Interview: Tristan Nitot (Mozilla Europe)

[[image:mozilla.jpg::right:1]]GrowthTalk Live is een initiatief om te netwerken en inzichten uit te wisselen rondom het thema ‘Groei’. Woensdagmiddag 29 november was de meest recente sessie in het ING-gebouw in Den Haag rondom het thema Open Innovation. Ik heb het event bijgewoond voor Frankwatching en ik mocht twee uiterst boeiende sprekers op GrowthTalk Live interviewen. Vandaag hier het eerste verslag vanaf GrowthTalk Live: mijn interview met Tristan Nitot, president van Europa van Mozilla/FireFox.

[[image:gowthtalk.jpg::right:0]]Wat is Open Innovatie? Hoe organiseer je het? En hoe kun je er als bedrijf voordeel uit halen? Dit waren enkele van de vragen waar de aanwezigen op GrowthTalk Live, een initiatief van Crosspring, een antwoord op probeerden te vinden.

Verschillende sprekers deelden hun inzichten met de aanwezigen. Na hun presentaties konden er vragen worden gesteld waarna er werd afgesloten met een korte interview sessie op de sofa met Jake Blok – organisator en initiatiefnemer van GrowthTalk Live. Het publiek was gemengd en bestond uit professionals en uit studenten die voorafgaand aan een business plan wedstrijd op Innovation Playground dit event bijwoonden.

Introductie

[[image:nitot-portret.jpg::right:0]]Tristan Nitot is de verantwoordelijke voor alle Europese zaken van Mozilla. Dit kan alles zijn van PR tot het managen van de vertaalteams of het organiseren van feesten voor de recente uitgave van Firefox 2.

Nitot begint zijn verhaal met een korte geschiedenis van de browsermarkt. Op een gegeven moment kreeg Internet Explorer de dominante monopolie-positie in de markt en daarmee stopte de innovatie in het browserdomein. Pas nu Firefox zo populair is dat het een bedreiging vormt voor Microsoft, heeft Microsoft weer stappen gezet om hun browser te verbeteren. Het uitbrengen van versie 7 van Internet Explorer is de belangrijkste ontwikkeling op dat gebied.

Nitot hamert erop dat marktaandeel een essentiele voorwaarde is om serieus genomen te worden. Met dit argument wuift hij browsers als Opera en Safari weg als leuk maar grotendeels irrelevant. Zonder marktaandeel zullen ontwikkelaars hun sites niet testen voor jouw browser en loop je altijd achter de feiten aan.

Werkwijze

[[image:firefoxlogo.jpg::right:1]]Daarna vervolgt Nitot zijn verhaal over de schaal van het project en de organisatiestructuur die het mogelijk maakt om samen te werken op een productieve en open manier. Mozilla maakt Firefox niet zelf. Haar voornaamste taak is het om de community met visie en middelen in staat te stellen om Firefox te maken.

Iedereen kan in principe onbetaald meewerken aan Firefox en Mozilla. Het aantal onwikkelaars ligt in de orde van grootte 100, het aantal vertalers ligt rond de 1.000 en het aantal mensen dat de nieuwe versies test tegen de 10.000. Al deze mensen werken samen rondom een compleet open structuur: alle code is open, net zoals de status van elke bug, de website en de documentatie zijn wikis en de organisatie is een meritocratie. Iedereen zal naar gelang zijn bijdrage vanzelf klimmen binnen de organisatie.

Firefox 2

De nieuwe versie van Firefox heeft een groot nieuw versienummer maar biedt expres geen grote in het oog springende features. Dit komt door de paradox van Firefox: Hoe bied je een krachtig product aan zonder de gebruiker te overspoelen met (te)veel features. In de nieuwe versie zijn heel veel verbeteringen doorgevoerd waar gebruikers geen last van hebben. Goede voorbeelden hiervan zijn de meertalige spellingscontrole en de session saver.

Dit laat ook goed zien welke vorm innovaties in Firefox in de toekomst zullen aannemen. Simpel en gebruikersvriendelijk zal het allerbelangrijkste blijven. Exotische features die voor een kleine groep mensen interessant zijn, zijn beschikbaar als toevoegingen. Blijken deze toevoegingen populair dan kunnen ze geïntegreerd worden in de volgende versie.

Populariteit

Waarom denkt Nitot dat Nederland achterblijft bij de adoptie van Firefox vergeleken met andere Europese landen?

