Auteursrecht: uploadfilter blijft na stemming Europees Parlement
Op 12 september 2018 stemde het Europees Parlement over de herziening van het Europees Auteursrecht. Van de link tax is niet veel meer over, het uploadfilter blijft en kleine ondernemers en websites zijn uitgezonderd. Maar gaat het makers echt wat opleveren?
Meer vergoedingen voor uitgevers en makers
Een aantal van de wijzigingen is bedoeld om uitgevers van perspublicaties en makers eerlijkere vergoedingen te bieden. Google zou met de zoekresultaten en YouTube te veel verdienen ten koste van uitgevers en makers. Dat geldt ook voor Facebook, met alle user generated content.
Het doel was daarom om deze platformen te laten betalen voor wat hun gebruikers doen en uploaden. Uitgevers krijgen vijf jaar lang hetzelfde uitsluitende recht om de perspublicaties openbaar te maken en te verveelvoudigen, net zoals makers een auteursrecht hebben. Ze mogen daarmee anderen verbieden de publicaties ergens anders te publiceren, te uploaden, te wijzigen, etcetera.
Landen krijgen de mogelijkheid om daar nog beperkingen op aan te brengen, zoals wij die nu ook kennen voor het citaatrecht en de parodie, waaronder ook de memes vallen. Maar die uitzonderingen zijn er nog niet. Daarom was onder meer de link tax een probleem.
Geen link tax
Als je een link publiceert, staat daar vaak de titel van een artikel in en wordt automatisch nog wat tekst overgenomen. En eventueel ook de featured image.
De meeste uitgevers zullen dat juist willen, vanwege SEO. Sterker nog, een meta-omschrijving wordt geoptimaliseerd om in de zoekresultaten te verschijnen. Met de oorspronkelijke tekst zou een snippet tonen al een inbreuk op auteursrecht zijn. Er is dus toestemming van de uitgever nodig om het te mogen vertonen in bijvoorbeeld de zoekresultaten van Google, of om door Facebook te worden overgenomen wanneer er een hyperlink wordt gepubliceerd.
Afgelopen woensdag is er een amendement aangenomen, waardoor de tekst drastisch is gewijzigd. Hyperlinks met losse woorden zijn juist toegestaan, zonder dat daar extra toestemming voor nodig is.
Google tax
Nieuw is dat er juist wel betaald moet gaan worden voor het automatisch indexeren en reproduceren van, en verwijzen naar visuele content. Het meenemen van die afbeelding en het tonen van een thumbnail. Daar zal dus voor betaald moeten worden.
Uploadfilter user generated content
De oude tekst ging over het automatisch bepalen of content wel legaal geüpload zou worden. Probleem daarmee is dat we computers niet kunnen leren wanneer een citaat een rechtsgeldig citaat is, of wanneer een meme of parodie is toegestaan (of toch inbreuk is). Auteursrecht is nu eenmaal geen wiskunde.
De nieuwe tekst is gelukkig anders. Nu is er geen voorafgaande toetsing meer vereist, waardoor we in principe kunnen blijven publiceren. Ook mag er niet meer door computers bepaald worden of iets rechtmatig is of niet. Het zijn juist mensen die dat moeten doen.
Afspraken maken
Uitgevers en makers moeten samen met de platformen afspraken maken over vergoedingen voor alles wat geüpload wordt. Daar moeten makers en uitgevers dan licenties voor verstrekken, zodat niet iedere individuele gebruiker van een platform toestemming van een maker nodig heeft, of een vergoeding hoeft te betalen.
Gaat er toch iets fout, dan moet dat alsnog achteraf geregeld worden. Daar zijn de platformen dan wel aansprakelijk voor. Ze zullen dus moeten meewerken.
Geen gevaar meer voor kleine websites
De oude regels waren geformuleerd voor alle diensten van de informatiemaatschappij. Dat waren dus alle online dienstverleners en alle websites.
Nu is er een nieuwe term bedacht. ‘Aanbieders van online diensten’. Kleine ondernemingen met minder dan 50 werknemers én minder dan 10 miljoen euro omzet per jaar, vallen daarmee buiten de regels.
Natuurijk blijven de gewone regels van het auteursrecht nog bestaan.
En nu?
Nu ligt er een nieuw wetsvoorstel. Dat gaat nog besproken worden met de raad, waar alle regeringsleiders van alle lidstaten in vertegenwoordigd zijn. In die discussie zou de voorgestelde richtlijn nog gewijzigd kunnen worden, maar die kans is klein.
Verwacht wordt dat deze richtlijn nog voor de Europese verkiezingen wordt aangenomen. Daarna begint een implementatieperiode. Een richtlijn is namelijk niet direct van toepassing en moet eerst nog in onze Nederlandse wet worden opgenomen.
Er zal daarom waarschijnlijk nog zo’n 2,5 jaar overheen gaan voor deze regels ook echt wet zijn.