Drie scenario’s voor de relaties tussen ‘Het Westen’ en Azië
Waar gaat het heen met Azië? Interessante vraag. Nu de VS in het slop zit en Europa zich opstelt als slachtoffer van de Wallstreet-depressie zijn de ogen gericht op het oosten. In zijn masterclass op de HAN presenteert Kishore Mahbubani drie scenario’s voor Azië. Met mijn Indiase hart en mijn Europese brein luister ik naar zijn verhaal. Een gastartikel van Prashant Shah van Sogeti.
Mahbubani is voormalig Singaporees ambassadeur van van de Verenigde Naties. Nu werkt hij als rector aan de National University of Singapore, maar heeft vooral bekendheid gekregen vanwege zijn laatste boek “The New Asian Hemisphere”. Onlangs was hij nog in discussie met Frans Timmermans, onze staatssecretaris van buitenlandse zaken. En vorige week dus op een masterclass op de HAN.
Video HAN Masterclass Prof. Mahbubani
Mahbubani omschrijft drie mogelijke scenario’s voor de 21ste eeuw, Een mars naar Moderniteit, Terugtrekking in het Fort, en – wat hij de minst voor de hand liggende scenario noemt – Westerse Triomf.
Scenario 1: Een mars naar moderniteit
De mars naar moderniteit is overal te waarnemen in Azië. Als men in Shanghai, Singapore of Hong Kong landt, kan men dit in levende lijve waarnemen, de energie is haast tastbaar. India zal zeker volgen, maar het gaat wat trager daar. Mijn neef van 24 heeft de ambitie om voor zijn 40e een westers bedrijf over te nemen. Nu doet hij nog een MBA bedrijfseconomie. Deze drive verbaast mij. Zelf had ik nooit zulke ambities op die leeftijd.
Velen in het westen voelen zich bedreigd door de Aziatische mars naar moderniteit. Deze angst omvat het verlies van laaggeschoolde arbeidsplaatsen naar het buitenland. Maar ook het verlies van macht en controle van leidinggevenden die complete afdelingen naar het buitenland zien verdwijnen, en de harde mondiale strijd voor olie, water en gas. Persoonlijk vindt ik het meest sprekende voorbeeld van angst voor machtsverlies het gejammer van het westen in 1997. Toen wilde Japan een Aziatische Monetaire Fonds stichten om de Aziatische financiële crisis te lijf te gaan. Maar de Wereldbank en het IMF hielden de touwtjes in handen, en daarmee de westerse dominantie, die ten koste ging van het oosterse crisismedicijn.
Mahbubani definieert het ‘westen’ als volgt:
“Given the enormity of US power, American policies naturally dominate. But there is also an implicit compact between America and Europe as well as with the Anglo-Saxon countries of Australia, Canada and New Zealand on global policies.”
Het is een feit dat deze landen enorme solidariteit uitstralen op verschillende punten – Mahbubani noemt bijvoorbeeld hoe deze landen saamhorig Afghanistan aanpakten. Rekening houdend met de situatie tussen India en Pakistan, betwijfel ik ten sterkste of ‘het westen’ solidair zou staan met India, in het geval dat India gebieden in Pakistan zou binnenvallen waar militanten getraind worden.
Scenario 2: Terugtrekking in een fort
Dit is iets wat volgens Mahbubani (foto) het westen voor zichzelf zal moeten beslissen op basis van de reactie van het westen op de snelle groei van de Aziatische economieën. Momenteel balanceert het westen tussen het verwelkomen van de opkomst (bijvoorbeeld het verplaatsen van productie en bepaalde diensten naar China en India), en het angstgevoel wat leidt tot terugtrekking in het politieke en economische fort. Het meest pregnante voorbeeld is de compleet verdraaide interne landbouw subsidiëring systeem van de VS en de EU (respectievelijk 20 miljard en 49 miljard euro) die de reële mogelijkheid van deze optie waar maken. Vele vrienden van mij kunnen moeilijk geloven dat wij in de EU onze boeren meer subsidiëren dan wat in de VS wordt gedaan. Zij kunnen de cijfers niet geloven.
Scenario 3: Westerse triomf
De minst voor de hand liggende uitkomst is volgens Mahbubani de Westerse Triomf – het verwesteren van Azië. Ik vindt dit ook de minst aannemelijke uitkomst vanwege de sterke culturele en economische verschillen tussen de twee. In Azië doet men het westen wel een beetje na, maar dat is alleen omdat men welvarend wil worden. De westerse waarden triomferen niet, het is slechts een klein beetje ‘cherrypicken’. In mijn eigen moederland, India, kan ik dit ook zien. Mijn neefjes spreken Engels met elkaar maar thuis ook hun moedertaal (een van de 22 officiële talen van India). Zij gebruiken concepten van Adam Smith en hun Harvard MBA diploma’s om bedrijven te starten, maar voeren wel een traditionele Hindu puja ceremonie bij de opening. Als men in acht neemt dat 14% van de productie van India bestemd is voor export, en de rest voor binnenlandse consumptie, dan lijkt het mij dat er weinig redenen zijn voor het westen om zich bedreigd te voelen. Opkomende economieën als China en India zijn enorme schateilanden van mogelijkheden, en niet bronnen van bedriegen voor levenskost of levensstandaard.
“Hoe zorgen Aziatische landen dat iedereen kan profiteren van de welvaart in hun land?” dat was een boeiende vraag uit het publiek in de slotdiscussie. Niet in de laatste plaats omdat Mahbubani in zijn boek weinig kritische kanttekeningen plaatst bij opkomst van Azië als dominante economische macht. Mahbubani ziet hier wel een enorme uitdaging liggen. De meeste Aziatische landen zijn hiërarchisch ingesteld en dat werkt belemmerend. Uiteindelijk zouden ze wel zorgen dat de welzijn wordt goed verspreidt, maar in hun eigen manier en hun eigen snelheid. En op de vraag “Wat kan het westen van Azië leren?” was Mahbubani kort maar krachtig “Multiculturalism. The west can learn from Asia how to live in and accept a multicultural world.” En daarin geef ik Mahbubani helemaal gelijk.
Prashant Shah werkt bij Sogeti