Cultuur schijnt hierin een belangrijke factor te zijn. Netscape is in Duitsland altijd groot gebleven omdat ze daar veel meer gericht zijn op privacy en veiligheid. Toen Firefox uitkwam zijn al die gebruikers overgegaan op wat eigenlijk de nieuwe versie was. Vanaf dat punt is de sneeuwbal doorgerold. In Spanje daarentegen worden bijna uitsluitend Microsoft producten gebruikt. Firefox en bijvoorbeeld Apple worden daar bijna niet gebruikt.

De situatie in Nederland zou volgens Nitot kunnen verbeteren als er meer werk werd gemaakt van bewustwording rondom een veilig en compatibel web en als er een paar zichtbare uitgesproken voorstanders van Firefox de publiciteit zouden opzoeken.

[[image:fox.jpg::right:0]]Internet Explorer 7 zou voor Firefox een afvlakking van het aantal overstappers kunnen betekenen maar daar zijn nog geen aanwijzingen voor. Het is ook veel te vroeg om dat te kunnen zeggen. IE7 is 18 oktober in het Engels verspreid. Klanten van Microsoft moeten temminste Windows XP SP2 hebben om de nieuwe versie te kunnen draaien. Nitot is van mening dat het voor gebruikers makkelijker is om Firefox te downloaden en te installeren dan om door alle hoepels van Microsoft heen te springen.

De populariteit van Firefox heeft Microsoft gedwongen om het IE team nieuw leven in te blazen. IE7 voert ook heel veel verbeteringen door op het gebied van webstandaarden en compatibiliteit die het leven van webontwikkelaars veel makkelijker zullen maken. De vraag of IE7 zal zorgen voor een nieuwe periode van stagnatie omdat dit voor heel veel mensen ‘goed genoeg’ is of dat het zal leiden tot een nieuwe periode van innovatie.

Zoals eerder al opgemerkt is marktaandeel belangrijk en de populariteit van Firefox en internet-gerelateerde toepassingen zal grote invloed hebben op Microsoft’s strategie.

Webstandaarden

Webstandaarden zijn de afspraken over de manier waarop iedereen online met elkaar praat. Dit zijn technische protocollen en opmaaktalen zoals bijvoorbeeld: HTTP, HTML, XML en Atom. Microsoft heeft zich altijd bijzonder opportunistisch aan deze afspraken gehouden. Compatibiliteit en concurrentie zijn goed voor de consument, maar niet per se voor de monopolist.

Veel van deze standaarden werden in eerste instantie opgesteld door de W3C. De stroefheid van het proces binnen de W3C en de ineffectiviteit van de W3C om ervoor te zorgen dat de afspraken werden nageleefd, heeft er op een gegeven moment toe geleid dat de open browsermakers (Mozilla, Opera & Apple) zich hebben verenigd in de Web Hypertext Application Technology Working Group (WHAT-WG). Microsoft doet hier niet aan mee maar ze zijn van harte welkom.

De WHAT-WG stelt standaarden op op basis van de huidige realiteit en praktische noodzaak. Ze zijn een tijdje geleden begonnen met het specificeren van de volgende versie van HTML: HTML5. Dit terwijl de W3C HTML eigenlijk had afgedankt en iedereen wilde dwingen om over te gaan op XHTML. Deze ontwikkeling is veelbelovend en het lijkt er nu op dat HTML5 ook bij de W3C een plaats kan vinden.

Bijdragen

[[image:nitot-bord.jpg::right:0]]Het belonen van vrijwilligers is een heikel punt in Open Source gemeenschappen. Niet iedereen die bijdraagt aan Mozilla doet dat vrijwillig. Sommige mensen worden betaald door bedrijven voor het werk dat ze doen. Wanneer de organisatie zelf mensen gaat belonen kan dit leiden tot onvrede bij de andere ontwikkelaars. Het Dunc-Tank initiatief in Debian is een goed voorbeeld hoe zoiets veel onrust kan veroorzaken.

Mozilla krijgt meer geld binnen dan ze had verwacht. Dit wordt onder andere gestoken in een stichting die het onafhankelijke voortbestaan van Mozilla moet garanderen. Verder wordt er geld besteed om de commmunity te helpen haar werk te doen. Mozilla gelooft daarbij niet zozeer in het belonen van gedaan werk, maar ze geven mensen liever de middelen die ze nodig hebben om het werk te doen. Tenslotte adviseert Nitot bedrijven die bij willen dragen aan Open Source projecten om het gewoon te doen en open te zijn in hun motieven.

Tot zover mijn interview met Tristan Nitot van Mozilla Europe (zie ook het interview op Emerce). In een volgend verslag van GrowthTalk Live kun je mijn interview met David-Michel Davies, Executive Director van de Webby Awards, lezen.

Alper Çugun is student Media and Knowledge Engineering en Community Manager bij TOPdesk.