijk bewijsmateriaal bij aanrijding of diefstal. En we kunnen het ook tot nut van het algemeen inzetten. We gaan Glasses verplicht stellen aan rechercheurs die verdachten interviewen. Aan commissarissen die beslissen over de beloningstructuur bij banken en andere overheidsbedrijven. Aan projectontwikkelaars met een schaduwschrift en accountants met duistere vluchtconstructen. “Hoe schoner je geweten des te groter je privacy uiteindelijk”; dat wordt de slogan waarmee de mensen worden verleid in deze panoptische wereld.
Robotman
Op straat loopt een man. Hij praat tegen zijn bril. Maakt rare bewegingen met zijn hand, richting zijn hoofd. Lacht. Draait zich opeens om. Hij lijkt een robot. Dat is het natuurlijk. We slagen er maar niet in om een mensgetrouwe robot te maken, dan maken we maar een robotgetrouwe mens.
Deze column werd eveneens gepubliceerd in Het Financieele Dagblad.