Jongeren met Facebook sneller verslaafd aan alcohol & studenten kunnen niet googelen
Ook deze week verscheen er weer een schokkend onderzoek over jongeren en social media. Facebook zou tieners verslaafd maken aan alcohol. Norton deed een onderzoek naar online pesten, daaruit kwam naar voren dat veel ouders geen idee hebben wat hun kinderen nou eigenlijk online doen. En tot slot: we verwachten dat studenten helemaal thuis zijn op het internet, maar uit onderzoek blijkt dat studenten niks van Google snappen.
Tieners met Facebook sneller verslaafd aan alcohol. Of toch niet?
Op 29 augustus prijkt deze kop op Nu.nl. Jammer dat de journalist van Nu.nl het onderzoek niet zo goed gelezen heeft en zo jongeren en social media wederom in een negatief daglicht zet. Dus hieronder het echte onderzoek.
De universiteit van Columbia deed de afgelopen tijd onderzoek naar de leefstijl van zo’n 1000 tieners tussen de 12 en 17 jaar en ongeveer 500 ouders. Op een normale dag spendeert zo’n 70% van de ondervraagde tieners tussen de 2 minuten tot uren op een sociaal netwerk. 30% van de tieners spendeert helemaal geen tijd op deze netwerken. Het online zijn op een social media website kan de kans vergroten van gebruik van drugs of alcohol. Of het beginnen met roken.
De onderzoekers vergeleken de groep jongeren die geen tijd besteden op sociale netwerken met de tieners die dit wel doen. Dit gaf de volgende uitkomsten; jongeren die actief zijn op een sociaal netwerk:
- Hebben 5x meer kans om te gaan roken
- Hebben 3x meer kans om alcohol te gaan drinken
- Hebben 2x meer kans om wiet te gaan roken
Dit is volgens de onderzoekers te wijten aan de content waar deze jongeren mee in aanraking komen:
- 50% van de tieners komt in aanraking met foto’s van dronken vrienden of vrienden die drugs gebruiken
- Zelfs 14% van de jongeren die niet lid zijn van een sociaal netwerk zien dergelijke foto’s
Tieners komen vaak op jonge leeftijd al in aanraking met deze content. 10% van de tieners zegt 13 jaar te zijn geweest. 90% van de tieners zegt 15 jaar te zijn geweest. Wat ik hierbij meteen denk: in het ‘echte’ leven komen jongeren hiermee ook in aanraking op deze leeftijd. Dus wat is daar zo shocking aan? Het belangrijkste is dat de onderzoekers nooit hebben beweerd dat Facebook aanzet tot verslaving. Het zet alleen meer aan tot het gebruik ervan. En ook hierbij vraag ik me weer af, is dit meer dan in het echte leven, waar op het schoolplein ook sprake is van peer pressure?
Overigens merk ik wel in mijn eigen timeline op Twitter dat jongeren regelmatig twitteren over drank en drugs en daarmee de peer pressure naar elkaar toe ook online verhogen. In eerste instantie zie ik er een aantal aarzelen en dan toch overgaan tot het roken van een sigaret of tot het zeggen dat ze roken. Maar ook hierbij weer: verschilt dit van het schoolplein? Ik denk van niet. Lees hier het hele onderzoek.
50% van de ouders zijn niet op de hoogte van de online activiteiten van hun kind
Anti-virusbedrijf Norton heeft Nederlandse ouders gevraagd naar de online activiteiten van hun kind. 1 op de 6 kinderen is, volgens het onderzoek, in aanraking gekomen met online pesten. 81% was volgens de ouders slachtoffer en slechts 14% geeft toe dat hun kind de pester was. Daarbij zijn sociale netwerken (81%) het meest gebruikte kanaal. Daarop volgen mobiele telefoons (14%) en e-mails (11%). Wanneer er sprake is van online pesten gaat 66% van de ouders in gesprek met het kind om maatregelen te bedenken om het pesten te stoppen. Slechts 1 op de 10 ouders neemt zelf het heft in handen zonder dit met het kind te bespreken.
59% van de ouders heeft regels over internetgebruik, over wat het kind wel of niet mag. Ze vertrouwen er op dat het kind zich houdt aan deze afspraken. Toch heeft 50% van de ouders geen idee over wat hun kind doet op het internet. Ouders zijn vooral bang dat kinderen in aanraking komen met kinderlokkers (18%) of volwassenen met verkeerde bedoelingen (20%).
Wat verder in het onderzoek wordt de kop overigens iets genuanceerd. 58% van de ouders praat met hun kinderen over wat zij online doen. 33% geeft wel aan dat ze het gevoel hebben dit slecht te kunnen controleren door bijvoorbeeld internetten bij vrienden of op een smartphone. Slechts 6% van de ouders heeft compleet geen idee wat hun kind op internet uitspookt. Oftewel, Nederlandse ouders doen goed hun best om op de hoogte te zijn van wat hun kinderen online uitspoken. Lees hier de reactie van Norton en het verdere onderzoek.
Studenten zijn slecht in zoeken op Google
Een vijftal universiteiten in Illinois deed onderzoek onder 150 studenten naar hun online (onder)zoekgewoontes. Google is de meest genoemde zoekmachine door studenten, wanneer het gaat om het doen van onderzoek. Het vreemde is dat ze niet echt goed zijn in het gebruiken ervan. 60 van de 150 studenten werden dagelijks gevolgd door een onderzoeker. De onderzoekers ontdekten dat deze studenten niet echt goed zijn in het gebruik van Google. En daarnaast, wanneer de studenten een andere database gebruikten, gingen zij er eigenlijk van uit dat deze hetzelfde werkte als Google.
Het is niet zo dat de studenten Google inefficiënt gebruiken, maar meer dat ze de resultaten slecht kunnen verfijnen, zegt een van de onderzoekers. Zoals het beperken van een zoekopdracht binnen nieuwsberichten, een bepaald tijdsbestek of bijvoorbeeld Google Books.
Ik vind dit onderzoek zelf erg herkenbaar. Wanneer ik met studiegenoten tijdens mijn studie ging Googelen, waren er veel studenten die niet op goede resultaten uitkwamen. Veelal zag ik het gebruik van te veel woorden in een zoekopdracht en na een zoekopdracht met bepaalde woorden staakten de studenten de zoekopdracht, in plaats van andere woorden te gebruiken. Misschien moeten we maar Google-les gaan invoeren op universiteiten en HBO’s? Lees hier het artikel op Mashable.