Get social in business: social media op het werk
Social media zijn voor veel bedrijven nog een ondoorzichtig woud. Waar begin je, hoe pak je het aan, wat werkt zakelijk gezien het beste? Bedrijven apen onderling veel van elkaar na, in de hoop dat het succes van de ander zich vanzelf herhaalt. Dat is wat anders dan ‘goed afkijken’, leren van goede voorbeelden. Die voorbeelden, mogelijkheden en adviezen vind je bijvoorbeeld in ‘Get social in business’, de nieuwe gids van Jeanet Bathoorn.
Vragen over social media
Voordat ik het boek las schreef ik voor mezelf op welke vragen er in veel organisaties leven over de inzet van social media:
- Moeten we het uitbesteden of inbedden in de organisatie?
- Welke social media moeten we kiezen en hoe gaan we ze gebruiken?
- Wat is de juiste tone-of-voice, de balans tussen marketing, zakelijkheid en persoonlijke benadering?
- Hoe betaalt de inzet van social media zich terug? En hoe meten we dat?
- Wat verandert er door social media in onze organisatie?
- Wat voor verwachtingen roepen die social media op bij onze klanten?
Outsourcen of zelf doen?
Direct al in de inleiding maakt de schrijfster de kachel aan met het uitbesteden van social media aan de jeugdige stagiair. Jongeren hebben er vaak meer ervaring mee, maar gebruiken het wezenlijk anders: als babbelbox of klaagmuur. Dat zijn niet de kwaliteiten die passen bij een sociaal-zakelijke uitstraling.
Vervolgens gaat het over de arbeidsgeneraties van nu die niet, enigszins of helemaal zijn opgegroeid met internet en nieuwe media. Die generaties spelen een rol in bedrijven, want vaak is de manager een babyboomer die beoordeelt of een afdeling vol jongeren moet gaan twitteren met de klant.
Gevaren en risico’s
En hoe zit dat met de privacy? Technologie is niet goed of fout, maar veroorzaakt wel de nodige gewenningsproblemen, zoveel is duidelijk. Voor of tegen social media zijn is tijdverspilling. We moeten ze in ons werk gebruiken om zo effectief mogelijk te zijn. Het is een gegeven: Nederland is koploper op het gebied van socialmediagebruik. Ben je als organisatie er daarom van bewust dat het inzetten van social media niet eenmalig is, maar een continu doorlopend proces.
Na deze aanloop behandelt Bathoorn de hobbels en valkuilen met een checklist om te controleren of je bedrijf wel klaar is voor social media. In de socialmedia-ijsberg komt de strategische onderbouw van de middelen aan de orde:
5 A’s voor de socialmedia-mix
Jeanet Bathoorn lanceert ook een alternatief voor de 5P’s uit de marketingmix. Deze 5 A’s voor de inzet van social media zijn eerder uitgebreid beschreven op Frankwatching:
- Actie: van jezelf (volledig transparant)
- Alert: op wat er gebeurt en geschreven wordt
- Aandacht: voor je klanten en je omgeving
- Ambassadeurs: van je werk
- Aantrekkelijkheid: van wat je doet
Social media: wat is NU interessant?
Daarna worden de belangrijkste social media van dit moment besproken, in wat eigenlijk de hoofdmoot van deze gids is. LinkedIn op de eerste plaats, Facebook, Twitter, enzovoorts. Op deze selectie valt niet veel af te dingen. Hyves wordt terecht behandeld, omdat het nog steeds interessant is voor bepaalde doelgroepen. Google+ komt niet echt van de grond tot nu toe, maar heeft een aantal sterke troeven, zoals de Google Hangout.
Foursquare maakt misschien nog een doorstart, maar lijkt mij met het badges-systeem te sterk gericht op de Amerikaanse cultuur. Vergelijkbaar: QR-codes zie ik het verliezen tegenover subtielere (maar herkenbaar gemaakte) augmented reality-toepassingen. Maar succes voorspellen is koffiedik kijken.
Door de voorbeelden komt de materie meer tot leven, zoals de bekende Facebook case van Obermutten:
Het potentieel van Pinterest
Verrassend vind ik de toepassingsmogelijkheden die Bathoorn laat zien voor Pinterest: boards met video’s, evenementen, boeken, infographics, medewerkers, producten en presentaties. In Pinterest kun je een groot deel van je bedrijfsuitstraling visueel bij elkaar brengen. Dat wordt tot nu toe nog veel te weinig gedaan. Let wel: de meeste gebruikers zijn nog steeds vrouwen.
Betaalt de inzet van social media zich terug?
De gids sluit af met een hoofdstuk over ROI (Return on Investment) en monitoring. Voor het laatste worden de belangrijkste tools genoemd en Hootsuite, Tweetdeck en Socialbro uitgebreider beschreven. Voor het eerste heeft Jeanet een mooi citaat van Herman Couwenbergh:
“Ik blijf van mening dat het meten van social media met de traditionele ROI (waarbij de I staat voor geldelijke investment) tekortschiet. Mijns inziens zou dat Return of Involvement moeten worden. Social media-inzet gaat namelijk niet alleen om sales.”
Conclusie
Get social in business concentreert zich vooral op handreikingen voor bedrijfsdoelen. Dit boek vind ik nog iets evenwichtiger dan Get social! Online netwerken voor beginners, dat meer bedoeld was voor individueel gebruik. De positieve, enthousiasmerende manier van schrijven is identiek en de grote kracht van de auteur. In al zijn compactheid is het een complete oriëntatiegids die de meeste vragen (zie mijn lijstje boven) van nog zoekende bedrijven behandelt.
In functie en authentiek zijn, gaat dat samen?
Blijft er nog één vraag die het boek bij me achterlaat. Stel: een bedrijf investeert in social media. Medewerkers mogen een deel van hun werktijd als personen (dus niet als merk!) twitteren, facebooken en linkedinnen. Is het bedrijf dan ‘eigenaar’ van de output, zoals geldt voor andere producten die in functie gemaakt worden? En belangrijker: wat doet het met de authenticiteit als personen in ruil daarvoor zich duidelijk als ambassadeur moeten verbinden aan de organisatie? Daar wringt het nog voor mijn gevoel.
Bedrijven en medewerkers die dit samen in de geest van social media al duidelijk hebben geregeld, nodig ik van harte uit het hier te komen uitleggen.
Titel: Get social in business: social media op het werk
Auteur: Jeanet Bathoorn
Uitgever: Scriptum
Jaar: 2012
Nummer: ISBN 9789055941193
Mediatype: boek (280 pagina’s)
Prijs: € 17,95 (ook verkrijgbaar als ebook voor € 9,99)
Bestellen: via Managementboek (aff.) en andere boekwinkels